FR NL
Beleggen bij Baloise Duurzaamheidsinformatie Fideafondsen

De producten Dyna-Safe Plan en Flexibel Saving Plan promoten ecologische en sociale kenmerken wanneer met dit product wordt belegd in ten minste één van de beleggingsopties die worden vernoemd in de lijst hieronder, met fondsen die ecologische of sociale kenmerken promoten (artikel 8) en fondsen met een duurzame beleggingsdoelstelling (artikel 9).

De Europese SFDR-verordening voorziet in precontractuele documentatie - de SFDR-fiche - voor elk fonds dat zich kwalificeert als een artikel 8 of artikel 9-fonds. Bekijk de SFDR-fiches om je grondig te informeren over de duurzaamheidskenmerken van een fonds. 

Wil je weten wat de SFDR-verordening inhoudt en waarom jouw duurzaamheidsvoorkeuren een rol spelen in de keuze van jouw spaar- en beleggingsproduct? Lees dan onze brochure.

Een overzicht van de wijzigingen aan de informatie op deze pagina vindt u terug in deze Wijzigingstabel

 

Fondsen met ecologische of sociale kenmerken (SFDR artikel 8)
FVS Multiple Opportunities II (Flossbach Von Storch)

a)   Samenvatting

Een samenvatting van onderstaande rubrieken kunt u hier downloaden.  

b)   Geen duurzame beleggingsdoelstelling 

Met dit financiële product worden ecologische of sociale kenmerken aangeprezen, maar wordt niet gestreefd naar duurzame beleggingen.

c)   Ecologische of sociale kenmerken van het financiële product 

Flossbach von Storch volgt een holistische duurzaamheidsbenadering voor de hele groep:
Als langetermijnbelegger hecht Flossbach von Storch er belang aan dat portefeuillebedrijven verantwoord omgaan met hun ecologische en sociale voetafdruk en de negatieve effecten van hun activiteiten actief tegengaan.
Om negatieve effecten in een vroeg stadium te kunnen onderkennen, wordt onderzocht en geëvalueerd hoe de bedrijven omgaan met hun respectieve ecologische en sociale voetafdrukken. Daartoe worden in de beleggingsstrategie bepaalde ecologische en sociale kenmerken in aanmerking genomen en wordt waar mogelijk resp. waar nodig naar een positieve ontwikkeling toegewerkt.

Wat betekent dit concreet? Portefeuillebedrijven worden bijvoorbeeld beoordeeld op de door henzelf vastgestelde klimaatdoelen, en de voortgang wordt gecontroleerd aan de hand van bepaalde duurzaamheidsindicatoren.

De volgende ecologische en sociale kenmerken worden daarbij als onderdeel van de beleggingsstrategie gepromoot:
Het compartiment hanteert uitsluitingscriteria op basis van specifieke omzetdrempels, waaronder beleggingen in ondernemingen met bepaalde bedrijfsmodellen. Deze omvatten controversiële wapens, de productie en/of distributie van defensiemateriaal, de productie van tabaksproducten, de winning en/of distributie van steenkool. Daarnaast worden bedrijven uitgesloten die ernstige schendingen van de beginselen van het United Nations Global Compact ("Principles of the UN Global Compact") vertonen zonder uitzicht op herstel, en staatsemittenten die een onvoldoende scoren ten opzichte van de Freedom House Index (classificatie "niet vrij").
Daarnaast wordt als onderdeel van de beleggingsstrategie een participatiebeleid uitgevoerd om te kunnen werken aan een positieve ontwikkeling voor beleggingen die bijzonder ernstige negatieve gevolgen hebben voor bepaalde duurzaamheidsfactoren op het gebied van broeikasgasemissies,sociale kwesties en werkgelegenheid, bijvoorbeeld ernstige schendingen van de beginselen van het VN-Global Compact en de richtlijnen voor multinationale ondernemingen van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling ("OESO-richtlijnen voor multinationale ondernemingen").

d)   Beleggingsstrategie 

Het algemene beleggingsbeleid en de beleggingsstrategie van het compartiment worden omschreven in de bijlage bij het respectieve verkoopprospectus. In het kader van de beleggingsstrategie wordt het duurzaamheidsbeleid uitgevoerd op basis van de algemeen geldende duurzaamheidsbenadering van ESG-integratie, de deelname en uitoefening van stemrechten van de Flossbach von Storch Group, alsmede de uitsluitingscriteria en de afweging van de belangrijkste nadelige effecten van de beleggingsbeslissing op duurzaamheidsfactoren.

Flossbach von Storch integreert de duurzaamheidsfactoren volledig in het eigen meerfasenanalyseproces dat meerdere fasen doorloopt. Duurzaamheidsfactoren omvatten aspecten in verband met ecologische, sociale en personele kwesties, eerbiediging van de mensenrechten en bestrijding van corruptie en omkoping, zoals bijv. PAI-indicatoren en andere ESG-controversen.

In het kader van een specifieke ESG-analyse worden duurzaamheidsfactoren getoetst op hun potentiële kansen en risico's, en wordt te goeder trouw beoordeeld of een onderneming al dan niet negatief opvalt door haar ecologische en sociale activiteiten en de manier waarop zij daarmee omgaat.
Elk van de factoren wordt bekeken vanuit het perspectief van een langetermijnbelegger om te beoordelen in welke mate de ecologische en sociale voetafdruk (onder meer gemeten door PAI's) het langetermijnsucces van de respectieve onderneming beïnvloedt.
Met de bevindingen van de ESG-analyse wordt rekening gehouden bij het bepalen van het opportuniteit/risicoprofiel van de bedrijfsanalyses. Alleen als er geen ernstige duurzaamheidsconflicten zijn die het toekomstpotentieel van een bedrijf of emittent aanzienlijk in gevaar brengen, wordt een beleggingsidee opgenomen in de zogenaamde focuslijst (voor aandelen)of garantielijst (voor obligaties) en wordt het dus een mogelijke belegging. In principe kunnen de fondsbeheerders alleen beleggen in effecten die op deze interne focus- of garantielijsten staan. Dit beginsel waarborgt dat effecten waarin wordt belegd het interne analyseproces hebben doorlopen en voldoen aan de gemeenschappelijke kwaliteitsopvatting.

In verband met een actieve participatie als aandeelhouder hanteert Flossbach von Storch een strak participatiebeleid en richtlijnen voor de uitoefening van stemrechten. Daarbij worden de ontwikkelingen van de portefeuillebeleggingen geobserveerd en geanalyseerd. Indien één van de portefeuillebedrijven de als bijzonder negatief aangemerkte duurzaamheidsfactoren, die een blijvend effect op de bedrijfsontwikkeling kunnen hebben, niet adequaat aanpakt, wordt dit bij het bedrijf aangekaart en wordt er getracht te werken aan een positieve ontwikkeling. Flossbach von Storch ziet zichzelf als constructieve (waar mogelijk) of als corrigerende (waar nodig) sparringpartner, die zinvolle adviezen geeft en de directie ondersteunt bij de uitvoering. Indien de directie niet voldoende stappen onderneemt richting een duurzaam bedrijfsmodel, dan maakt het fondsbeheer gebruik van zijn stemrecht in verband hiermee of wordt de participatie verminderd of verkocht.

Beoordeling van praktijken op het gebied van goed bestuur
Flossbach von Storch besteedt in zijn analyseproces bijzondere aandacht aan het ondernemingsbestuur, omdat die verantwoordelijk is voor de succesvolle ontwikkeling van de onderneming op lange termijn. Verantwoordelijk beheer moet daarom streven naar op de lange termijn gerichte actie ten behoeve van alle belanghebbenden. Een onderneming kan immers alleen op lange termijn succesvol zijn als zij haar klanten goed bedient, haar werknemers en zakenpartners eerlijk behandelt, voldoende investeert, belasting betaalt en geen milieuschade veroorzaakt. Een vooruitziende benadering van ecologische en sociale aspecten is dus een voorwaarde voor economisch succes op lange termijn. Het ene kan niet zonder het andere.
Als onderdeel van ons meerfasenanalyseproces wordt ervoor gezorgd dat alleen wordt belegd in ondernemingen die blijk geven van goede praktijken op het gebied van goed bestuur. Dit gebeurt aan de hand van een interne beoordeling van goed bestuur met betrekking tot een verantwoorde aanpak van bepaalde ESG-factoren, structuren en normen, en aan de hand van een kwalitatieve beoordeling van hun bekwaamheid, bereidheid en vermogen.

Dit omvat onder meer de volgende vragen:

  • Houdt het ondernemingsbestuur regelmatig en in toereikende mate rekening met ecologische, sociale en economische randvoorwaarden?
  • Handelen de (in dienst zijnde) bestuursleden met verantwoordelijkheidsgevoel en visie?

Voorts beoordelen wij met betrekking tot gezonde managementstructuren het dagelijks bestuur en de raad van commissarissen/raad van bestuur op hun samenstelling (ook wat betreft hun professionele diversiteit) en beloningsstructuren, en gaan wij na in hoeverre de financiële verslaglegging naar behoren geschiedt, bestrijding van corruptie en omkoping plaatsvindt, of negatieve incidenten met betrekking tot fiscale verplichtingen bekend zijn.
Wij beoordelen de verantwoorde behandeling van werknemers onder meer op basis van bestaande maatregelen voor de naleving van de mensenrechten (mensenrechtenbeleid) en op de vraag of er negatieve incidenten bekend zijn met betrekking tot bepaalde randvoorwaarden zoals beloning.

Om deze factoren die van invloed zijn op goed bestuur te beoordelen, wordt ook gekeken naar de naleving van internationaal erkende beginselen zoals de UNGC-beginselen, de OESO-richtlijnen, de leidende beginselen van de Verenigde Naties inzake bedrijfsleven en mensenrechten en de fundamentele arbeidsnormen van de Internationale Arbeidsorganisatie (fundamentele arbeidsnormen van de IAO). Bovendien worden de bedrijven in het kader van het analyseproces gecontroleerd op eventuele schendingen van bovengenoemde beginselen.
Als een van de bedrijven in ons beleggingsuniversum ernstige controverses op deze gebieden vertoont, wordt een specifiek proces van actief eigenaarschap (zie participatiebeleid) in gang gezet om te werken aan een positieve ontwikkeling en het wegwerken van de klachten.

In het kader van de richtlijnen inzake de uitoefening van stemrechten worden kritische factoren gedefinieerd die goed bestuur in de weg kunnen staan en waarmee in beginsel rekening moet worden gehouden bij het bijwonen van algemene en aandeelhoudersvergaderingen. Dit houdt onder meer in dat wordt gekeken naar de beloningssystemen van een onderneming en dat bepaalde criteria bij de selectie van het management worden getoetst.
Als onderdeel van de risicobeheersingsmechanismen worden ook zaken in verband met het witwassen van geld en de financiering van terrorisme geëvalueerd.

e)   Aandeel beleggingen 

Het compartiment bevordert ecologische en sociale (E/S) kenmerken, maar streeft niet naar duurzame beleggingen. Het compartiment heeft in principe de mogelijkheid, afhankelijk van de marktsituatie en volgens de inschatting van het fondsmanagement, te beleggen in aandelen, obligaties, geldmarktinstrumenten, certificaten, derivaten, andere gestructureerde producten (bijvoorbeeld reverse convertible bonds, obligaties met warrants en converteerbare obligaties), doelfondsen, liquide middelen en termijndeposito’s. Bij de certificaten gaat het om certificaten op wettelijk toelaatbare basiswaarden zoals bijv.: aandelen, obligaties, beleggingsfondsaandelen, financiële indices en deviezen.

De geplande activa-allocatie luidt als volgt.
#1 Beleggingen afgestemd op E/S- kenmerken:
Er wordt minstens 51% belegd in effecten en geldmarktinstrumenten die zijn toegestaan krachtens art. 41, lid 1a), van de wet van 17 december 2010 betreffende instellingen voor collectieve belegging en overeenkomstig het beleggingsbeleid van het compartiment. De activa in de portefeuille evenals derivaten voor beleggingsdoeleinden en mogelijke beleggingen in doelfondsen worden doorlopend gescreend op de bovengenoemde uitsluitingscriteria en PAI-indicatoren.

#2 Overige beleggingen:
Het resterende deel van de beleggingen heeft betrekking op liquide middelen (met name contanten om te voldoen aan betalingsverplichtingen op korte termijn), derivaten (met name valutatermijntransacties ter afdekking) en, voor een verdere diversificatie, indirecte beleggingen in edele metalen, uitsluitend goudcertificaten. Bij indirecte beleggingsmogelijkheden in edele metalen is de materiële levering daarvan uitgesloten.

Alle directe beleggingen in bedrijven in de vorm van aandelen of pensioenen voldoen aan de gepromote ecologische en sociale kenmerken en zijn opgenomen in de activa-allocatie onder "#1
Beleggingen afgestemd op E/S-kenmerken". Zij vormen het zwaartepunt van de in het compartiment belegde aandelen.

Indirecte beleggingen in bedrijven in de vorm van derivaten of doelfondsen voldoen aan de gepromote ecologische en sociale kenmerken en worden opgenomen in de assetallocatie onder "#1 Beleggingen gericht op ecologische of sociale kenmerken", mits ze voor beleggingsdoeleinden worden gebruikt.

Individuele indirecte beleggingen in ondernemingen, zoals derivaten op indexen, zijn hiervan uitgesloten en worden gerapporteerd onder "#2 Overige beleggingen". Zij voldoen niet aan de gepromote ecologische en sociale kenmerken.

f)   Monitoring ecologische of sociale kenmerken 

Toezicht op ongunstige duurzaamheidseffecten
In het kader van de specifieke ESG-analyses (zie uitvoering onder het hoofdstuk "Beleggingsstrategie")worden duurzaamheidsfactoren beoordeeld op hun potentiële kansen en risico's, om mogelijke ernstige negatieve effecten op bepaalde duurzaamheidsfactoren in een vroeg stadium te kunnen signaleren.

Het compartiment richt zich in het bijzonder op de volgende PAI-indicatoren wanneer het de belangrijkste negatieve duurzaamheidseffecten in overweging neemt overeenkomstig artikel 7, lid 1,onder a), van Verordening (EU) 2019/2088 (Verordening betreffende informatieverschaffing): broeikasgasemissies (Scope 1 en 2), broeikasgasemissie-intensiteit evenals koolstofvoetafdruk op basis van Scope 1 en 2, alsook het energieverbruik van niet-hernieuwbare energieën.
Daarnaast wordt aandacht besteed aan schendingen van de beginselen van het UN Global Compact, schendingen van de OESO-richtlijnen voor multinationale ondernemingen en aan processen om aan die beginselen en richtlijnen te voldoen.
De indicatoren worden geprioriteerd op basis van relevantie, ernst van de ongunstige effecten en de beschikbaarheid van gegevens. Toezicht is niet gebaseerd op starre bandbreedtes of drempels die bedrijven moeten naleven of bereiken. Veeleer wordt aandacht besteed aan een positieve ontwikkeling in het gebruik van de indicatoren en wordt, waar mogelijk en nodig, naar een dergelijke ontwikkeling toegewerkt. Wat betekent dit? Indien wordt verwacht dat een onderneming een hoog energieverbruik heeft als gevolg van haar economische activiteiten (bv. een chemisch bedrijf) - maar de onderneming nog geen gegevens heeft gepubliceerd en geen maatregelen heeft meegedeeld om het energieverbruik te verminderen, bijv. door het aandeel hernieuwbare energie te verhogen, wordt de verbintenis als urgenter beschouwd dan de uitwisseling met een onderneming die geen hoog energieverbruik heeft als gevolg van haar economische activiteiten (bijv. banken). 

De ESG-analyses worden ten minste eenmaal per jaar bijgewerkt. Ter verificatie worden gegevens van de externe ESG-gegevensleveranciers Bloomberg en MSCI gebruikt als vergelijkingsbron. Zij kunnen nuttige aanwijzingen geven, maar vervangen niet de eigen analyse.
In principe kunnen de portefeuillebeheerders alleen beleggen in effecten die op de focus- of garantielijst staan. Zoals beschreven in de rubriek "Beleggingsstrategie", zorgt dit beginsel ervoor dat de belegde effecten het ESG-analyseproces hebben doorlopen en dus op passende wijze worden gescreend en gecontroleerd op ernstige negatieve effecten.

Bovendien wordt het compartiment in het kader van de risicobeheerprocessen voortdurend gecontroleerd. De interne ESG-beoordelingen en -analyses van de emittenten dienen als basis voor het risicobeheer.

Toezicht op vastgestelde uitsluitingscriteria
De naleving van de uitsluitingscriteria wordt zowel pre-trade (voordat een order wordt uitgevoerd) als post-trade (nadat een order is uitgevoerd) gecontroleerd door middel van investment complianceregels.

De naleving van de omzetdrempels wordt gecontroleerd. Uitgesloten zijn beleggingen in bedrijven die

  • > 0% van hun omzet genereren met controversiële wapens,
  • > 10% van hun omzet genereren met de productie en/of distributie van defensiemateriaal,
  • > 5% van hun omzet genereren met de productie van tabaksproducten,
  • > 30% van hun omzet genereren met de winning en/of distributie van steenkool.

Op uitsluiting in verband met controversiële wapens wordt ook toegezien op basis van een interne uitsluitingslijst, die maandelijks wordt bijgewerkt. Het interne beleid inzake controversiële wapens is gebaseerd op de volgende niet-uitputtende lijst van relevante wet- en regelgeving:

  • Het Verdrag van Oslo inzake het verbod op clustermunitie, dat in 2008 is ondertekend en in 2010 in werking is getreden (het zogenaamde "Verdrag van Oslo")
  • Het Verdrag inzake het verbod op het gebruik, de aanleg van voorraden, de productie en de overdracht van antipersoneelmijnen en inzake de vernietiging van deze wapens, dat in 1997 is ondertekend en in 1999 in werking is getreden (het zogenaamde "Verdrag van Ottawa")
  • Het Protocol van Genève van 1925 en het Verdrag tot verbod van de ontwikkeling, de productie en de aanleg van voorraden van biologische wapens, ondertekend in 1972 en in werking getreden in 1975
  • Het Verdrag tot verbod van de ontwikkeling, de productie, de aanleg van voorraden en het gebruik van chemische wapens en inzake de vernietiging van deze wapens, dat in 1993 is ondertekend en in 1997 in werking is getreden (het zogenaamde "Verdrag chemische wapens")
  • Het Verdrag inzake de niet-verspreiding van kernwapens, dat in 1968 is ondertekend en in 1970 in werking is getreden ("Verdrag inzake de niet-verspreiding van kernwapens"), met inbegrip van het aanvullend protocol van 1998 en het Verdrag inzake het verbod op kernwapens van 2017.

De beginselen van het UN Global Compact vormen geen gecertificeerde norm of regelgevend instrument. Het UN Global Compact Initiative houdt dan ook niet officieel bij of en in hoeverre een bedrijf de beginselen schendt. Om te voldoen aan de verplichte uitsluiting voor ernstige schendingen van de UNGC-beginselen, wordt het toezicht op en de beoordeling van ernstige schendingen uitgevoerd als onderdeel van de interne ESG-analyse. Alleen ondernemingen die volgens de interne ESG-analyse geen positief perspectief tonen bij het aanpakken van de als ernstig aangemerkte schendingen, worden uitgesloten. Ter verificatie worden gegevens van MSCI in het portefeuillebeheersysteem opgenomen als vergelijkingsbron. Als MSCI een bedrijf classificeert als "fail" met betrekking tot schendingen van de beginselen van het UN Global Compact, moet een gedetailleerde analyse van de incidenten en een motivering, indien Flossbach von Storch tot een andere classificatie van de incidenten komt, door het ESG-analistenteam aan het risicobeheer worden verstrekt. Als de interne analyse tot dezelfde beoordeling komt als MSCI, moet de belegging op een marktvriendelijke manier worden verkocht.

Voor het toezicht op de uitsluiting van staatsemittenten die volgens de Freedom House Index als "niet vrij" worden beschouwd, wordt altijd de actuele beoordeling van de zogenoemde Global Freedom Status gebruikt, die doorgaans jaarlijks wordt bijgewerkt.

g)   Methodologieën  

Methoden met betrekking tot ongunstige duurzaamheidseffecten
Indien ernstige negatieve effecten worden vastgesteld, wordt aandacht besteed aan een positieve ontwikkeling in het gebruik van de indicatoren en worden, waar mogelijk en nodig, maatregelen in die zin genomen. In het kader van de ESG-analyse en een specifiek proces van actief eigenaarschap wordt de ontwikkeling van de bedrijven begeleid, gevolgd en gemeten om vast te stellen of er sprake is van een positieve ontwikkeling (zie details in de rubriek "Participatiebeleid").

Duurzame succesvolle bedrijven begrijpen dat zij een deel van de oplossing moeten zijn. Zij gaan de uitdagingen van deze tijd actief aan, met een vooruitziende blik en de wil om zich aan te passen aan de omstandigheden, zoals die van de klimaatcrisis. Vanuit deze overtuiging zijn onze engagementactiviteiten er vooral op gericht ervoor te zorgen dat ondernemingen hun ecologische en sociale voetafdruk op verantwoorde wijze aanpakken. Voor ons betekent dat: Bedrijven zorgen ervoor dat zij zich voldoende klimaatdoelstellingen stellen en hun broeikasgasemissies achtereenvolgens verminderen, en zij volgen ook internationaal erkende beginselen voor verantwoord handelen.

Uitsluitingen kunnen bijdragen tot het verminderen of vermijden van individuele negatieve duurzaamheidseffecten.

Methoden met betrekking tot uitsluitingen
Het compartiment heeft zich ertoe verbonden beleggingen in ondernemingen met bepaalde bedrijfsmodellen uit te sluiten. De naleving van de uitsluitingen wordt gemeten door middel van omzetdrempels, uitsluitingslijsten en door middel van de interne ESG-analyses (zie uitvoering onder het hoofdstuk "controle van ecologische en sociale kenmerken").

h)    Databronnen en -verwerking

Gegevensbronnen en gegevensverwerking in verband met ongunstige duurzaamheidseffecten:
De gegevens vormen de basis van de interne ESG-analyse, die wordt opgesteld om mogelijke ernstige negatieve ecologische en sociale gevolgen van de activiteiten van de portefeuillebedrijven op te sporen. Voor een zinvolle beoordeling van ondernemingen in portefeuille met betrekking tot hun duurzaamheidsfactoren en hun aanpak van negatieve effecten is de kwaliteit van de gegevens dan ook van het grootste belang.

Het team van analisten maakt gebruik van externe gegevensbronnen. Deze omvatten bedrijfsverslagen, ESG-onderzoeksgegevens van derden (MSCI en Bloomberg) en diverse andere bronnen& zoals interviews met onafhankelijke deskundigen, media en rapporten van ngo's.
Wat de kwantitatieve gegevens van de PAI-indicatoren betreft: Uitstoot van broeikasgassen (Scope 1 en 2), intensiteit van de uitstoot van broeikasgassen, koolstofvoetafdruk op basis van Scope 1 en 2, en energieverbruik van niet-hernieuwbare energiebronnen, worden in de ESG-analyse alleen primaire gegevens gebruikt die rechtstreeks of via internationaal erkende verslagleggingsnormen door de bedrijven zijn gerapporteerd en gepubliceerd. Voor de bovengenoemde PAI-indicatoren gelden momenteel geen geschatte waarden.

De gegevens worden verzameld door het team van ESG-analisten en worden digitaal geregistreerd en gedocumenteerd in het interne analysesysteem. Deze procedure maakt een eerste kritisch onderzoek mogelijk van enerzijds de gegevens zelf en anderzijds de wijze waarop de onderneming met de factoren omgaat in het kader van de bedrijfsstrategie en -communicatie. Een belangrijke bouwsteen om de onderneming zo goed mogelijk te begrijpen.

Als onderdeel van het onderzoek worden gegevens van de externe ESG-gegevensleveranciers
Bloomberg en MSCI gebruikt als vergelijkingsbron voor verificatiedoeleinden. Zij kunnen nuttige aanwijzingen geven, maar vervangen niet uw eigen analyse.

Uit een analyse van verschillende aanbieders van ESG-gegevens door Flossbach von Storch is gebleken dat zij voor dezelfde indicatoren verschillende verzamel- en bepalingsmethoden hanteren, hetgeen herhaaldelijk leidt tot zeer sterke afwijkingen tussen de verschillende aanbieders. Sommige aanbieders rangschikken de onderliggende bedrijven alleen op basis van speciaal ontworpen ESGscores, die in de meeste gevallen niet of slechts met veel moeite te achterhalen zijn. Als er primaire gegevens worden verstrekt, worden de gegevensbronnen in veel gevallen onvoldoende bekendgemaakt of zijn de gegevens zelfs gebaseerd op geschatte waarden, waardoor ze niet duidelijk kunnen worden geverifieerd. Vanwege de uiteenlopende methoden zou het combineren van gegevens van verschillende aanbieders leiden tot minder uniformiteit en dus tot een lagere kwaliteit van de gegevens.

Gegevensbronnen en gegevensverwerking met betrekking tot de uitsluitingscriteria:
De onderzoeksgegevens van MSCI-ESG worden gebruikt om de toegepaste uitsluitingscriteria op te stellen en te herzien. Met betrekking tot de uitsluiting van controversiële wapens wordt ook een uitsluitingslijst gedeponeerd en gecontroleerd op basis van onderzoeksgegevens van MSCI-ESG, de criteria die zijn opgesomd in het hoofdstuk "controle van ecologische en sociale kenmerken" en door de blokkadelijst van het Noorse staatsinvesteringsfonds (Statens pensjonsfond) erbij te betrekken.

Voor uitsluitingen met betrekking tot staatsemittenten wordt de huidige beoordeling van de Freedom House Index, de zogenaamde "Global Freedom Status", gebruikt.
Het uitsluitingscriterium van ernstige schendingen van de beginselen van het UN Global Compact zonder positieve vooruitzichten wordt bepaald door een interne beoordeling als onderdeel van de ESG-analyse. MSCI ESG-onderzoeksgegevens worden gebruikt voor verificatie- en vergelijkingsdoeleinden.

De uitsluitingen die op het compartiment van toepassing zijn, zijn als beleggingsbeperkingen geïntegreerd in de controleprocessen van het portefeuillebeheersysteem en de orders en participaties worden dagelijks gecontroleerd.

i)    Methodologische en databeperkingen 

Met de gegevens over Scope 3-emissies en de informatie over de productie van niet-hernieuwbare energie wordt in het beleggings- en participatieproces geen rekening gehouden omdat de kwaliteit en de dekking van de gegevens ontoereikend zijn. De fondsbeheerder zal de gegevensdekking voortdurend controleren en, indien dit haalbaar wordt geacht, in de overweging opnemen.

Elke duurzaamheidsfactor wordt in het kader van de ESG-analyse naast een kwantitatieve ook aan een kwalitatieve beoordeling onderworpen om een verantwoord beheer van de sociale en ecologische voetafdruk te kunnen beoordelen. De uitvoerige beschouwing van elke factor zorgt ervoor dat ernstige negatieve effecten worden vastgesteld en dat de beperkingen van de bovengenoemde gegevens geen invloed hebben op de vervulling van de gepromote ecologische en sociale kenmerken.

De observatie van gerichte PAI's in holdingstructuren is slechts in beperkte mate mogelijk door een gebrek aan gegevensdekking. Voor de bepaling van de ecologische en sociale voetafdruk worden zoveel mogelijk de gegevens van de betreffende samenleving in aanmerking genomen.
Om de kwaliteit en de dekking van de PAI-gegevens te verbeteren, gaat Flossbach von Storch een rechtstreekse uitwisseling aan met de betrokken portefeuillebedrijven om de transparantie van de gegevens te verbeteren.

j)   Due diligence

Flossbach von Storch besteedt veel zorg aan de selectie van en het toezicht op de gebruikte financiële instrumenten en heeft dienovereenkomstig doeltreffende voorzorgsmaatregelen genomen om ervoor te zorgen dat:
a) de beleggingsbeslissingen stroken met de doelstellingen, beleggingsstrategieën en risicolimieten van elk fonds;
b) de geplande of uitgevoerde transacties in overeenstemming zijn met de wettelijke en contractuele voorschriften en beperkingen, alsmede met eventuele andere beleggingsbeperkingen;
c) de portefeuillebeheerders beschikken over voldoende deskundigheid en kennis.

Alvorens activa te verwerven, wordt nagegaan of de geplande of uitgevoerde transacties in overeenstemming zijn met de wettelijke en contractuele voorschriften en beperkingen, alsmede met andere beleggingsbeperkingen, indien van toepassing. De respectieve portefeuillebeheerder is verantwoordelijk voor het uitvoeren van de vereiste controles voorafgaand aan de aankoop.

Orders worden geplaatst via het order management systeem. Bij het invoeren van de order worden de ingevoerde beleggingsrichtlijnen gecontroleerd. Daarbij vindt een systeemregistratie plaats.

Om de ESG-relevante zorgvuldigheid te handhaven, wordt voldaan aan de maatregelen die zijn opgesomd in het hoofdstuk "Toezicht op ecologische en sociale kenmerken".

De indirecte beleggingen in edelmetalen (momenteel uitsluitend goudcertificaten) worden uitsluitend betrokken bij partners die zich ertoe hebben verbonden de Responsible Gold Guidance van de London Bullion Market Association (LBMA) na te leven. Dit beleid is erop gericht te voorkomen dat goud bijdraagt aan systematische of grootschalige schendingen van de mensenrechten, de financiering van conflicten, het witwassen van geld of de financiering van terrorisme.

k)   Engagementbeleid

Als langetermijnbelegger streeft Flossbach von Storch ernaar de veranderingen in de bedrijven waarin wordt belegd actief te begeleiden en bij te dragen aan een positieve ontwikkeling. De uitwisseling met het beheer van de beleggingen en de uitoefening van het stemrecht zijn belangrijke onderdelen van het dagelijkse werk van het beleggingsbeheer, die van invloed zijn op de kwaliteit van de beleggingen en dus in belangrijke mate bijdragen tot het succes van een belegging. Bijzondere aandacht gaat uit naar de onderwerpen broeikasgasemissies en sociale zekerheid/werkgelegenheid.

Het participatiebeleid werkt aan de vermindering van bijzonder negatieve effecten van de PAI-indicatoren broeikasgasemissies (Scope 1 en 2) en niet-hernieuwbaar energieverbruik, alsmede in gevallen van ernstige schendingen van de beginselen van het UN Global Compact en de OESOrichtlijnen voor multinationale ondernemingen.

Wat betekent dit? Indien een van de ondernemingen in portefeuille een bijzonder gebrekkige aanpak van de relevante indicatoren vertoont, wordt dit met de onderneming besproken en wordt getracht gedurende een passende periode naar een positieve ontwikkeling toe te werken.
Deze gerichte engagementen worden uitgevoerd via een specifiek proces van actief eigenaarschap,dat integraal deel uitmaakt van het interne beleggingsproces en de eis inhoudt om alle ondernemingen in portefeuille volledig te begrijpen en voortdurend te begeleiden. Daarnaast ziet Flossbach von Storch zichzelf als constructieve (waar mogelijk) of als corrigerende (waar nodig)sparringpartner, die zinvolle adviezen geeft en de directie ondersteunt bij de uitvoering.

De engagementsactiviteiten volgen de volgende processtappen:

  • Fase 1: Belangrijke nadelige duurzaamheidseffecten en andere ESG-controverses (samen "ESGcontroverses") in kaart brengen.
  • Fase 2: Prioritering van ESG-controverses volgens de sterkte van de invloed op de bedrijfswaarde.
  • Fase 3: Een zinvolle routekaart ontwikkelen om de ESG-controverses op te lossen.
  • Fase 4: Constructieve discussie met het bedrijf over geplande en noodzakelijke maatregelen.
  • Fase 5: Observatie en evaluatie van de bereikte veranderingen, eventuele vernieuwing van de eisen om krachtig aan verbetering te werken.
  • Fase 6: Uitoefening van stemrecht om het eigen standpunt te onderstrepen en/of vermindering van het standpunt bij gebrek aan vooruitgang.
  • Escalatie: Verwijdering van de positie indien de gestelde doelen niet worden gehaald.

Indien het management niet in voldoende mate binnen vastomlijnde termijnen de nodige stappen zet in de richting van een duurzaam bedrijfsmodel, zet Flossbach von Storch zijn positie verder kracht bij. Mogelijke maatregelen hiervoor zijn het gebruik van stemrecht, openbare verklaringen en/of vermindering van de deelname. Indien er na drie verslagperioden (periode van ten minste 12 maanden) van als bijzonder negatief geclassificeerde ESG-controverses geen verbetering optreedt in de omstandigheden die tot de controverses hebben geleid, moet het fondsbeheer de belegging verkopen en wordt de onderneming uitgesloten van het belegbare beleggingsuniversum.

Het gerichte beleggingsuniversum van Flossbach von Storch maakt het mogelijk zich te concentreren op een beperkt aantal ondernemingen; dit geeft het beleggingsbeheer zowel de gelegenheid als voldoende tijd om de vooruitgang en de naleving van de vastgestelde doelstellingen te waarborgen.

l)  Aangewezen referentiebenchmark

Niet van toepassing.
 

European Equities (RAM)

a)   Samenvatting 

Dit financiële product bevordert milieu- of sociale kenmerken, maar heeft niet als doel duurzaam beleggen in overeenstemming met artikel 8 van de Sustainable Finance Disclosure Regulation ("SFDR").

Geen significante schade aan de doelstelling van duurzame beleggingen: het proces van het verifiëren van de belangrijkste negatieve effecten op milieu- en sociaal duurzame doelstellingen (DNSH) is gebaseerd op de 14 verplichte indicatoren met het voornaamste negatieve effect (PAI) en 2 optionele PAI-indicatoren (investeringen in chemische producerende bedrijven en aantal geïdentificeerde gevallen van ernstige mensenrechtenkwesties en -incidenten). Als een negatieve beoordeling wordt waargenomen (schade aan een van deze indicatoren), is de titel uitgesloten. Het waarderingskader dat wordt gebruikt in ESG-controverses is ontworpen om consistent te zijn met internationale normen die zijn vertegenwoordigd in veel algemeen aanvaarde wereldwijde conventies. Elk bedrijf dat betrokken is bij een ESG-controverse die niet voldoet aan het bovenstaande kader, wordt uitgesloten van het beleggingsuniversum.

Milieu- of sociale kenmerken van het financiële product:
 

Ecologische kenmerken Sociale kenmerken

- Vermindering van de emissie-intensiteit van
broeikasgassen (BKG), Scope 1*,
Scope 2** en Scope 3***.
- Vermindering van de koolstofvoetafdruk, Scope 1*, Scope 2** en Scope 3
- Vermindering van de blootstelling
aan fossiele brandstoffen

- Naleving van het Global Compact van de Verenigde Naties
- Naleving van de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens
- Geen blootstelling aan controversiële wapens

Beleggingsstrategie: de beleggingsstrategie volgt een systematisch en gedisciplineerd beleggings- en selectieproces in 3 stappen:

  1. ESG-integratie
  2. Duurzaam Beleggen
  3. ESG-optimalisatie

Aandeel beleggingen: het aandeel van de beleggingen van het compartiment dat de S/E-kenmerken bevordert, is 95%, inclusief 20% van de duurzame beleggingen. Raadpleeg voor meer informatie de duurzaamheidsgerelateerde informatie op de RAM-AI-website.

Monitoring van milieu- of sociale kenmerken: het Responsible Investment Committee ("RI Committee") op RAM-bedrijfsniveau komt regelmatig bijeen om alle milieu-, sociale en governance ("ESG") -aspecten te bestrijken vanuit een compliance-, commercieel en operationeel oogpunt. Belangrijke ESG-beslissingen worden beoordeeld en gevalideerd door het RI-comité voordat de raad van bestuur wordt goedgekeurd. Het ESG-adviescomité opereert binnen elke RAM-SICAV en is opgericht om de leden van de raad van bestuur van elke SICAV te adviseren en te informeren over milieu-, sociale en governancekwesties met betrekking tot de activiteiten van de compartimenten, en voornamelijk over portefeuillestrategieën en -posities.

Methodologieën: het meten van de bevorderde duurzaamheidskenmerken of het bereiken van de duurzame doelstelling gebeurt door middel van een gemeenschappelijke reeks indicatoren. Voor duurzame beleggingen zijn in het kader van de beoordeling van significante schade aan milieu- en sociaal duurzame beleggingsdoelstellingen (DNSH) de 14 verplichte belangrijkste negatieve-impactindicatoren opgenomen, evenals 2 optionele PAI-indicatoren.

Gegevensbronnen en verwerking: het financiële product gebruikt meerdere gegevensbronnen om informatie te verzamelen over verschillende milieu- en sociale kenmerken, waaronder koolstofemissies, blootstelling aan fossiele brandstoffen, biodiversiteit, UN Global Compact-principes, controversiële wapens en mensenrechten. Deze bronnen omvatten MSCI Research, CDP, Factset, S&P Global Trucost, StreetAccount en niet-financiële rapporten van het bedrijf. De ESG-specialisten van RAM volgen een geavanceerd onderzoeksproces om betrouwbare informatiebronnen te identificeren en vooroordelen te beperken, met behulp van een volledig geautomatiseerd proces dat uitschietersdetectie, historische consistentiecontroles en coherentiecontroles in verschillende gegevensbronnen omvat. Ze werken ook samen met gegevensleveranciers wanneer fouten worden gedetecteerd en brengen indien nodig aanpassingen aan.

Beperkingen aan methodologieën en gegevens: het compartiment belegt in een breed scala aan bedrijven in marktkapitalisatiesegmenten en niet alle bedrijven worden gedekt door alle externe gegevensproviders. Daarnaast is er momenteel een gebrek aan transparantie in de extra-financiële rapportages van bedrijven, maar dit zal naar verwachting verbeteren na de implementatie van CSRD in 2025. De duurzaamheidsmethodologie die door het compartiment wordt gebruikt, is bedoeld om deze beperkingen aan te pakken door zich te concentreren op algemeen beschikbare statistieken, meerdere gegevensproviders te gebruiken samen met zelfgerapporteerde gegevens van bedrijven en een eigen NLP-pijplijn te gebruiken om ESG-informatie te extraheren uit bronnen met een hoge dekking, zoals nieuwsstroom.

Due diligence: om due diligence voor ESG-factoren uit te voeren, gebruikt RAM gegevens die door derden zijn verstrekt en vult deze aan met zijn interne onderzoek. Deze gegevens zijn dynamisch omdat ze regelmatig worden bijgewerkt op basis van rapporten van bedrijven en gegevens die door derden worden verstrekt.

RAM analyseert deze gegevens (i) om te begrijpen hoe onderliggende activa ESG-overwegingen integreren en (ii) om de ESG-risico's te identificeren: 

  • uitsluitingslijst
  • beoordeling van goed bestuur
  • PAI-overweging
  • overweging van duurzaamheidsrisico's

Betrokkenheidsbeleid: de betrokkenheidsstrategie van RAM richt zich op bedrijven die de principes van het Global Compact van de Verenigde Naties of andere internationale verdragen schenden op gebieden zoals mensenrechten, arbeid, milieu en anticorruptie. In plaats van dergelijke bedrijven uit te sluiten van zijn beleggingsuniversum, geeft RAM er de voorkeur aan een constructieve dialoog met hen aan te gaan in de overtuiging dat dit effectiever is. Als de betrokkenheid niet leidt tot de gewenste verandering, kan RAM besluiten het bedrijf uit te sluiten van zijn beleggingsuniversum. De betrokkenheid van RAM neemt verschillende vormen aan, waaronder onafhankelijke individuele betrokkenheid die wordt geïdentificeerd via zijn eigen NLP-infrastructuur en samenwerkingsverbanden met andere investeerders of instellingen.

Aangewezen referentiebenchmark: er is geen benchmark aangewezen voor het financiële product.

b)   Geen duurzame beleggingsdoelstelling 

Dit financiële product bevordert milieu- of sociale kenmerken, maar heeft geen duurzame belegging als doel.

Het proces van het verifiëren van de belangrijkste negatieve effecten op milieu- en sociaal duurzame doelstellingen (DNSH) is gebaseerd op de 14 verplichte principal adverse impact (PAI) indicatoren en 2 optionele PAI-indicatoren (Investeringen in chemische producerende bedrijven en aantal geïdentificeerde gevallen van ernstige mensenrechtenkwesties en incidenten). Als een negatieve beoordeling wordt waargenomen (schade aan een van deze indicatoren), is de titel uitgesloten.

Het waarderingskader dat wordt gebruikt in ESG-controverses is ontworpen om consistent te zijn met internationale normen die zijn vertegenwoordigd in veel algemeen aanvaarde wereldwijde conventies. Dit kader is dus in overeenstemming met:

  • de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens
  • de Verklaring van de IAO over de fundamentele beginselen en rechten op het werk
  • het Global Compact van de Verenigde Naties
  • de OESO-richtlijnen voor multinationale ondernemingen

Elk bedrijf dat betrokken is bij een ESG-controverse en niet voldoet aan het bovenstaande kader, wordt uitgesloten van het beleggingsuniversum. Onze externe gegevensleverancier, evenals onze eigen analyse van ongestructureerde nieuwsgerelateerde gegevens, identificeert en beoordeelt controverses die van invloed zijn op bedrijfsactiviteiten en governancepraktijken, waarbij producten en diensten worden benadrukt die naar verluidt nationale of internationale wet- en regelgeving en / of algemeen aanvaarde wereldwijde normen schenden.

c)  Ecologische of sociale kenmerken van het financiële product

Ecologische kenmerken:

  • vermindering van de emissie-intensiteit van broeikasgassen (BKG), Scope 1*, Scope 2** en Scope 3***
  • vermindering van de koolstofvoetafdruk, Scope 1*, Scope 2** en Scope 3***
  • vermindering van de blootstelling aan fossiele brandstoffen

Sociale kenmerken :

  • naleving van het Global Compact van de Verenigde Naties
  • naleving van de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens
  • geen blootstelling aan controversiële wapens

* Scope 1 Broeikasgasemissies: directe emissies van bronnen die eigendom zijn van/gecontroleerd worden door het bedrijf
** Scope 2 Broeikasgasemissies: indirecte emissies als gevolg van energie die door een bedrijf wordt gekocht, maar door andere entiteiten wordt ingekocht
*** Scope 3 Broeikasgasemissies: indirecte emissies (niet opgenomen in scope 2) die het bedrijf niet kan beheersen (vaak een groot deel van de koolstofvoetafdruk van een bedrijf

De benchmark voor dit financiële product is MSCI Daily Net TR Europe Euro (MSDEE15N). Deze benchmark houdt geen rekening met de milieu- en/of sociale kenmerken die worden toegepast op de specifieke beleggingsmethodologie van het compartiment. De samenstelling van de portefeuille van het compartiment kan aanzienlijk verschillen van die van de benchmark.

d)   Beleggingsstrategie 

De beleggingsstrategie volgt een systematisch en gedisciplineerd 3-stappen beleggings- en selectieproces:

  1. ESG-integratie: integratie van meer dan 50 ESG-statistieken als voorspellende factoren in de aandelenselectiefase van de substrategieën Value, Low Risk en Agnostic.
  2. Duurzaam beleggen: een duurzame strategie selecteert bedrijven met lage broeikasgasemissies ten opzichte van de sector, met doelstellingen voor broeikasgasemissiereductie en met aantrekkelijke fundamentele en risicokenmerken, met positieve alfaverwachtingen.
  3. ESG-optimalisatie: prestaties op ESG-statistieken zijn een van de vier dimensies van de optimalisatiefase van de portefeuille en zijn bedoeld om het duurzaamheidsprofiel van de portefeuille te bewaken.

Financiële en duurzaamheidsindicatoren worden regelmatig opnieuw beoordeeld en de posities van de portefeuille worden dienovereenkomstig aangepast.

Goede governancepraktijken worden beoordeeld aan de hand van een kwantitatief kader met meerdere stappen dat zeven maatstaven omvat, onderverdeeld in vier categorieën:

  • Werknemersrelaties: controverses over arbeidsverhoudingen
  • Sterke managementstructuur: corruptie en bedrijfsethiek, governance-incidenten, toezicht door de raad van bestuur op managementactiviteiten
  • Fiscale compliance: boekhoudkundig onderzoek, fiscaal gedrag.
  • Compensatie: kwesties in verband met de consistentie van compensatie.

In het geval dat sommige bedrijven niet over voldoende gegevens beschikken, passen we de volgende corrigerende maatregelen toe:

  • Een algemene governancescore (extern of intern) wordt standaard gebruikt.
  • Het beleggingsteam evalueert periodiek potentiële aanvullende gegevensbronnen om de dekking te verbeteren.
  • Huidige gegevensproviders worden periodiek gecontacteerd om de gegevensdekking indien nodig te vergroten.

e)   Aandeel beleggingen 

Minimale duurzame investering: 20% 

Investeringen 100%
#1 Afgestemd op E/S-kenmerken 95%
#1A Duurzaam 20%
#1B Andere E/S-kenmerken 75%
#2 Andere 5%

#1A Duurzaam: niet-taxonomie gealigneerd
 
f)   Monitoring ecologische of sociale kenmerken

Verschillende milieu- en sociale indicatoren worden gebruikt om het bereiken van de kenmerken te meten die door het fonds worden bevorderd:

Milieu-indicatoren:

  • BKG-intensiteit, Scope 1, Scope 2 and Scope 3
  • Ecologische voetafdruk, Scope 1*, Scope 2** and Scope 3.
  • Blootstelling aan fossiele brandstoffen
  • Blootstelling aan activiteiten die een aanzienlijke impact hebben op de opwarming van de aarde, zoals steenkool, oliezand, schaliegas en ultradiepe waterboringen.

Sociale indicatoren :

  • % van de portefeuille in strijd met het Global Compact van de Verenigde Naties of de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens
  • Blootstelling aan controversiële wapens

Controlemechanismen:

Het Responsible Investment Committee ("RI Committee") op RAM-bedrijfsniveau komt regelmatig bijeen om alle ESG-aspecten vanuit een compliance-, commercieel en operationeel oogpunt te behandelen. Belangrijke ESG-beslissingen worden beoordeeld en gevalideerd door het RI-comité voordat de raad van bestuur wordt goedgekeurd. Het ESG-adviescomité opereert binnen elke RAM-bevek en is opgericht om de leden van de raad van bestuur van elke SICAV te adviseren en te informeren over milieu-, sociale en governancekwesties met betrekking tot de activiteiten van de fondsen, en voornamelijk over portefeuillestrategieën en -posities.

Na goedkeuring van de RI-commissie worden alle uitsluitingen opgenomen in de vorm van een SQL-tabel en gebruikt door zowel beleggings- als risicomanagers:

  1. Eerste niveau: uitsluiting als onderdeel van het beleggingsproces: De portefeuillebeheerders hebben geautomatiseerde tools ontwikkeld om informatie uit de SQL-tabel op te halen, waardoor ze relevante instrumenten dynamisch kunnen uitsluiten van hun belegbare universum.
  2. Tweede niveau: uitsluitingsverificatie beheerd door het risicoteam: De pre-trade risicomodule identificeert alle transacties waarvan de namen op de uitsluitingslijst staan en waarschuwt de relevante teams voor verder onderzoek..

g)   Methodologieën

Het meten van de bevorderde duurzaamheidskenmerken of het bereiken van de duurzame doelstelling gebeurt door middel van een gemeenschappelijke reeks indicatoren. Rekening houdend met de ecologische en sociale kenmerken van het compartiment, worden de volgende indicatoren geprioriteerd:

(1) Broeikasgasemissies: Scope 1/2/3 en totale broeikasgasemissies
(2) Ecologische voetafdruk 1/2/3
(3) BKG-intensiteit 1/2/3
(4) Blootstelling aan fossiele brandstoffen
(7) Activiteiten met een negatieve invloed op biodiversiteitsgevoelige gebieden
(10) Schendingen van de UN Global Compact-beginselen en de richtlijnen van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) voor multinationale ondernemingen.
(14) Blootstelling aan controversiële wapens (landmijnen, clustermunitie, chemische wapens en biologische wapens)
(14 optioneel) Aantal geïdentificeerde gevallen van ernstige mensenrechtenproblemen en -incidenten.

Voor duurzame beleggingen zijn in het kader van de beoordeling van significante schade aan milieu- en sociaal duurzame beleggingsdoelstellingen (DNSH) de 14 belangrijkste verplichte negatieve effecten opgenomen, evenals 2 optionele effecten.

h)   Databronnen en -verwerking

Meerdere gegevensbronnen worden gebruikt om elk van de milieu- of sociale kenmerken te bereiken die door het financiële product worden bevorderd:

  • Koolstofemissies: MSCI Research, CDP, Factset, niet-financiële rapporten van het bedrijf
  • Blootstelling aan fossiele brandstoffen: S&P Global Trucost
  • Biodiversiteit: MSCI Research
  • UN Global Compact principes: MSCI Research, StreetAccount
  • Controversiële wapens: S&P Global
  • Human RIghts: MSCI ResearchS&P Global, StreetAccount

De ESG-specialisten van RAM volgen een geavanceerd onderzoeksproces om ongewenste vooroordelen te voorkomen en passen een multi-data providerbenadering toe om betrouwbare informatiebronnen te identificeren en methodologische vooroordelen te verminderen. De volledig geautomatiseerde verwerking maakt een systematische robuustheidscontrole van de gegevens mogelijk, inclusief detectie van uitschieters, historische consistentie en samenhang tussen de verschillende gegevensbronnen. Belangrijk is dat kwantitatieve analyse in de loop van de tijd wordt uitgevoerd om potentiële fouten in binnenkomende datasets te detecteren. Wanneer een dergelijke gebeurtenis plaatsvindt, wordt een betrokkenheidsproces met de relevante gegevensleverancier gestart, wat resulteert in mogelijke aanpassingen.

Er is een volledig geautomatiseerde onderzoeks- en productie-infrastructuur ontwikkeld, van het verzamelen van ruwe gegevens tot het creëren van ESG-factoren, wat een tijdige implementatie in het beleggingsproces mogelijk maakt. Het QuantitativeEquity Research-team van RAM AI heeft een Natural Language Processing (NLP) -tool ontwikkeld die inzichten en voorspellingen kan extraheren uit ongestructureerde natuurlijke taal, zoals ESG-nieuwsstroom. Geen enkel deel van de geschatte gegevens kan momenteel met voldoende nauwkeurigheid worden gepubliceerd. RAM-AI is van plan een methode te ontwikkelen om het percentage intern verrijkte gegevens te bepalen, zoals extrapolatie naar de bredere bedrijfsentiteit. Het bepalen van het percentage van de door de leverancier verkregen gegevens dat wordt geschat, is een uitdaging vanwege een gebrek aan metagegevens.

i)    Methodologische en databeperkingen 

Het belegbare universum van het compartiment bestrijkt een breed spectrum van marktkapitalisaties, van smallcaps tot large caps. Met name voor zo'n groot spectrum vallen niet alle bedrijven binnen de dekking van alle externe gegevensproviders.

Bovendien zijn de extrafinanciële rapportages van het bedrijf nog steeds niet transparant, maar we verwachten dat de situatie zal verbeteren na de implementatie van CSRD in 2025.

Onze duurzaamheidsmethodologie is erop gericht om deze beperkingen te verminderen door de volgende benaderingen te combineren:

  • Focus op algemeen beschikbare statistieken in verschillende regio's en industrieën, zoals koolstofemissies.
  • Een multi data provider aanpak, met verschillende dekkingskenmerken
  • Het gebruik van zelfgerapporteerde gegevens van het bedrijf
  • Een eigen NLP-pijplijn die ESG-informatie kan extraheren uit minder conventionele bronnen met een hoge dekking, zoals nieuwsstroom.

j)    Due diligence 

Om due diligence voor ESG-factoren uit te voeren, gebruikt RAM gegevens die door derden zijn verstrekt en vult deze aan met zijn interne onderzoek. Deze gegevens zijn dynamisch omdat ze regelmatig worden bijgewerkt op basis van rapporten van bedrijven en gegevens die door derden worden verstrekt.

RAM analyseert deze gegevens (i) om te begrijpen hoe onderliggende activa ESG-overwegingen integreren en (ii) om de ESG-risico's te identificeren:

  1. Uitsluitingslijst: Bedrijven kunnen worden uitgesloten op basis van een of meer criteria en geïdentificeerde problemen. De beslissing om een bedrijf uit te sluiten wordt genomen na een beoordeling van de kwestie door de RAM RI-commissie.
  2. Beoordeling van goed bestuur: RAM past een governanceproces met meerdere stappen toe waarbij zeven binaire maatstaven worden toegepast die de SFDR-vereisten weerspiegelen en betrekking hebben op i) werknemersrelaties, ii) degelijke managementstructuren, iii) belastingnaleving en iv) beloning van personeel. Een bedrijf dat niet slaagt voor de good governance-test wordt automatisch uitgesloten van het belegbare universum.
  3. PAI-overweging: DNSH-test wordt uitgevoerd tegen een bepaalde waarde voor elk van de 14 verplichte PAI-indicatoren en voor 2 optionele PAI-indicatoren (investeringen in bedrijven die chemische stoffen produceren en aantal geïdentificeerde gevallen van mensenrechtenproblemen en ernstige incidenten). Als een negatieve beoordeling van een van de vooroordelen wordt waargenomen, is de zekerheid uitgesloten.
  4. Overweging van duurzaamheidsrisico's: Duurzaamheidsrisicobeheer wordt op twee niveaus uitgevoerd. Ten eerste is het geïntegreerd in het beleggingsproces en ten tweede beoordeelt en valideert de onafhankelijke risicobeheerfunctie de uitvoering volgens de regels die zijn gedefinieerd in het prospectus, de uitsluitingslijst en het respectieve risicoprofiel van het Fonds.

k)  Engagementbeleid 

De betrokkenheid van RAM richt zich op bedrijven die de principes van het Global Compact van de Verenigde Naties of van andere internationale verdragen op het gebied van mensenrechten, arbeid, milieu en anticorruptie ernstig en structureel schenden.

RAM is van mening dat een constructieve dialoog met de bedrijven waarin de Fondsen beleggen effectiever is dan het uitsluiten van bedrijven uit ons beleggingsuniversum. Als de betrokkenheid niet leidt tot de gewenste verandering, kan RAM besluiten een bedrijf uit te sluiten van het beleggingsuniversum.

De waarde van verschillende vormen van betrokkenheid erkennen:

  • onafhankelijk uitgevoerde individuele opdrachten na de identificatie van potentiële controverses via de eigen NLP-infrastructuur van RAM.
  • samenwerkingen met andere investeerders of instellingen, door actief lidmaatschap van samenwerkingsplatforms zoals The Institutional Investors Group on Climate Change (IIGCC), United Nations Principles for Responsible Investment (UN PRI) en Carbon Disclosure Project (CDP), Access to Medicine Foundation, Climate Action 100+.
     

l)   Aangewezen referentiebenchmark 

Er is geen benchmark aangewezen voor het financiële product.

Pictet Digital (Pictet)

a) Samenvatting

Dit fonds Ja Neen
Is compliant met artikel 8 van de SFDR Verordening (1)
  •   
 
Integreert ESG factoren en duurzaamheidsrisico’s
  •  
 
Heeft een duurzame beleggingsdoelstelling  
  •  
Promoot milieu of sociale kenmerken
  •  
 
Beoordeelt de goede governancepraktijken van de ondernemingen waarin is belegd
  •  
 
Voert betrokkenheid uit
  •  
 
Voert stemrechten uit (2)
  •  
 
Beschouwt en, waar mogelijk, beperkt de negatieve gevolgen van haar investeringen voor de samenleving en het milieu
  •  
 
Sluit controversiële wapens en thermische steenkoolwinning uit (3/4)
  •  
 
Sluit thermische kolenopwekking, onconventionele olie- en gasexploratie en -productie, conventionele wapens en handvuurwapens, tabaksproductie, productie van entertainment voor volwassenen en gokactiviteiten uit (4)
  •  
 
Sluit conventionele olie- en gasproductie, kernenergie, militaire wapengerelateerde producten en diensten, ontwikkeling / groei van genetisch gemodificeerde organismen, pesticiden uit (4)  
  •  
Sluit bedrijven uit die de internationale normen ernstig schenden, waaronder de UN Global Compact-beginselen inzake mensenrechten, arbeidsnormen, milieubescherming en corruptiebestrijding
  •  
 
Heeft richtlijnen met betrekking tot ESG-methodologieën, gegevensbronnen en -verwerking en bewaakt de naleving van de bindende elementen van het fonds
  •  
 
Heeft een specifieke ESG-index  
  •  

Bij het besluit om in het bevorderde fonds te beleggen, moet rekening worden gehouden met alle kenmerken of doelstellingen van het gepromote fonds zoals beschreven in het prospectus of in de informatie die aan beleggers moet worden bekendgemaakt.

(1) Verordening (EU) 2019/2088 van het Europees Parlement en de Raad van 27 november 2019 betreffende informatieverschaffing over duurzaamheid in de financiële dienstensector (SFDR)
(2) Alleen van toepassing op aandelenbezit
(3) Voor passieve strategieën worden uitsluitingen geïmplementeerd voor zover de portefeuillestructuur, gewichtsafwijkingen, volatiliteit en prestaties niet wezenlijk worden beïnvloed
(4) Voor meer informatie over de inkomstendrempel die wordt toegepast op de uitsluitingen, verwijzen wij u naar het Pictet Asset Management Responsible Investment Policy. Pictet Asset Management behoudt de volledige discretie over de toepassing van uitsluitingscriteria en behoudt zich het recht voor om van geval tot geval af te wijken van informatie van derden.

b) Geen duurzame beleggingsdoelstelling

Dit financiële product bevordert milieu- of sociale kenmerken, maar heeft geen duurzame belegging als doel.

c)    Ecologische of sociale kenmerken van het financiële product 

  • Positieve kanteling:

Het fonds streeft ernaar het gewicht van effecten met lage duurzaamheidsrisico's te verhogen en/of het gewicht van effecten met hoge duurzaamheidsrisico's te verlagen en heeft daardoor een beter milieu-, sociaal en governanceprofiel (ESG) dan de referentie-index.

  • Op normen en waarden gebaseerde uitsluitingen:

Het fonds sluit emittenten uit die de internationale normen ernstig schenden of significante activiteiten hebben met negatieve gevolgen voor de samenleving of het milieu.

  •  Actief eigenaarschap:

Het fonds oefent methodisch zijn stemrecht uit. Het fonds kan ook met het management van bedrijven samenwerken over materiële ESG-kwesties en kan de beleggingen stopzetten als de vooruitgang onbevredigend blijkt.

d)    Beleggingsstrategie

De vermogensbeheerder gebruikt een combinatie van markt- en fundamentele bedrijfsanalyses om effecten te selecteren die volgens hem gunstige groeivooruitzichten bieden tegen een redelijke prijs. Het beleggingsbeheer beschouwt ESG-factoren als een kernelement van zijn strategie door een gekantelde aanpak te hanteren die erop gericht is het gewicht van effecten met lage duurzaamheidsrisico's te verhogen en/of het gewicht van effecten met hoge duurzaamheidsrisico's te verminderen, met inachtneming van goede governancepraktijken. Activiteiten die de samenleving of het milieu nadelig beïnvloeden, worden ook vermeden. Stemrechten worden methodisch uitgeoefend en er kan sprake zijn van betrokkenheid bij bedrijven om ESG-praktijken positief te beïnvloeden. Raadpleeg voor meer informatie ons uitsluitingskader in het beleid voor verantwoord beleggen, SFDR-productcategorie artikel 8. De samenstelling van de portefeuille is niet beperkt ten opzichte van de benchmark, dus de gelijkenis van de prestaties van het fonds met die van de benchmark kan variëren.

De bindende elementen van het fonds omvatten:

  • uitsluiting van uitgevende instellingen die:
    • betrokken zijn bij de productie van controversiële wapens, waaronder antipersoonsmijnen, clustermunitie, biologische en chemische wapens, kernwapens en verarmd uranium
    • een aanzienlijk deel van hun inkomsten halen uit activiteiten die schadelijk zijn voor de samenleving of het milieu, zoals thermische steenkoolwinning en energieopwekking, onconventionele olie- en gasexploratie en -productie, conventionele olie- en gasproductie, kernenergie, conventionele wapens en handvuurwapens, militaire wapens en wapengerelateerde producten en diensten, tabaksproductie, productie van entertainment voor volwassenen;  gokactiviteiten, ontwikkeling/groei van genetisch gemodificeerde organismen, pesticidenproduct/-detailhandel. Raadpleeg het responsible investment-beleid van Pictet Asset Management voor meer informatie over uitsluitingsdrempels die van toepassing zijn op de bovenstaande activiteiten.
    • een aanzienlijk deel van hun inkomsten halen uit activiteiten die schadelijk zijn voor de samenleving of het milieu, zoals thermische steenkoolwinning en energieopwekking, onconventionele olie- en gasexploratie en -productie, conventionele olie- en gasproductie, kernenergie, conventionele wapens en handvuurwapens, militaire wapens en wapengerelateerde producten en diensten, tabaksproductie, productie van entertainment voor volwassenen;  gokactiviteiten, ontwikkeling/groei van genetisch gemodificeerde organismen, pesticiden, producten/detailhandel schenden alle internationale normen, waaronder de UN Global Compact-beginselen inzake mensenrechten, arbeidsnormen, milieubescherming en corruptiebestrijding
  • een beter ESG-profiel dan de referentie-index
  • analyse van ESG-criteria van in aanmerking komende effecten die ten minste 90% van de nettoactiva of het aantal emittenten in de portefeuille dekt

Het fonds beoordeelt de besluitvormingsprocessen en -controles van het bedrijf, evenals hoe het management de belangen van aandeelhouders, werknemers, leveranciers, klanten, de gemeenschap en andere belanghebbenden in evenwicht brengt.
Beoordeelde gebieden kunnen zijn:

  • de samenstelling van het directieteam en de raad van bestuur, met inbegrip van de ervaring, diversiteit en rolverdeling, samen met successieplanning en evaluatie van de raad van bestuur
  • beloning van bestuurders, met inbegrip van kortetermijn- en langetermijnprikkels en hun afstemming op de belangen van beleggers
  • risicobeheersing en -rapportage, met inbegrip van de onafhankelijkheid en ambtstermijn van de accountant
  • aandeelhoudersrechten, waaronder transacties met één aandeel en transacties met verbonden partijen
     

e) Aandeel beleggingen

Het fonds streeft ernaar om min 90% in lijn te zijn met E/S-kenmerken:

Investeringen 100%
#1 Afgestemd op E/S-kenmerken 90%
#2 Andere 0-10%

 

 


#1 Afgestemd op E/S-kenmerken: omvat de beleggingen van het financiële product dat wordt gebruikt om de milieu- of sociale kenmerken te bereiken die door het financiële product worden bevorderd.
#2 Andere: omvat de resterende beleggingen van het financiële product die niet zijn afgestemd op de milieu- of sociale kenmerken, noch worden gekwalificeerd als duurzame beleggingen.

f)     Monitoring ecologische of sociale kenmerken 

Onze compliance-afdeling controleert voortdurend de bindende elementen (waarnaar wordt verwezen in de sectie Beleggingsstrategie) van het fonds om ervoor te zorgen dat hieraan wordt voldaan gedurende de hele levenscyclus van het fonds.

g)  Methodologieën 

Indicatoren die het fonds gebruikt zijn onder meer:

  • algemeen ESG-profiel
  • indicatoren met een negatief effect (Principle Adverse Impact), zoals blootstelling aan emittenten die de internationale normen ernstig schenden of significante activiteiten hebben met negatieve E/S-effecten op de samenleving of het milieu
  • percentage in aanmerking komende bedrijfsvergaderingen waar stemrechten werden uitgeoefend

h)  Databronnen en -verwerking

Pictet Asset Management vertrouwt op verschillende informatiebronnen om potentiële investeringen te analyseren en te monitoren, waaronder financiële pers, analisten van andere financiële instellingen (waaronder makelaars), kredietbeoordelingsdiensten, ESG-onderzoeksproviders en mediarapporten. Het aandeel van de geschatte gegevens varieert tussen onderzoeksaanbieders en regio's.

ESG-gegevensleveranciers worden onderworpen aan een herziening van hun bedrijfsmodel, onderzoeksproces, technische expertise, gegevensdekking, kwaliteitsborgingsmechanismen en preventie van belangenconflicten.

Zodra ESG-gegevens in onze systemen zijn geïntegreerd, voeren we voortdurend kwaliteitscontroles uit om problemen op te sporen en aan te pakken die een negatieve invloed kunnen hebben op het gegevensgebruik.

i)    Methodologische en databeperkingen 

Belangrijke beperkingen van onze methodologieën kunnen een gebrek aan gegevensdekking en/of kwaliteit omvatten. Om deze problemen op te lossen, worden onze methodologieën geïnformeerd door betrouwbare bronnen die zijn verzameld van diverse gerenommeerde externe onderzoeksproviders die experts zijn op hun gebied. Daarnaast behouden wij ons het recht voor om van geval tot geval af te wijken van informatie van derden in gevallen waarin deze als onjuist of onvolledig wordt beschouwd.

j) Due Diligence

Ons due diligence-proces van emittenten omvat de volgende punten:

  • De duidelijkheid en robuustheid van de langetermijnstrategie van de emittent
  • Het functioneren en kaliber van bestuursstructuren en effectief leiderschap
  • De financiële kracht en prestaties van emittenten en de reële waardering van onderliggende effecten
  • Duurzaamheidsrisico's & kansen en negatieve effecten van potentiële investeringen op de maatschappij en/of het milieu

k) engagementbeleid

Interactie met emittenten vindt plaats in de vorm van één-op-één gesprekken, aandeelhouders-/obligatiehoudersvergaderingen, roadshows voor beleggers en/of conference calls. De doelstellingen van deze interacties zijn om een organisatie te beoordelen voordat ze investeren, te controleren of hun strategie wordt geïmplementeerd in overeenstemming met onze verwachtingen en ervoor te zorgen dat emittenten op schema liggen om hun doelen en doelstellingen te bereiken.

Waar van toepassing betrekken we emittenten bij materiële ESG-kwesties, waaronder controverses, om ons ervan te vergewissen dat ze deze op korte, middellange en lange termijn volledig begrijpen en effectief aanpakken. Onze betrokkenheidsactiviteiten omvatten een combinatie van gerichte interne discussies, gezamenlijke institutionele beleggersinitiatieven en betrokkenheidsdiensten van derden. We engageren ons namens onze long only, beheerde aandelen- en schuldposities.

l)  Aangewezen referentiebenchmark 

Er is geen specifieke ESG-index aangewezen

 

Pictet SmartCity (Pictet)

a) Samenvatting

Dit fonds Ja Neen
Is compliant met artikel 8 van de SFDR Verordening (1)
  •   
 
Integreert ESG factoren en duurzaamheidsrisico’s
  •  
 
Heeft een duurzame beleggingsdoelstelling (2)
  •  

 

Promoot milieu of sociale kenmerken
  •  
 
Beoordeelt de goede governancepraktijken van de ondernemingen waarin is belegd
  •  
 
Voert betrokkenheid uit
  •  
 
Voert stemrechten uit (3)
  •  
 
Beschouwt en, waar mogelijk, beperkt de negatieve gevolgen van haar investeringen voor de samenleving en het milieu
  •  
 
Sluit controversiële wapens en thermische steenkoolwinning uit (4/5)
  •  
 
Sluit thermische kolenopwekking, onconventionele olie- en gasexploratie en -productie, conventionele wapens en handvuurwapens, tabaksproductie, productie van entertainment voor volwassenen en gokactiviteiten uit (5)
  •  
 
Sluit conventionele olie- en gasproductie, kernenergie, militaire wapengerelateerde producten en diensten, ontwikkeling / groei van genetisch gemodificeerde organismen, pesticiden uit (5)
  •  

 

Sluit bedrijven uit die de internationale normen ernstig schenden, waaronder de UN Global Compact-beginselen inzake mensenrechten, arbeidsnormen, milieubescherming en corruptiebestrijding
  •  
 
Heeft richtlijnen met betrekking tot ESG-methodologieën, gegevensbronnen en -verwerking en bewaakt de naleving van de bindende elementen van het fonds
  •  
 
Heeft een specifieke ESG-index  
  •  

Bij het besluit om in het bevorderde fonds te beleggen, moet rekening worden gehouden met alle kenmerken of doelstellingen van het gepromote fonds zoals beschreven in het prospectus of in de informatie die aan beleggers moet worden bekendgemaakt.

(1) Verordening (EU) 2019/2088 van het Europees Parlement en de Raad van 27 november 2019
(2) Behalve voor Pictet-Sovereign Short-Term Money Market EUR en Pictet-Sovereign Short-Term Money Market USD.  Deze fondsen hebben geen duurzame beleggingsdoelstellingbetreffende informatieverschaffing over duurzaamheid in de financiële dienstensector (SFDR)
(3) Alleen van toepassing op aandelenbezit
(4) Voor passieve strategieën worden uitsluitingen geïmplementeerd voor zover de portefeuillestructuur, gewichtsafwijkingen, volatiliteit en prestaties niet wezenlijk worden beïnvloed
(5) Voor meer informatie over de inkomstendrempel die wordt toegepast op de uitsluitingen, verwijzen wij u naar het Pictet Asset Management Responsible Investment Policy. Pictet Asset Management behoudt de volledige discretie over de toepassing van uitsluitingscriteria en behoudt zich het recht voor om van geval tot geval af te wijken van informatie van derden.

b)  Geen duurzame beleggingsdoelstelling

Dit financiële product bevordert milieu- of sociale kenmerken, maar heeft geen duurzame belegging als doel.

Het fonds is voornemens gedeeltelijk te beleggen in effecten ter financiering van economische activiteiten die substantieel bijdragen aan de milieu- en/of sociale doelstellingen.
Het fonds houdt rekening met en, waar mogelijk, beperkt de negatieve effecten van zijn beleggingen op de samenleving en het milieu door een combinatie van beslissingen over portefeuillebeheer, actieve eigendomsactiviteiten en uitsluiting van emittenten in verband met controversiële gedragingen of activiteiten.

Het fonds sluit emittenten uit die onderhevig zijn aan ernstige controverses op gebieden zoals mensenrechten, arbeidsnormen, milieubescherming en corruptiebestrijding.
Het fonds beschouwt een belegging als duurzaam als deze geen significante schade toebrengt aan een E/S-doelstelling, die het beleggingsteam bepaalt door gebruik te maken van een combinatie van kwantitatieve en kwalitatieve beoordelingen op het niveau van de emittent. De beoordelingen zijn gebaseerd op zowel algemene als sectorrelevante indicatoren en omvatten blootstelling aan materiële duurzaamheidsrisico's. Er zijn periodieke evaluaties en risicocontroles om de uitvoering te monitoren.

c)  Ecologische of sociale kenmerken van het financiële product 

  • Positieve impact:

Het fonds streeft naar een positieve milieu- en/of sociale impact door voornamelijk te investeren in bedrijven die slimmere oplossingen bieden voor de uitdagingen van verstedelijking en de levenskwaliteit van stadsbewoners verbeteren, met name op het gebied van milieu, veiligheid, gezondheid, onderwijs, werkgelegenheid, gemeenschap of mobiliteit. Het fonds belegt voornamelijk in bedrijven waarvan een aanzienlijk deel van hun activiteiten verband houdt met, maar niet beperkt is tot, mobiliteit en transport, infrastructuur, onroerend goed, duurzaam hulpbronnenbeheer (zoals energie-efficiëntie of afvalbeheer) en ondersteunende technologieën en diensten ter ondersteuning van de ontwikkeling van slimme en duurzame steden en andere relevante economische activiteiten.

  • Op normen en waarden gebaseerde uitsluitingen:

Het fonds sluit emittenten uit die de internationale normen ernstig schenden of significante activiteiten hebben met negatieve gevolgen voor de samenleving of het milieu.

  • Actief eigenaarschap:

Het fonds oefent methodisch zijn stemrecht uit. Het fonds kan ook met het management van bedrijven samenwerken over materiële ESG-kwesties en kan de beleggingen stopzetten als de vooruitgang onbevredigend blijkt.
Het fonds belegt voornamelijk in effecten die economische activiteiten financieren die substantieel bijdragen aan milieu- of sociale doelstellingen zoals:

Type duurzame beleggingen Objectief

Toegepast door het fonds

Taxonomie-gealigneerd
  • mitigatie van of aanpassing aan de klimaatverandering
  •  
Andere milieu
  • mitigatie van of aanpassing aan de klimaatverandering
  • duurzaam gebruik en bescherming van water en mariene hulpbronnen
  • transitie naar een circulaire economie
  • preventie en bestrijding van verontreiniging, of
  • bescherming en herstel van biodiversiteit en ecosystemen
  •  
Sociaal
  • inclusieve en duurzame gemeenschappen
  • toereikende levensstandaard
  • welzijn voor eindgebruikers, of waardig werk
  •  
  • Bij gebrek aan een sociale taxonomie van de EU heeft Pictet een eigen kader voor sociale taxonomie ontwikkeld op basis van de doelstellingen die worden voorgesteld in het verslag over sociale taxonomie dat is gepubliceerd door het EU-platform voor duurzame financiering; in aanmerking komende activiteiten worden gedefinieerd als economische activiteiten die maatschappelijk nuttige goederen en diensten leveren die een van de volgende drie categorieën mogelijk maken: (1) inclusieve en duurzame gemeenschappen, (2) adequate levensstandaard en welzijn voor eindgebruikers en (3) fatsoenlijk werk.

d) Beleggingsstrategie

Bij het actief beheren van het fonds gebruikt de vermogensbeheerder fundamentele bedrijfsanalyses om effecten te selecteren die volgens hem gunstige groeivooruitzichten bieden tegen een redelijke prijs. De vermogensbeheerder beschouwt ESG-factoren als een kernelement van zijn strategie door te proberen voornamelijk te beleggen in economische activiteiten die bijdragen aan een milieu- en sociale doelstelling, terwijl activiteiten die een negatieve invloed hebben op de samenleving of het milieu worden vermeden. Stemrechten worden methodisch uitgeoefend en er kan sprake zijn van betrokkenheid bij bedrijven om ESG-praktijken positief te beïnvloeden. Raadpleeg voor meer informatie ons uitsluitingskader in het beleid voor verantwoord beleggen, SFDR-productcategorie artikel 8. De samenstelling van de portefeuille is niet beperkt ten opzichte van de benchmark, dus de gelijkenis van de prestaties van het fonds met die van de benchmark kan variëren.

De bindende elementen van het fonds omvatten:

  • ten minste 51 % van de duurzame investeringen, d.w.z. investeringen in bedrijven die een aanzienlijke blootstelling hebben aan activiteiten zoals slimmere oplossingen voor de uitdagingen van verstedelijking en het verbeteren van de levenskwaliteit van stadsbewoners, met name op het gebied van milieu, veiligheid, gezondheid, onderwijs, werkgelegenheid, gemeenschap of mobiliteit (gemeten aan de hand van inkomsten, ondernemingswaarde;  winst vóór rente en belastingen, of vergelijkbaar)
  • uitsluiting van uitgevende instellingen die:
    • betrokken zijn bij de productie van controversiële wapens, waaronder antipersoonsmijnen, clustermunitie, biologische en chemische wapens, kernwapens en verarmd uranium
    • een aanzienlijk deel van hun inkomsten halen uit activiteiten die schadelijk zijn voor de samenleving of het milieu, zoals thermische steenkoolwinning en energieopwekking, onconventionele olie- en gasexploratie en -productie, conventionele olie- en gasproductie, kernenergie, conventionele wapens en handvuurwapens, militaire wapens en wapengerelateerde producten en diensten, tabaksproductie, productie van entertainment voor volwassenen;  gokactiviteiten, ontwikkeling/groei van genetisch gemodificeerde organismen, pesticidenproduct/-detailhandel. Raadpleeg het responsible investment-beleid van Pictet Asset Management voor meer informatie over uitsluitingsdrempels die van toepassing zijn op de bovenstaande activiteiten.
    • ernstige schendingen vertonen van internationale normen, waaronder de UN Global Compact-beginselen inzake mensenrechten, arbeidsnormen, milieubescherming en corruptiebestrijding
  • een beter ESG-profiel dan de referentie-index
  • analyse van ESG-criteria van in aanmerking komende effecten die ten minste 90% van de nettoactiva of het aantal emittenten in de portefeuille dekt

Het fonds beoordeelt de besluitvormingsprocessen en -controles van het bedrijf, evenals hoe het management de belangen van aandeelhouders, werknemers, leveranciers, klanten, de gemeenschap en andere belanghebbenden in evenwicht brengt.

Beoordeelde gebieden kunnen zijn:

  • de samenstelling van het directieteam en de raad van bestuur, met inbegrip van de ervaring, diversiteit en rolverdeling, samen met successieplanning en evaluatie van de raad van bestuur
  • beloning van bestuurders, met inbegrip van kortetermijn- en langetermijnprikkels en hun afstemming op de belangen van beleggers
  • risicobeheersing en -rapportage, met inbegrip van de onafhankelijkheid en ambtstermijn van de accountant
  • aandeelhoudersrechten, waaronder transacties met één aandeel en transacties met verbonden partijen
     

e) Aandeel beleggingen

Het fonds heeft tot doel:

  • minimaal 90% uitgelijnd met E/S-kenmerken
  • minstens 51% toe te wijzen aan duurzame beleggingen
Investeringen 100%
#1 Afgestemd op E/S-kenmerken 90%
#1A Duurzaam 51%
#1B Andere E/S-kenmerken  
#2 Andere 10%

#1 Afgestemd op E/S-kenmerken: omvat de beleggingen van het financiële product dat wordt gebruikt om de milieu- of sociale kenmerken te bereiken die door het financiële product worden bevorderd.

#2 Andere: omvat de resterende beleggingen van het financiële product die niet zijn afgestemd op de milieu- of sociale kenmerken, noch worden gekwalificeerd als duurzame beleggingen.

De categorie #1 uitgelijnd met E/S-kenmerken omvat:

  • De subcategorie #1A Duurzaam omvat duurzame beleggingen met milieu- of sociale doelstellingen.
  • De subcategorie #1B Overige E/S-kenmerken omvat beleggingen die zijn afgestemd op de milieu- of sociale kenmerken die niet kwalificeren als duurzame beleggingen.

Notities:

  • Duurzame beleggingscijfers worden berekend door volledig emittenten te tellen die een significante blootstelling hebben aan economische activiteiten die bijdragen aan milieu- of sociale doelstellingen en, indien relevant voor de activaklasse, blootstelling aan obligaties met een milieu- of sociaal label. Gelabelde obligaties worden volledig geteld als duurzame beleggingen.
  • Bij gebrek aan een sociale taxonomie van de EU heeft Pictet een eigen kader voor sociale taxonomie ontwikkeld op basis van de doelstellingen die worden voorgesteld in het verslag over sociale taxonomie dat is gepubliceerd door het EU-platform voor duurzame financiering; in aanmerking komende activiteiten worden gedefinieerd als economische activiteiten die maatschappelijk nuttige goederen en diensten leveren die een van de volgende drie categorieën mogelijk maken: (1) inclusieve en duurzame gemeenschappen, (2) adequate levensstandaard en welzijn voor eindgebruikers en (3) fatsoenlijk werk.
     

f) Monitoring ecologische of sociale kenmerken 

Onze compliance-afdeling controleert voortdurend de bindende elementen (waarnaar wordt verwezen in de sectie Beleggingsstrategie) van het fonds om ervoor te zorgen dat hieraan wordt voldaan gedurende de hele levenscyclus van het fonds.

g)  Methodologieën 

Indicatoren die het fonds gebruikt zijn onder meer:

  • blootstelling aan bedrijven die een aanzienlijk deel van de omzet, EBIT, ondernemingswaarde of soortgelijke maatstaven halen uit economische activiteiten die bijdragen aan milieu- of sociale doelstellingen
  • blootstelling aan inkomsten uit economische activiteiten die bijdragen aan milieu- en/of sociale doelstellingen
  • algemeen ESG-profiel
  • indicatoren met een negatief effect (Principle Adverse Impact), zoals blootstelling aan emittenten die de internationale normen ernstig schenden of significante activiteiten hebben met negatieve E/S-effecten op de samenleving of het milieu
  • percentage in aanmerking komende bedrijfsvergaderingen waar stemrechten werden uitgeoefend

h)  Databronnen en -verwerking

Pictet Asset Management vertrouwt op verschillende informatiebronnen om potentiële investeringen te analyseren en te monitoren, waaronder financiële pers, analisten van andere financiële instellingen (waaronder makelaars), kredietbeoordelingsdiensten, ESG-onderzoeksproviders en mediarapporten. Het aandeel van de geschatte gegevens varieert tussen onderzoeksaanbieders en regio's.

Esg-gegevensleveranciers worden onderworpen aan een herziening van hun bedrijfsmodel, onderzoeksproces, technische expertise, gegevensdekking, kwaliteitsborgingsmechanismen en preventie van belangenconflicten.

Zodra ESG-gegevens in onze systemen zijn geïntegreerd, voeren we voortdurend kwaliteitscontroles uit om problemen op te sporen en aan te pakken die een negatieve invloed kunnen hebben op het gegevensgebruik.

i)    Methodologische en databeperkingen 

Belangrijke beperkingen van onze methodologieën kunnen een gebrek aan gegevensdekking en/of kwaliteit omvatten.

Om deze problemen op te lossen, worden onze methodologieën geïnformeerd door betrouwbare bronnen die zijn verzameld van diverse gerenommeerde externe onderzoeksproviders die experts zijn op hun gebied. Daarnaast behouden wij ons het recht voor om van geval tot geval af te wijken van informatie van derden in gevallen waarin deze als onjuist of onvolledig wordt beschouwd.

j) Due Diligence

Ons due diligence-proces van emittenten omvat de volgende punten:

  • De duidelijkheid en robuustheid van de langetermijnstrategie van de emittent
  • Het functioneren en kaliber van bestuursstructuren en effectief leiderschap
  • De financiële kracht en prestaties van emittenten en de reële waardering van onderliggende effecten
  • Duurzaamheidsrisico's & kansen en negatieve effecten van potentiële investeringen op de maatschappij en/of het milieu

k) Engagementbeleid

Interactie met emittenten vindt plaats in de vorm van één-op-één gesprekken, aandeelhouders-/obligatiehoudersvergaderingen, roadshows voor beleggers en/of conference calls. De doelstellingen van deze interacties zijn om een organisatie te beoordelen voordat ze investeren, te controleren of hun strategie wordt geïmplementeerd in overeenstemming met onze verwachtingen en ervoor te zorgen dat emittenten op schema liggen om hun doelen en doelstellingen te bereiken.

Waar van toepassing betrekken we emittenten bij materiële ESG-kwesties, waaronder controverses, om ons ervan te vergewissen dat ze deze op korte, middellange en lange termijn volledig begrijpen en effectief aanpakken. Onze betrokkenheidsactiviteiten omvatten een combinatie van gerichte interne discussies, gezamenlijke institutionele beleggersinitiatieven en betrokkenheidsdiensten van derden. We engageren ons namens onze long only, beheerde aandelen- en schuldposities.

l)  Aangewezen referentiebenchmark 

Er is geen specifieke ESG-index aangewezen

BGF European Special Situations (BlackRock)

a) Samenvatting

Het Fonds promoot ecologische of sociale kenmerken, maar hanteert geen duurzame beleggingsdoelstelling. Het Fonds verplicht zich er niet toe Duurzame Beleggingen aan te houden, maar dergelijke beleggingen kunnen wel degelijk in de portefeuille worden opgenomen. Het Fonds streeft de volgende doelen na: (i) de EMEA-Basisscreens van BlackRock toepassen volgens de Fundamental Insights-methode.

Het Fonds belegt ten minste 70% van de totale activa in aandelen van bedrijven die gevestigd zijn in Europa of daar het grootste deel van hun activiteiten uitvoeren. Het Fonds richt zich specifiek op bedrijven in 'bijzondere situaties' die naar het oordeel van de Beleggingsadviseur verbeterpotentieel hebben dat de markt niet naar waarde schat. Het bindende fundament van deze beleggingsstrategie ziet er als volgt uit: (1) De EMEA-Basisscreens van BlackRock toepassen volgens de Fundamental Insights-methode. Het Fonds houdt rekening met de belangrijkste ongunstige effecten (PAI's) op duurzaamheidsfactoren aan de hand van de EMEA-Basisscreens van BlackRock.

Minimaal 80% van de totale activa van het Fonds is belegd in beleggingen die zijn afgestemd op de ecologische en/of sociale kenmerken. Maximaal 20% van de totale activa van het Fonds mag belegd zijn in andersoortige beleggingen. Het Fonds heeft zich er op het moment van schrijven niet toe verplicht meer dan 0% van de activa te beleggen in Duurzame Beleggingen met een ecologische doelstelling die afgestemd is op de EU-Taxonomie, maar dergelijke beleggingen kunnen wel degelijk in de portefeuille worden opgenomen.  

BlackRock heeft een sterk geautomatiseerde nalevingsprocedure ontwikkeld om ervoor te zorgen dat het Fonds zo veel mogelijk overeenkomstig de geformuleerde beleggingsrichtlijnen en toepasselijke wettelijke vereisten wordt beheerd. Dit omvat monitoring van de ecologische of sociale kenmerken van het Fonds in overeenstemming met de relevante methodologie. BlackRock gebruikt een aantal methodologieën om te meten in welke mate wordt voldaan aan de sociale of ecologische kenmerken die door het Fonds worden gepromoot.

De Portefeuillebeheerders van BlackRock hebben toegang tot onderzoek, gegevens, tools en analyses om ESG-inzichten in hun beleggingsproces te integreren. ESG-datasets zijn afkomstig van externe gegevensaanbieders, waaronder MSCI, Sustainalytics, Refinitiv, S&P en Clarity AI. BlackRock past een uitgebreid due-diligence-proces toe om het aanbod van aanbieders te evalueren aan de hand van zeer gerichte beoordelingen van de methode en de dekking, gebaseerd op de duurzame-beleggingsstrategie van het product. De gegevens, inclusief ESG-gegevens, worden ontvangen via onze bestaande interfaces, waarna ze aan een reeks kwaliteits- en volledigheidscontroles worden onderworpen om ervoor te zorgen dat de gegevens die gebruikt worden in BlackRock-systemen en -applicaties, zoals Aladdin, van goede kwaliteit zijn. BlackRock streeft ernaar zoveel mogelijk gerapporteerde gegevens van bedrijven via externe gegevensleveranciers te verkrijgen. De sectorstandaarden voor informatieverschaffing zijn echter nog in ontwikkeling, met name met betrekking tot voorspellende indicatoren. Daarom vertrouwen we in bepaalde gevallen op schattingen of indirecte metingen van gegevensleveranciers om ons brede belegbare universum van emittenten te dekken.

BlackRock blijft de ontwikkelingen in de doorlopende implementatie door de EU van haar kader voor duurzaam beleggen en haar beleggingsmethodologieën controleren, om te zorgen voor afstemming naarmate de regelgeving verandert. ESG-datasets veranderen en worden steeds beter naarmate de standaarden voor informatieverschaffing, de regelgevende kaders en de praktijken in de sector evolueren. BlackRock blijft samenwerken met uiteenlopende marktdeelnemers om de gegevenskwaliteit te verbeteren. Duurzaam beleggen en het inzicht in duurzaamheid evolueert ook mee met de data-omgeving. De spelers uit de sector staan voor de uitdaging om één enkele maatstaf of een reeks gestandaardiseerde maatstaven te identificeren waarmee een volledig beeld kan worden verkregen van een bedrijf of een belegging. BlackRock heeft daarom een kader opgesteld om duurzame beleggingen te identificeren.

BlackRock past een hoge standaard van due diligence toe bij de selectie en doorlopende monitoring van de beleggingen van het Fonds, met als doel te voldoen aan de beleggings-, liquiditeits- en risicorichtsnoeren van het Fonds, evenals aan de duurzaamheidsrisico- en ESG-criteria en algemene prestaties.

Engagement met bedrijven waarin we het vermogen van onze klanten beleggen, vindt plaats op meerdere niveaus binnen BlackRock. Wanneer een beleggingsteam ervoor kiest om engagement te gebruiken, kan dit verschillende vormen aannemen, maar in essentie zal het team van portefeuillebeheerders streven naar een regelmatige en doorlopende dialoog met leidinggevenden of bestuursleden van de betrokken bedrijven waarin wordt belegd om goed bestuur en duurzame zakelijke praktijken te bevorderen, gericht op de geïdentificeerde ESG-kenmerken en belangrijkste ongunstige indicatoren, en om inzicht te krijgen in de doeltreffendheid van zowel het management van het bedrijf als het toezicht op de activiteiten die zijn ontwikkeld om de geïdentificeerde ESG-kwesties aan te pakken. Engagement stelt het team van portefeuillebeheerders ook in staat feedback te geven over de praktijken en informatieverschaffing van bedrijven.

Er is geen specifieke index aangewezen als referentiebenchmark om te bepalen of dit Fonds is afgestemd op de ecologische en/of sociale kenmerken die het promoot.

b) Geen duurzame beleggingsdoelstelling

Dit financiële product promoot ecologische of sociale kenmerken, maar hanteert geen duurzame beleggingsdoelstelling.

Het Fonds verplicht zich er niet toe Duurzame Beleggingen aan te houden, maar dergelijke beleggingen kunnen wel degelijk in de portefeuille worden opgenomen. In hoofdstuk D (Beleggingsstrategie) leest u hoe het Fonds rekening houdt met de belangrijkste ongunstige effecten (PAI's) op duurzaamheidsfactoren.

c) Ecologische of sociale kenmerken van het financiële product

Dit Fonds past de EMEA-Basisscreens van BlackRock toe volgens de Fundamental Insights-methode. Met deze benadering kan in kaart worden gebracht welke emittenten wezenlijk zijn betrokken bij de extractie van kolen en teerzand of energieopwekking uit kolen, om zo te voorkomen dat het Fonds rechtstreeks beleggingen aanhoudt die een negatieve impact op het milieu hebben. Daarnaast wordt een negatieve sociale impact voorkomen door slechts in beperkte mate rechtstreeks te beleggen in emittenten die betrokken zijn bij controversiële wapens of kernwapens en in aanzienlijke mate betrokken zijn bij de productie en distributie van civiele vuurwapens of tabak. Daarnaast sluit het Fonds emittenten uit waarvan geconstateerd is dat ze niet voldoen aan de tien beginselen uit het Global Compact van de VN, die mensenrechten, arbeidsnormen, het milieu en corruptiebestrijding beslaan.

Het Fonds gebruikt geen referentiebenchmark om de ESG-kenmerken te behalen die het promoot.

d) Beleggingsstrategie

Het Fonds belegt ten minste 70% van de totale activa in aandelen van bedrijven die gevestigd zijn in Europa of daar het grootste deel van hun activiteiten uitvoeren. Het Fonds richt zich specifiek op bedrijven in 'bijzondere situaties' die naar het oordeel van de Beleggingsadviseur verbeterpotentieel hebben dat de markt niet naar waarde schat. Dergelijke bedrijven zijn doorgaans bedrijven met een kleine, middelgrote of grote kapitalisatie die ondergewaardeerd zijn en de kenmerken van groeiaandelen vertonen, zoals een bovengemiddelde winst- of omzetgroei en een hoog of verbeterend kapitaalrendement. Soms gaat het ook om bedrijven die de vruchten kunnen plukken van een gewijzigde bedrijfsstrategie of een herstructurering. Bedrijven worden door de Beleggingsadviseur beoordeeld op hun omgang met de risico's en kansen die gepaard gaan met ESG-factoren en hun vermogen om strategisch om te gaan met langerlopende kwesties rondom ESG en de potentiële gevolgen die dit heeft voor de financiële prestaties van het bedrijf.

De Beleggingsadviseur maakt doorgedreven analyses van alle bedrijven die naar zijn mening een verhoogd ESG-risico, hogere koolstofemissies en controversiële activiteiten hebben. In dergelijke omstandigheden kan de Beleggingsadviseur met de betrokken bedrijven in dialoog gaan om te trachten hun ESG-prestaties te verbeteren. Voor deze analyse kan de Beleggingsadviseur gebruikmaken van zijn fundamentele inzichten en gegevens van externe aanbieders van ESG-gegevens en eigen modellen.

Het Fonds past op de bedrijven in het beleggingsuniversum uitsluitingscriteria toe, de EMEA-Basisscreens van BlackRock. De Beleggingsadviseur past vervolgens de intern ontwikkelde 'Fundamental Insights'-methode toe (de "Methode", zie voor meer informatie https://www.blackrock.com/corporate/literature/publication/blackrock-baseline-screens-in-europe-middleeast-and-africa.pdf) om bedrijven te identificeren die op grond van de uitsluitingscriteria zouden worden uitgesloten, maar naar zijn mening geschikt zijn als belegging omdat ze "in transitie" zijn en op termijn aan de duurzaamheidscriteria willen voldoen, of volgens de regels van de Methode aan andere criteria voldoen.

De Methode maakt gebruik van kwantitatieve en kwalitatieve gegevens afkomstig van de Beleggingsadviseur, zijn verbonden ondernemingen en/of een of meer externe aanbieders van onderzoek. Wanneer een bedrijf naar het oordeel van de Beleggingsadviseur aan de beleggingscriteria uit de Methode voldoet en overeenkomstig de Methode wordt goedgekeurd, komt het in aanmerking voor belegging door het Fonds. Dergelijke bedrijven worden regelmatig gecontroleerd. Indien de Beleggingsadviseur oordeelt dat een bedrijf op enig moment niet of niet volledig aan de criteria van de Methode voldoet of onvoldoende medewerking verleent aan de dialoog met de Beleggingsadviseur, wordt overwogen om dat bedrijf in overeenstemming met de Methode uit het Fonds te schrappen.

Het bindende fundament van deze beleggingsstrategie ziet er als volgt uit:
1. De EMEA-Basisscreens van BlackRock toepassen volgens de Fundamental Insights-methode.

Inaanmerkingneming van de belangrijkste ongunstige effecten op duurzaamheidsfactoren
Het Fonds houdt rekening met de belangrijkste ongunstige effecten (PAI's) op duurzaamheidsfactoren aan de hand van de EMEA-Basisscreens van BlackRock.
Het Fonds houdt rekening met de volgende PAI's:

  • Blootstelling aan ondernemingen actief in de sector fossiele brandstoffen
  • Schendingen van de beginselen uit het Global Compact van de VN en de richtsnoeren voor multinationale ondernemingen van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO)
  • Blootstelling aan controversiële wapens (antipersoonsmijnen, clustermunitie, chemische wapens en biologische wapens)

Beleid voor goed bestuur
BlackRock evalueert de praktijken op het gebied van goed bestuur van de bedrijven in de portefeuille door eigen inzichten en engagement-initiatieven van de hand van de Beleggingsadviseur te combineren met gegevens van externe aanbieders van ESG-onderzoek. BlackRock gebruikt gegevens van externe aanbieders van ESG-onderzoek om in kaart te brengen van welke emittenten de bestuurspraktijken nog niet toereikend zijn. Dit gebeurt aan de hand van key performance indicators (KPI's) die samenhangen met een goede managementstructuur, betrekkingen met werknemers, beloning van het betrokken personeel en naleving van belastingwetgeving.

Mocht er geconstateerd worden dat een bepaalde emittent mogelijk met problemen op het gebied van ondernemingsbestuur kampt, gaat de Beleggingsadviseur zorgvuldig na of hij of zij zich in deze externe beoordeling kan vinden en controleert de Beleggingsadviseur op basis van een rechtstreekse dialoog met de emittent of de emittent maatregelen heeft getroffen om de problemen te verhelpen of dat binnen een redelijke termijn gaat doen. Daarnaast kan de Beleggingsadviseur besluiten de blootstelling aan dergelijke emittenten terug te schroeven.

e) Aandeel beleggingen

Minimaal 80% van de totale activa van het Fonds is belegd in beleggingen die zijn afgestemd op de ecologische en/of sociale kenmerken.
Maximaal 20% van de totale activa van het Fonds mag belegd zijn in andersoortige beleggingen.

Het Fonds kan gebruikmaken van derivaten voor beleggingsdoeleinden en ten behoeve van efficiënt portefeuillebeheer. Voor derivaten gelden eventuele eerdergenoemde ESG-ratings of -analyses alleen voor de onderliggende waarden.

Het Fonds heeft zich er op het moment van schrijven niet toe verplicht meer dan 0% van de activa te beleggen in Duurzame Beleggingen met een ecologische doelstelling die afgestemd is op de EU-Taxonomie, maar dergelijke beleggingen kunnen wel degelijk in de portefeuille worden opgenomen.  
Het Fonds verplicht zich er niet toe in transitionele en faciliterende activiteiten te beleggen, maar dergelijke beleggingen kunnen wel degelijk in de portefeuille worden opgenomen.  
Het Fonds verplicht zich er niet toe Duurzame Beleggingen aan te houden, maar dergelijke beleggingen kunnen wel degelijk in de portefeuille worden opgenomen.

Andersoortige posities zijn beperkt tot 20% en kunnen bestaan uit derivaten, cash en aan cash verwante instrumenten, aandelen of deelbewijzen van gemeenschappelijke beleggingsfondsen en vastrentende effecten (ook schuldbewijzen genoemd) die zijn uitgegeven door overheden en overheidsinstanties van over de hele wereld.

Deze beleggingen kunnen worden gedaan voor beleggingsdoeleinden in het streven naar de (financiële) beleggingsdoelstelling, ten behoeve van liquiditeitsbeheer en/of voor afdekkingsdoeleinden.

Er worden geen ecologische of sociale drempelwaarden gehanteerd voor andere posities.

f) Monitoren van de duurzame of sociale kenmerken

BlackRock heeft een sterk geautomatiseerde nalevingsprocedure ontwikkeld om ervoor te zorgen dat het Fonds zo veel mogelijk overeenkomstig de geformuleerde beleggingsrichtlijnen en toepasselijke wettelijke vereisten wordt beheerd. Dit omvat monitoring van de ecologische of sociale kenmerken van het Fonds in overeenstemming met de relevante methodologie, zoals omschreven in 'Hoofdstuk G – Methodologieën'.

De Portefeuillebeheerders hebben de primaire verantwoordelijkheid om de contractuele voorwaarden van het prospectus en andere bestuursdocumenten van het Fonds na te leven en worden ondersteund door Aladdin, de portefeuille- en risicobeheersoftware van BlackRock.

De Portfolio Compliance Group ("PCG"), een groep binnen BlackRock's Business Operations, is verantwoordelijk voor de codering van de beleggingsbeperkingen van het Fonds. Deze kunnen in Aladdin worden gecodeerd in het monitoringsysteem van BlackRock voor naleving van de regels vóór en na handelstransacties. Als een beleggingsbeperking niet kan worden gecodeerd, wordt een handmatig proces opgezet om te testen of de richtsnoeren worden nageleefd.

Monitoring vóór en na handelstransacties
Wanneer een transactie of order wordt aangemaakt, wordt de transactie voorafgaand aan de uitvoering op real time-basis beoordeeld door het primaire nalevingssysteem aan de hand van de beleggingsrichtsnoeren van het Fonds. Als een niet-conforme voorwaarde wordt gedetecteerd, kan de transactie of order niet worden uitgevoerd.

Nalevingstests worden ook 's nachts na de handel uitgevoerd op basis van de posities aan het einde van de handelsdag en gerapporteerd op T+1-basis. Nalevingsafwijkingen en -waarschuwingen worden geïdentificeerd en voor onderzoek doorgegeven aan de relevante beleggingsprofessionals, die indien nodig overleg zullen plegen met relevante deskundigen in de betreffende materie om een oplossing te vinden. De identificatie van en het onderzoek naar potentiële items worden vastgelegd in een elektronisch systeem dat een uitgebreide workflow bevat met een controlespoor. Indien nodig zullen passende corrigerende maatregelen worden genomen om afwijkingsproblemen op te lossen.

Het monitoren van bepaalde ESG-kenmerken kan mogelijk niet worden geautomatiseerd vanwege de functionaliteit van het systeem of door gegevensbeperkingen. Dergelijke ESG-kenmerken worden periodiek beoordeeld en gecontroleerd om ervoor te zorgen dat het product voldoet aan de gerelateerde verplichtingen.

Gevallen van niet-nakoming worden, zoals vereist krachtens onze wettelijke verplichtingen, gerapporteerd aan de betreffende beheermaatschappij, accountant, bewaarder en toezichthouder.

Wanneer BlackRock een deel van het beheer van een Fonds delegeert aan een externe beheerder, is de externe beheerder krachtens de geldende Overeenkomst voor beleggingsbeheer verantwoordelijk voor het naleven van de beleggingsrichtsnoeren en -beperkingen, ook als deze betrekking hebben op de ecologische of sociale kenmerken van het Fonds. De beleggingsbeperkingen met betrekking tot de ecologische of sociale kenmerken worden over het algemeen meegedeeld aan de externe beheerder, die van tijd tot tijd door BlackRock kunnen worden bijgewerkt overeenkomstig de ecologische en sociale kenmerken van het Fonds. Wanneer de externe beheerder een passieve strategie toepast, kan de externe beheerder ook controleren of aan de ecologische of sociale kenmerken wordt voldaan door een benchmarkindex te volgen die een methodologie hanteert waarin deze kenmerken zijn geïntegreerd. BlackRock ontvangt dagelijks een update van de posities van de externe beheerder en voert nalevingscontroles uit na afloop van de handel in overeenstemming met het eerder beschreven secundaire nalevingsproces. BlackRock voert ook periodiek due-diligence-onderzoek uit naar externe beheerders om ervoor te zorgen dat de bestaande controlekaders relevant blijven.

g) Methodologieën

BlackRock hanteert de volgende methodologieën met betrekking tot dit Fonds:
1. Het Fonds past de EMEA-Basisscreens van BlackRock toe volgens de Fundamental Insights-methode. Meer informatie over de EMEA-Basisscreens van BlackRock volgens de Fundamental Insights-methode is te vinden op: https://www.blackrock.com/corporate/literature/publication/blackrock-baseline-screens-in-europe-middleeast-and-africa.pdf

h) Databronnen en -verwerking

Databronnen
De Portefeuillebeheerders van BlackRock hebben toegang tot onderzoek, gegevens, tools en analyses om ESG-inzichten in hun beleggingsproces te integreren. Aladdin is het besturingssysteem waarmee de gegevens, de mensen en de technologie die nodig zijn om portefeuilles realtime te beheren, met elkaar in verbinding worden gebracht, en tevens de engine achter de ESG-analyse- en rapportagemogelijkheden van BlackRock. De Portefeuillebeheerders van BlackRock gebruiken Aladdin om beleggingsbeslissingen te nemen, portefeuilles te monitoren en toegang te krijgen tot wezenlijke ESG-inzichten die het beleggingsproces kunnen ondersteunen om de ESG-kenmerken van het Fonds te verwezenlijken.

ESG-datasets zijn afkomstig van externe gegevensaanbieders, waaronder MSCI, Sustainalytics, Refinitiv, S&P en Clarity AI. Deze datasets kunnen de belangrijkste ESG-scores, gegevens over koolstofuitstoot, maatstaven voor bedrijfsbetrokkenheid of controverses bevatten en zijn opgenomen in Aladdin-tools die beschikbaar zijn voor Portefeuillebeheerders en worden gebruikt in de beleggingsstrategieën van BlackRock. Dergelijke tools ondersteunen het volledige beleggingsproces, van onderzoek tot portefeuillesamenstelling, portefeuillemodellering en rapportage.

Genomen maatregelen om de kwaliteit van de data te waarborgen
BlackRock past een uitgebreid due-diligence-proces toe om het aanbod van aanbieders te evalueren aan de hand van zeer gerichte beoordelingen van de methode en de dekking, gebaseerd op de duurzame-beleggingsstrategie (en de ecologische en sociale kenmerken of de duurzaamheidsdoelstelling) van het product. Ons proces omvat zowel kwalitatieve als kwantitatieve analyses om de geschiktheid van gegevensproducten te beoordelen overeenkomstig de toepasselijke reguleringsnormen.

We beoordelen ESG-aanbieders en -gegevens op vijf kernpunten, die hieronder worden beschreven:

  1. Gegevensverzameling: dit omvat onder andere het beoordelen van de onderliggende gegevensbronnen van de gegevensaanbieders, de technologie die wordt gebruikt om gegevens vast te leggen, het proces om onjuiste informatie te identificeren en eventueel gebruik van machine learning of benaderingen waarbij de gegevens door mensen worden verzameld. We nemen ook geplande verbeteringen in overweging
  2. Gegevensdekking: onze beoordeling richt zich onder andere op de mate waarin een gegevenspakket dekking biedt voor ons belegbare universum van emittenten en activaklassen. Dit houdt onder meer in dat we rekening houden met de manier waarop wordt omgegaan met moedermaatschappijen en hun dochterondernemingen, evenals het gebruik van geschatte of gerapporteerde gegevens
  3. Methodologie: onze beoordeling richt zich onder andere op de gebruikte methodologieën van externe aanbieders, waaronder hun benadering van het verzamelen en berekenen van gegevens, hoe ze deze afstemmen op sector- of reglementaire normen of kaders, materialiteitsdrempels en hun benadering van gegevenslacunes
  4. Gegevensverificatie: onze beoordeling richt zich onder andere op de manier waarop externe aanbieders de verzamelde gegevens verifiëren en hun processen van kwaliteitsborging, waaronder hun engagement bij emittenten
  5. Activiteiten: we beoordelen verschillende aspecten van de activiteiten van gegevensaanbieders, waaronder hun beleid en procedures (waaronder het in overweging nemen van belangenconflicten), de omvang en ervaring van hun gegevensonderzoeksteams, hun trainingsprogramma's en hun gebruik van externe dienstverleners.

Daarnaast neemt BlackRock actief deel aan relevante overlegstructuren met leveranciers over voorgestelde wijzigingen in de methodologie die betrekking hebben op datasets van externe aanbieders of indexmethodologieën, en geeft het onderbouwde feedback en aanbevelingen aan de technische teams van gegevensaanbieders. BlackRock onderhoudt vaak een permanente dialoog met aanbieders van ESG-gegevens, waaronder aanbieders van indexen, om op de hoogte te blijven van ontwikkelingen in de sector.

De wijze waarop de data worden verwerkt
De interne processen van BlackRock zijn gericht op het leveren van gestandaardiseerde consistente gegevens van hoge kwaliteit voor gebruik door beleggingsprofessionals en voor transparantie- en rapportagedoeleinden. De gegevens, inclusief ESG-gegevens, worden ontvangen via onze bestaande interfaces, waarna ze aan een reeks kwaliteits- en volledigheidscontroles worden onderworpen om ervoor te zorgen dat de gegevens die gebruikt worden in BlackRock-systemen en -applicaties, zoals Aladdin, van goede kwaliteit zijn. De geïntegreerde technologie van BlackRock stelt ons in staat om gegevens over emittenten en beleggingen te verzamelen op basis van diverse ecologische, sociale en governancemaatstaven en diverse gegevensaanbieders, en deze ter beschikking te stellen van beleggingsteams en andere ondersteunende en controlefuncties, zoals risicobeheer.

Gebruik van geschatte data
BlackRock streeft ernaar zoveel mogelijk gerapporteerde gegevens van bedrijven via externe gegevensleveranciers te verkrijgen. De sectorstandaarden voor informatieverschaffing zijn echter nog in ontwikkeling, met name met betrekking tot voorspellende indicatoren. Daarom vertrouwen we in bepaalde gevallen op schattingen of indirecte metingen van gegevensleveranciers om ons brede belegbare universum van emittenten te dekken. Gezien de huidige uitdagingen op datagebied baseert BlackRock zich op een aanzienlijke hoeveelheid geschatte gegevens over het belegbare universum, waarbij het aandeel van de geschatte gegevens per dataset kan variëren. We streven ernaar dat het gebruik van schattingen voldoet aan de richtlijnen en dat we over de nodige documentatie beschikken en transparant kunnen zijn over de door gegevensaanbieders gehanteerde methoden. BlackRock erkent dat de datakwaliteit en -dekking moeten worden verbeterd en blijft werken aan de ontwikkeling van de datasets waar onze beleggingsprofessionals en andere teams gebruik van maken. Indien vereist krachtens de lokale regelgeving van een land, worden expliciete gegevensdekkingsniveaus voor de fondsen vermeld.

i) Methodologische en databeperkingen

Methodologische beperkingen
Duurzaam beleggen is iets dat voortdurend in ontwikkeling is, zowel wat betreft de inzichten binnen de sector als het regelgevende kader op regionaal en mondiaal niveau. BlackRock blijft de ontwikkelingen in de doorlopende implementatie door de EU van haar kader voor duurzaam beleggen monitoren en streeft ernaar haar beleggingsmethodologieën aan te passen aan veranderingen in de regelgeving. Als gevolg hiervan kan BlackRock op elk moment deze informatie en de gebruikte methodologieën en databronnen bijwerken naarmate de marktpraktijken veranderen of er nieuwe richtlijnen beschikbaar worden.

De Duurzameontwikkelingsdoelstellingen en subdoelstellingen van de VN worden door BlackRock gebruikt als een lijst van ecologische en/of sociale doelstellingen. Elke beoordeling zal worden uitgevoerd in strikte overeenstemming met de methodologie uiteengezet in het Prospectus. Aannames in verband met het conventionele gebruik van de SDG's worden niet beschouwd als onderdeel van de beoordeling, waaronder toepasselijke geografische beperkingen en verplichtingen waarvoor beperkingen kunnen gelden qua tijd of bereik, zoals doelstellingen die mogelijk alleen van toepassing zijn op overheden.

Beperkingen met betrekking tot de databronnen worden hieronder vermeld.

Databeperkingen
ESG-datasets veranderen en worden steeds beter naarmate de standaarden voor informatieverschaffing, de regelgevende kaders en de praktijken in de sector evolueren. BlackRock blijft samenwerken met uiteenlopende marktdeelnemers om de gegevenskwaliteit te verbeteren.

Hoewel elke ESG-maatstaf zijn eigen beperkingen kan hebben, hebben databeperkingen in grote lijnen betrekking op:

  • Een beperkte beschikbaarheid van bepaalde ESG-maatstaven vanwege verschillen in standaarden voor rapportage en informatieverschaffing die gevolgen hebben voor emittenten, regio's of sectoren
  • Nieuwe wettelijke rapportagestandaarden voor bedrijven met betrekking tot duurzaamheid die leiden tot verschillen in de mate waarin bedrijven in staat zijn hun rapportage in lijn te brengen met reglementaire criteria, waardoor sommige maatstaven een laag dekkingsniveau kunnen hebben
  • Inconsistentie in het gebruik en het aandeel van gerapporteerde versus geschatte ESG-gegevens bij verschillende gegevensaanbieders, gemeten over verschillende tijdsperioden, wat ten koste gaat van de vergelijkbaarheid.
  • Geschatte gegevens kunnen per definitie afwijken van de werkelijke cijfers als gevolg van de aannames of hypothesen van gegevensaanbieders.
  • Verschillen in standpunten of beoordelingen van emittenten als gevolg van verschillende methodologieën van aanbieders of het gebruik van subjectieve criteria
  • De meeste ESG-rapportages en -informatieverschaffing van bedrijven vinden een keer per jaar plaats en het kost veel tijd om deze gegevens te produceren, wat betekent dat ze met vertraging worden geproduceerd vergeleken met financiële gegevens. Er kan ook sprake zijn van een inconsistente verversingsfrequentie van de gegevens bij verschillende gegevensaanbieders die dergelijke gegevens in hun datasets opnemen.
  • De dekking en toepasbaarheid van gegevens over activaklassen en indicatoren kunnen variëren
  • Gegevens die betrekking hebben op de toekomst, zoals klimaatgerelateerde doelstellingen, kunnen aanzienlijk verschillen van historische en actuele maatstaven.

Zie het jaarverslag van het Fonds voor meer informatie over de berekeningswijze van maatstaven die worden weergegeven met duurzaamheidsindicatoren.

j) Due Diligence

BlackRock past een hoge standaard van due diligence toe bij de selectie en doorlopende monitoring van de beleggingen van het Fonds, met als doel te voldoen aan de beleggings-, liquiditeits- en risicorichtsnoeren van het Fonds, evenals aan de duurzaamheidsrisico- en ESG-criteria en algemene prestaties. Als fondsen ecologische of sociale kenmerken promoten, duurzaamheid op bindende wijze in het beleggingsproces integreren of een duurzame beleggingsdoelstelling hebben, zijn de

Portefeuillebeheerders in het beleggingsplatform onderworpen aan controles vóór en na handelstransacties. Het Investment Oversight-team voert een due-diligence-onderzoek uit ten aanzien van de portefeuillebeheerders en houdt toezicht op interne beperkingen die kunnen voortkomen uit de vereisten zoals uiteengezet in het prospectus van het fonds. De Portefeuillebeheerders houden zich ook aan het gerelateerde EMEA-beleid, waaronder het due-diligence-beleid voor beleggingen, waaraan duurzaamheidsrisico's zijn toegevoegd. Het Legal and Compliance-team heeft een kader geïmplementeerd om ervoor te zorgen dat alle medewerkers, inclusief de Portefeuillebeheerders, het relevante beleid en de relevante procedures toepassen en naleven.

De Beleggingsadviseur integreert duurzaamheidsrisico's in het due-diligence-proces van het Fonds.

De portefeuillebeheerders van het Fonds zijn primair verantwoordelijk voor het afwegen van duurzaamheidsrisico's. Ze zijn onderworpen aan een toezichtkader dat deel uitmaakt van de risicobeheerfunctie van de Beleggingsadviseur en BlackRock. De RQA-groep voert ook een onafhankelijke beoordeling van duurzaamheidsrisico's uit en het nalevingsteam zorgt voor nader toezicht en controleert de ESG-vereisten en beleggingsbeperkingen van elk fonds. De RQA-groep dient als tweede verdedigingslinie in het risicobeheerkader van BlackRock. De groep is verantwoordelijk voor het risicobeheerkader van BlackRock voor beleggingen en bedrijven, waarmee toezicht wordt gehouden op duurzaamheidsgerelateerde beleggingsrisico's. Het RQA Investment Risk-team voert regelmatig controles uit in samenwerking met de portefeuillebeheerders om ervoor te zorgen dat de beleggingsteams op de hoogte worden gebracht van relevante duurzaamheidsrisico's, als aanvulling op de eerstelijnsmonitoring en het toezicht op duurzaamheidsoverwegingen op ons beleggingsplatform. De RQA-groep heeft ook een speciaal Sustainability Risk-team dat samenwerkt met risicobeheerders en bedrijven om deze constructieve engagement te versterken. De RQA-groep werkt samen met werkgroepen binnen het beleggingsplatform en met het Aladdin Sustainability Lab om de duurzaamheidstoolkit van het bedrijf te verbeteren door bedrijfsbrede gegevens, modellen, methodologieën en analyses te raadplegen. Daarnaast stelt BlackRock gegevens met betrekking tot de belangrijkste ongunstige effecten (principal adverse impacts, PAI) beschikbaar aan alle portefeuillebeheerders. We wijzen erop dat de dekking van PAI-gegevens momenteel varieert per markt, activaklasse en sector.  In het kader van de implementatie van ESG-regelgevingsvereisten, waaronder de SFDR, werkt BlackRock nauw samen met gegevensaanbieders en beleggingsteams om ervoor te zorgen dat er passende due diligence-processen worden uitgevoerd op basis van degelijke en betrouwbare informatie en dat die informatie waar mogelijk beschikbaar wordt gesteld. Meer informatie is te vinden in 'hoofdstuk D – Beleggingsstrategie' hierboven.

k) Engagementbeleid

Het Fonds
Het Fonds maakt geen gebruik van engagement om zijn bindende verplichtingen op het gebied van ecologische of sociale kenmerken of duurzame beleggingsdoelstellingen na te komen. Engagement met bedrijven waarin we beleggen is een integraal onderdeel van het beleggingsproces dat door het portefeuillebeheerteam wordt uitgevoerd voor fondsen die aandelenstrategieën hanteren. Engagement maakt deel uit van het due-diligence-proces om te beoordelen hoe bedrijven omgaan met ESG-risico's en -kansen en hoe deze de financiële positie van bedrijven beïnvloeden. We gebruiken engagement om punten van zorg te bespreken, inzicht in kansen te verkrijgen en constructieve feedback te delen, vanuit de visie dat wezenlijke ESG-kwesties onlosmakelijk verbonden zijn met de langetermijnstrategie en fundamentele waarde van een bedrijf. De intensiteit en het niveau van het engagement voor onze fondsen variëren afhankelijk van de verbintenissen en doelstellingen van het fonds.

Algemeen
Engagement met bedrijven waarin we het vermogen van onze klanten beleggen, vindt plaats op meerdere niveaus binnen BlackRock. 
In welk geval engagement door een bepaald team van portefeuillebeheerders specifiek wordt geïdentificeerd als een van de middelen waarmee ze streven naar betrokkenheid bij ecologische, sociale en governance-kwesties binnen de context van de SFDR, de methoden waarmee de doeltreffendheid van een dergelijk engagementbeleid en de manieren waarop een dergelijk engagementbeleid kan worden aangepast als dit niet het gewenste effect bereikt (meestal uitgedrukt als een vermindering van de gespecificeerde belangrijkste ongunstige indicatoren), worden beschreven in het prospectus en de webpagina's van dit fonds. 

Wanneer een beleggingsteam ervoor kiest om engagement te gebruiken, kan dit verschillende vormen aannemen, maar in essentie zal het team van portefeuillebeheerders streven naar een regelmatige en doorlopende dialoog met leidinggevenden of bestuursleden van de betrokken bedrijven waarin wordt belegd om goed bestuur en duurzame zakelijke praktijken te bevorderen, gericht op de geïdentificeerde ESG-kenmerken en belangrijkste ongunstige indicatoren, en om inzicht te krijgen in de doeltreffendheid van zowel het management van het bedrijf als het toezicht op de activiteiten die zijn ontwikkeld om de geïdentificeerde ESG-kwesties aan te pakken. Engagement stelt het team van portefeuillebeheerders ook in staat feedback te geven over de praktijken en informatieverschaffing van bedrijven.

Wanneer een relevant team van portefeuillebeheerders zich zorgen maakt over de manier waarop een bedrijf de geïdentificeerde ESG-kenmerken en/of belangrijkste ongunstige indicatoren benadert, kunnen ze ervoor kiezen om hun verwachtingen kenbaar te maken aan de raad van bestuur of het management van het bedrijf en kunnen ze door te stemmen op algemene vergaderingen aangeven dat bepaalde problemen niet zijn opgelost, in het algemeen door tegen de herverkiezing van bestuurders te stemmen die volgens hen verantwoordelijk zijn voor verbeteringen in de geïdentificeerde ESG-kenmerken of belangrijkste ongunstige indicatoren.

Los van de activiteiten van de afzonderlijke teams van portefeuillebeheerders heeft BlackRock, op het hoogste niveau en als onderdeel van zijn fiduciaire benadering, bepaald dat het op lange termijn in het belang van zijn klanten is om als een geïnformeerde, betrokken aandeelhouder goed bestuur te bevorderen. Bij BlackRock is dit de verantwoordelijkheid van het BlackRock Investment Stewardship-team. Hoofdzakelijk dankzij het werk van het BIS-team voldoet BlackRock aan de vereisten van de herziene aandeelhoudersrichtlijn ("SRD II") met betrekking tot engagement met beursgenoteerde bedrijven en andere partijen in het beleggingsecosysteem.  Een exemplaar van het SRD II-engagementbeleid van BlackRock is te vinden op https://www.blackrock.com/corporate/literature/publication/blk-shareholder-rights-directiveii-engagement-policy-2022.pdf.

De benadering van stewardship van BlackRock wordt uiteengezet in de Algemene Principes van BIS en de stemrichtlijnen op marktniveau. In de Algemene Principes van BIS wordt onze filosofie ten aanzien van stewardship uiteengezet, evenals onze visie op corporate governance en duurzame bedrijfspraktijken die de waardecreatie van bedrijven op lange termijn bevorderen. We erkennen dat de geaccepteerde standaarden en normen op het gebied van corporate governance per markt verschillen; we zijn echter van mening dat bepaalde fundamentele elementen van governance-praktijken wereldwijd inherent zijn aan het vermogen van een bedrijf om op lange termijn waarde te creëren. In onze marktspecifieke stemrichtlijnen wordt nader omschreven hoe het BIS-team de Algemene Principes implementeert – rekening houdend met lokale marktstandaarden en -normen – en hoe we stembeslissingen nemen met betrekking tot specifieke onderwerpen op aandeelhoudersvergaderingen.  De algemene benadering van stewardship en engagement van BlackRock is te vinden op: https://www.blackrock.com/uk/professionals/solutions/shareholder-rights-directive en https://www.blackrock.com/corporate/about-us/investment-stewardship.

Bij het uitvoeren van zijn engagementactiviteiten kan het BIS-team zich richten op bepaalde ESG-thema's, die worden beschreven in de stemprioriteiten van BlackRock: https://www.blackrock.com/corporate/literature/publication/blk-stewardship-priorities-final.pdf.

l) Aangewezen referentiebenchmark

Er is geen specifieke index aangewezen als referentiebenchmark om te bepalen of dit financiële product is afgestemd op de ecologische en/of sociale kenmerken die het promoot.

BGF World Healthscience Fund (BlackRock)

a) Samenvatting

Het Fonds promoot ecologische of sociale kenmerken, maar hanteert geen duurzame beleggingsdoelstelling. Het Fonds verplicht zich er niet toe Duurzame Beleggingen aan te houden, maar dergelijke beleggingen kunnen wel degelijk in de portefeuille worden opgenomen. Het Fonds streeft de volgende doelen na: (i) de EMEA-Basisscreens van BlackRock toepassen volgens de Fundamental Insights-methode.

Bedrijven worden door de Beleggingsadviseur beoordeeld op hun omgang met de risico's en kansen die gepaard gaan met ESG-factoren en hun vermogen om strategisch om te gaan met langerlopende kwesties rondom ESG en de potentiële gevolgen die dit heeft voor de financiële prestaties van het bedrijf. Het bindende fundament van deze beleggingsstrategie ziet er als volgt uit: (1) De EMEA-Basisscreens van BlackRock toepassen volgens de Fundamental Insights-methode. Het Fonds houdt rekening met de belangrijkste ongunstige effecten (PAI's) op duurzaamheidsfactoren aan de hand van de EMEA-Basisscreens van BlackRock.

Minimaal 80% van de totale activa van het Fonds is belegd in beleggingen die zijn afgestemd op de ecologische en/of sociale kenmerken. Maximaal 20% van de totale activa van het Fonds mag belegd zijn in andersoortige beleggingen. Het Fonds heeft zich er op het moment van schrijven niet toe verplicht meer dan 0% van de activa te beleggen in Duurzame Beleggingen met een ecologische doelstelling die afgestemd is op de EU-Taxonomie, maar dergelijke beleggingen kunnen wel degelijk in de portefeuille worden opgenomen.  

BlackRock heeft een sterk geautomatiseerde nalevingsprocedure ontwikkeld om ervoor te zorgen dat het Fonds zo veel mogelijk overeenkomstig de geformuleerde beleggingsrichtlijnen en toepasselijke wettelijke vereisten wordt beheerd. Dit omvat monitoring van de ecologische of sociale kenmerken van het Fonds in overeenstemming met de relevante methodologie. BlackRock gebruikt een aantal methodologieën om te meten in welke mate wordt voldaan aan de sociale of ecologische kenmerken die door het Fonds worden gepromoot.

De Portefeuillebeheerders van BlackRock hebben toegang tot onderzoek, gegevens, tools en analyses om ESG-inzichten in hun beleggingsproces te integreren. ESG-datasets zijn afkomstig van externe gegevensaanbieders, waaronder MSCI, Sustainalytics, Refinitiv, S&P en Clarity AI. BlackRock past een uitgebreid due-diligence-proces toe om het aanbod van aanbieders te evalueren aan de hand van zeer gerichte beoordelingen van de methode en de dekking, gebaseerd op de duurzame-beleggingsstrategie van het product. De gegevens, inclusief ESG-gegevens, worden ontvangen via onze bestaande interfaces, waarna ze aan een reeks kwaliteits- en volledigheidscontroles worden onderworpen om ervoor te zorgen dat de gegevens die gebruikt worden in BlackRock-systemen en -applicaties, zoals Aladdin, van goede kwaliteit zijn. BlackRock streeft ernaar zoveel mogelijk gerapporteerde gegevens van bedrijven via externe gegevensleveranciers te verkrijgen. De sectorstandaarden voor informatieverschaffing zijn echter nog in ontwikkeling, met name met betrekking tot voorspellende indicatoren. Daarom vertrouwen we in bepaalde gevallen op schattingen of indirecte metingen van gegevensleveranciers om ons brede belegbare universum van emittenten te dekken.

BlackRock blijft de ontwikkelingen in de doorlopende implementatie door de EU van haar kader voor duurzaam beleggen en haar beleggingsmethodologieën controleren, om te zorgen voor afstemming naarmate de regelgeving verandert. ESG-datasets veranderen en worden steeds beter naarmate de standaarden voor informatieverschaffing, de regelgevende kaders en de praktijken in de sector evolueren. BlackRock blijft samenwerken met uiteenlopende marktdeelnemers om de gegevenskwaliteit te verbeteren. Duurzaam beleggen en het inzicht in duurzaamheid evolueert ook mee met de data-omgeving. De spelers uit de sector staan voor de uitdaging om één enkele maatstaf of een reeks gestandaardiseerde maatstaven te identificeren waarmee een volledig beeld kan worden verkregen van een bedrijf of een belegging. BlackRock heeft daarom een kader opgesteld om duurzame beleggingen te identificeren.

BlackRock past een hoge standaard van due diligence toe bij de selectie en doorlopende monitoring van de beleggingen van het Fonds, met als doel te voldoen aan de beleggings-, liquiditeits- en risicorichtsnoeren van het Fonds, evenals aan de duurzaamheidsrisico- en ESG-criteria en algemene prestaties.

Engagement met bedrijven waarin we het vermogen van onze klanten beleggen, vindt plaats op meerdere niveaus binnen BlackRock. Wanneer een beleggingsteam ervoor kiest om engagement te gebruiken, kan dit verschillende vormen aannemen, maar in essentie zal het team van portefeuillebeheerders streven naar een regelmatige en doorlopende dialoog met leidinggevenden of bestuursleden van de betrokken bedrijven waarin wordt belegd om goed bestuur en duurzame zakelijke praktijken te bevorderen, gericht op de geïdentificeerde ESG-kenmerken en belangrijkste ongunstige indicatoren, en om inzicht te krijgen in de doeltreffendheid van zowel het management van het bedrijf als het toezicht op de activiteiten die zijn ontwikkeld om de geïdentificeerde ESG-kwesties aan te pakken. Engagement stelt het team van portefeuillebeheerders ook in staat feedback te geven over de praktijken en informatieverschaffing van bedrijven.

Er is geen specifieke index aangewezen als referentiebenchmark om te bepalen of dit Fonds is afgestemd op de ecologische en/of sociale kenmerken die het promoot.

b) Geen duurzame beleggingsdoelstelling

Dit financiële product promoot ecologische of sociale kenmerken, maar hanteert geen duurzame beleggingsdoelstelling.

Het Fonds verplicht zich er niet toe Duurzame Beleggingen aan te houden, maar dergelijke beleggingen kunnen wel degelijk in de portefeuille worden opgenomen. In hoofdstuk D (Beleggingsstrategie) leest u hoe het Fonds rekening houdt met de belangrijkste ongunstige effecten (PAI's) op duurzaamheidsfactoren.

c) Ecologische of sociale kenmerken van het financiële product

Dit Fonds past de EMEA-Basisscreens van BlackRock toe volgens de Fundamental Insights-methode. Met deze benadering kan in kaart worden gebracht welke emittenten wezenlijk zijn betrokken bij de extractie van kolen en teerzand of energieopwekking uit kolen, om zo te voorkomen dat het Fonds rechtstreeks beleggingen aanhoudt die een negatieve impact op het milieu hebben. Daarnaast wordt een negatieve sociale impact voorkomen door slechts in beperkte mate rechtstreeks te beleggen in emittenten die betrokken zijn bij controversiële wapens of kernwapens en in aanzienlijke mate betrokken zijn bij de productie en distributie van civiele vuurwapens of tabak. Daarnaast sluit het Fonds emittenten uit waarvan geconstateerd is dat ze niet voldoen aan de tien beginselen uit het Global Compact van de VN, die mensenrechten, arbeidsnormen, het milieu en corruptiebestrijding beslaan.

Het Fonds gebruikt geen referentiebenchmark om de ESG-kenmerken te behalen die het promoot.

d) Beleggingsstrategie

Bedrijven worden door de Beleggingsadviseur beoordeeld op hun omgang met de risico's en kansen die gepaard gaan met ESG-factoren en hun vermogen om strategisch om te gaan met langerlopende kwesties rondom ESG en de potentiële gevolgen die dit heeft voor de financiële prestaties van het bedrijf.

De Beleggingsadviseur maakt doorgedreven analyses van alle bedrijven die naar zijn mening een verhoogd ESG-risico, hogere koolstofemissies en controversiële activiteiten hebben. In dergelijke omstandigheden kan de Beleggingsadviseur met de betrokken bedrijven in dialoog gaan om te trachten hun ESG-prestaties te verbeteren. Voor deze analyse kan de Beleggingsadviseur gebruikmaken van zijn fundamentele inzichten en gegevens van externe aanbieders van ESG-gegevens en eigen modellen.

Het Fonds past op de bedrijven in het beleggingsuniversum uitsluitingscriteria toe, de EMEA-Basisscreens van BlackRock. De Beleggingsadviseur past vervolgens de intern ontwikkelde 'Fundamental Insights'-methode toe (de "Methode", zie voor meer informatie https://www.blackrock.com/corporate/literature/publication/blackrock-baseline-screens-in-europe-middleeast-and-africa.pdf) om bedrijven te identificeren die op grond van de uitsluitingscriteria zouden worden uitgesloten, maar naar zijn mening geschikt zijn als belegging omdat ze "in transitie" zijn en op termijn aan de duurzaamheidscriteria willen voldoen, of volgens de regels van de Methode aan andere criteria voldoen.

De Methode maakt gebruik van kwantitatieve en kwalitatieve gegevens afkomstig van de Beleggingsadviseur, zijn verbonden ondernemingen en/of een of meer externe aanbieders van onderzoek. Wanneer een bedrijf naar het oordeel van de Beleggingsadviseur aan de beleggingscriteria uit de Methode voldoet en overeenkomstig de Methode wordt goedgekeurd, komt het in aanmerking voor belegging door het Fonds. Dergelijke bedrijven worden regelmatig gecontroleerd. Indien de Beleggingsadviseur oordeelt dat een bedrijf op enig moment niet of niet volledig aan de criteria van de Methode voldoet of onvoldoende medewerking verleent aan de dialoog met de Beleggingsadviseur, wordt overwogen om dat bedrijf in overeenstemming met de Methode uit het Fonds te schrappen.

Het bindende fundament van deze beleggingsstrategie ziet er als volgt uit:
1. De EMEA-Basisscreens van BlackRock toepassen volgens de Fundamental Insights-methode.
Inaanmerkingneming van de belangrijkste ongunstige effecten op duurzaamheidsfactoren

Het Fonds houdt rekening met de belangrijkste ongunstige effecten (PAI's) op duurzaamheidsfactoren aan de hand van de EMEA-Basisscreens van BlackRock.

Het Fonds houdt rekening met de volgende PAI's:

  • Blootstelling aan ondernemingen actief in de sector fossiele brandstoffen
  • Schendingen van de beginselen uit het Global Compact van de VN en de richtsnoeren voor multinationale ondernemingen van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO)
  • Blootstelling aan controversiële wapens (antipersoonsmijnen, clustermunitie, chemische wapens en biologische wapens)

Beleid voor goed bestuur
BlackRock evalueert de praktijken op het gebied van goed bestuur van de bedrijven in de portefeuille door eigen inzichten en engagement-initiatieven van de hand van de Beleggingsadviseur te combineren met gegevens van externe aanbieders van ESG-onderzoek. BlackRock gebruikt gegevens van externe aanbieders van ESG-onderzoek om in kaart te brengen van welke emittenten de bestuurspraktijken nog niet toereikend zijn. Dit gebeurt aan de hand van key performance indicators (KPI's) die samenhangen met een goede managementstructuur, betrekkingen met werknemers, beloning van het betrokken personeel en naleving van belastingwetgeving.

Mocht er geconstateerd worden dat een bepaalde emittent mogelijk met problemen op het gebied van ondernemingsbestuur kampt, gaat de Beleggingsadviseur zorgvuldig na of hij of zij zich in deze externe beoordeling kan vinden en controleert de Beleggingsadviseur op basis van een rechtstreekse dialoog met de emittent of de emittent maatregelen heeft getroffen om de problemen te verhelpen of dat binnen een redelijke termijn gaat doen. Daarnaast kan de Beleggingsadviseur besluiten de blootstelling aan dergelijke emittenten terug te schroeven.

e) Aandeel beleggingen

Minimaal 80% van de totale activa van het Fonds is belegd in beleggingen die zijn afgestemd op de ecologische en/of sociale kenmerken.
Maximaal 20% van de totale activa van het Fonds mag belegd zijn in andersoortige beleggingen.

Het Fonds kan gebruikmaken van derivaten voor beleggingsdoeleinden en ten behoeve van efficiënt portefeuillebeheer. Voor derivaten gelden eventuele eerdergenoemde ESG-ratings of -analyses alleen voor de onderliggende waarden.

Het Fonds heeft zich er op het moment van schrijven niet toe verplicht meer dan 0% van de activa te beleggen in Duurzame Beleggingen met een ecologische doelstelling die afgestemd is op de EU-Taxonomie, maar dergelijke beleggingen kunnen wel degelijk in de portefeuille worden opgenomen.  

Het Fonds verplicht zich er niet toe in transitionele en faciliterende activiteiten te beleggen, maar dergelijke beleggingen kunnen wel degelijk in de portefeuille worden opgenomen.  

Het Fonds verplicht zich er niet toe Duurzame Beleggingen aan te houden, maar dergelijke beleggingen kunnen wel degelijk in de portefeuille worden opgenomen.

Andersoortige posities zijn beperkt tot 20% en kunnen bestaan uit derivaten, cash en aan cash verwante instrumenten, aandelen of deelbewijzen van gemeenschappelijke beleggingsfondsen en vastrentende effecten (ook schuldbewijzen genoemd) die zijn uitgegeven door overheden en overheidsinstanties van over de hele wereld.

Deze beleggingen kunnen worden gedaan voor beleggingsdoeleinden in het streven naar de (financiële) beleggingsdoelstelling, ten behoeve van liquiditeitsbeheer en/of voor afdekkingsdoeleinden.

Er worden geen ecologische of sociale drempelwaarden gehanteerd voor andere posities.

f) Monitoren van de duurzame of sociale kenmerken

BlackRock heeft een sterk geautomatiseerde nalevingsprocedure ontwikkeld om ervoor te zorgen dat het Fonds zo veel mogelijk overeenkomstig de geformuleerde beleggingsrichtlijnen en toepasselijke wettelijke vereisten wordt beheerd. Dit omvat monitoring van de ecologische of sociale kenmerken van het Fonds in overeenstemming met de relevante methodologie, zoals omschreven in 'Methodologieën voor ecologische en sociale kenmerken'.

De Portefeuillebeheerders hebben de primaire verantwoordelijkheid om de contractuele voorwaarden van het prospectus en andere bestuursdocumenten van het Fonds na te leven en worden ondersteund door Aladdin, de portefeuille- en risicobeheersoftware van BlackRock.

De Portfolio Compliance Group ("PCG"), een groep binnen BlackRock's Business Operations, is verantwoordelijk voor de codering van de beleggingsbeperkingen van het Fonds. Deze kunnen in Aladdin worden gecodeerd in het monitoringsysteem van BlackRock voor naleving van de regels vóór en na handelstransacties. Als een beleggingsbeperking niet kan worden gecodeerd, wordt een handmatig proces opgezet om te testen of de richtsnoeren worden nageleefd.

Monitoring vóór en na handelstransacties
Wanneer een transactie of order wordt aangemaakt, wordt de transactie voorafgaand aan de uitvoering op real time-basis beoordeeld door het primaire nalevingssysteem aan de hand van de beleggingsrichtsnoeren van het Fonds. Als een niet-conforme voorwaarde wordt gedetecteerd, kan de transactie of order niet worden uitgevoerd.

Nalevingstests worden ook 's nachts na de handel uitgevoerd op basis van de posities aan het einde van de handelsdag en gerapporteerd op T+1-basis. Nalevingsafwijkingen en -waarschuwingen worden geïdentificeerd en voor onderzoek doorgegeven aan de relevante beleggingsprofessionals, die indien nodig overleg zullen plegen met relevante deskundigen in de betreffende materie om een oplossing te vinden. De identificatie van en het onderzoek naar potentiële items worden vastgelegd in een elektronisch systeem dat een uitgebreide workflow bevat met een controlespoor. Indien nodig zullen passende corrigerende maatregelen worden genomen om afwijkingsproblemen op te lossen.

Het monitoren van bepaalde ESG-kenmerken kan mogelijk niet worden geautomatiseerd vanwege de functionaliteit van het systeem of door gegevensbeperkingen. Dergelijke ESG-kenmerken worden periodiek beoordeeld en gecontroleerd om ervoor te zorgen dat het product voldoet aan de gerelateerde verplichtingen.

Gevallen van niet-nakoming worden, zoals vereist krachtens onze wettelijke verplichtingen, gerapporteerd aan de betreffende beheermaatschappij, accountant, bewaarder en toezichthouder.

Wanneer BlackRock een deel van het beheer van een Fonds delegeert aan een externe beheerder, is de externe beheerder krachtens de geldende Overeenkomst voor beleggingsbeheer verantwoordelijk voor het naleven van de beleggingsrichtsnoeren en -beperkingen, ook als deze betrekking hebben op de ecologische of sociale kenmerken van het Fonds. De beleggingsbeperkingen met betrekking tot de ecologische of sociale kenmerken worden over het algemeen meegedeeld aan de externe beheerder, die van tijd tot tijd door BlackRock kunnen worden bijgewerkt overeenkomstig de ecologische en sociale kenmerken van het Fonds. Wanneer de externe beheerder een passieve strategie toepast, kan de externe beheerder ook controleren of aan de ecologische of sociale kenmerken wordt voldaan door een benchmarkindex te volgen die een methodologie hanteert waarin deze kenmerken zijn geïntegreerd. BlackRock ontvangt dagelijks een update van de posities van de externe beheerder en voert nalevingscontroles uit na afloop van de handel in overeenstemming met het eerder beschreven secundaire nalevingsproces. BlackRock voert ook periodiek due-diligence-onderzoek uit naar externe beheerders om ervoor te zorgen dat de bestaande controlekaders relevant blijven.

g) Methodologieën

BlackRock hanteert de volgende methodologieën met betrekking tot dit Fonds:
1. Het Fonds past de EMEA-Basisscreens van BlackRock toe volgens de Fundamental Insights-methode. Meer informatie over de EMEA-Basisscreens van BlackRock volgens de Fundamental Insights-methode is te vinden op: https://www.blackrock.com/corporate/literature/publication/blackrock-baseline-screens-in-europe-middleeast-and-africa.pdf

h) Databronnen en -verwerking

Databronnen
De Portefeuillebeheerders van BlackRock hebben toegang tot onderzoek, gegevens, tools en analyses om ESG-inzichten in hun beleggingsproces te integreren. Aladdin is het besturingssysteem waarmee de gegevens, de mensen en de technologie die nodig zijn om portefeuilles realtime te beheren, met elkaar in verbinding worden gebracht, en tevens de engine achter de ESG-analyse- en rapportagemogelijkheden van BlackRock. De Portefeuillebeheerders van BlackRock gebruiken Aladdin om beleggingsbeslissingen te nemen, portefeuilles te monitoren en toegang te krijgen tot wezenlijke ESG-inzichten die het beleggingsproces kunnen ondersteunen om de ESG-kenmerken van het Fonds te verwezenlijken.

ESG-datasets zijn afkomstig van externe gegevensaanbieders, waaronder MSCI, Sustainalytics, Refinitiv, S&P en Clarity AI. Deze datasets kunnen de belangrijkste ESG-scores, gegevens over koolstofuitstoot, maatstaven voor bedrijfsbetrokkenheid of controverses bevatten en zijn opgenomen in Aladdin-tools die beschikbaar zijn voor Portefeuillebeheerders en worden gebruikt in de beleggingsstrategieën van BlackRock. Dergelijke tools ondersteunen het volledige beleggingsproces, van onderzoek tot portefeuillesamenstelling, portefeuillemodellering en rapportage.

Genomen maatregelen om de kwaliteit van de data te waarborgen
BlackRock past een uitgebreid due-diligence-proces toe om het aanbod van aanbieders te evalueren aan de hand van zeer gerichte beoordelingen van de methode en de dekking, gebaseerd op de duurzame-beleggingsstrategie (en de ecologische en sociale kenmerken of de duurzaamheidsdoelstelling) van het product. Ons proces omvat zowel kwalitatieve als kwantitatieve analyses om de geschiktheid van gegevensproducten te beoordelen overeenkomstig de toepasselijke reguleringsnormen.

We beoordelen ESG-aanbieders en -gegevens op vijf kernpunten, die hieronder worden beschreven:

  1. Gegevensverzameling: dit omvat onder andere het beoordelen van de onderliggende gegevensbronnen van de gegevensaanbieders, de technologie die wordt gebruikt om gegevens vast te leggen, het proces om onjuiste informatie te identificeren en eventueel gebruik van machine learning of benaderingen waarbij de gegevens door mensen worden verzameld. We nemen ook geplande verbeteringen in overweging
  2. Gegevensdekking: onze beoordeling richt zich onder andere op de mate waarin een gegevenspakket dekking biedt voor ons belegbare universum van emittenten en activaklassen. Dit houdt onder meer in dat we rekening houden met de manier waarop wordt omgegaan met moedermaatschappijen en hun dochterondernemingen, evenals het gebruik van geschatte of gerapporteerde gegevens
  3. Methodologie: onze beoordeling richt zich onder andere op de gebruikte methodologieën van externe aanbieders, waaronder hun benadering van het verzamelen en berekenen van gegevens, hoe ze deze afstemmen op sector- of reglementaire normen of kaders, materialiteitsdrempels en hun benadering van gegevenslacunes
  4. Gegevensverificatie: onze beoordeling richt zich onder andere op de manier waarop externe aanbieders de verzamelde gegevens verifiëren en hun processen van kwaliteitsborging, waaronder hun engagement bij emittenten
  5. Activiteiten: we beoordelen verschillende aspecten van de activiteiten van gegevensaanbieders, waaronder hun beleid en procedures (waaronder het in overweging nemen van belangenconflicten), de omvang en ervaring van hun gegevensonderzoeksteams, hun trainingsprogramma's en hun gebruik van externe dienstverleners.

Daarnaast neemt BlackRock actief deel aan relevante overlegstructuren met leveranciers over voorgestelde wijzigingen in de methodologie die betrekking hebben op datasets van externe aanbieders of indexmethodologieën, en geeft het onderbouwde feedback en aanbevelingen aan de technische teams van gegevensaanbieders. BlackRock onderhoudt vaak een permanente dialoog met aanbieders van ESG-gegevens, waaronder aanbieders van indexen, om op de hoogte te blijven van ontwikkelingen in de sector.

De wijze waarop de data worden verwerkt
De interne processen van BlackRock zijn gericht op het leveren van gestandaardiseerde consistente gegevens van hoge kwaliteit voor gebruik door beleggingsprofessionals en voor transparantie- en rapportagedoeleinden. De gegevens, inclusief ESG-gegevens, worden ontvangen via onze bestaande interfaces, waarna ze aan een reeks kwaliteits- en volledigheidscontroles worden onderworpen om ervoor te zorgen dat de gegevens die gebruikt worden in BlackRock-systemen en -applicaties, zoals Aladdin, van goede kwaliteit zijn. De geïntegreerde technologie van BlackRock stelt ons in staat om gegevens over emittenten en beleggingen te verzamelen op basis van diverse ecologische, sociale en governancemaatstaven en diverse gegevensaanbieders, en deze ter beschikking te stellen van beleggingsteams en andere ondersteunende en controlefuncties, zoals risicobeheer.

Gebruik van geschatte data
BlackRock streeft ernaar zoveel mogelijk gerapporteerde gegevens van bedrijven via externe gegevensleveranciers te verkrijgen. De sectorstandaarden voor informatieverschaffing zijn echter nog in ontwikkeling, met name met betrekking tot voorspellende indicatoren. Daarom vertrouwen we in bepaalde gevallen op schattingen of indirecte metingen van gegevensleveranciers om ons brede belegbare universum van emittenten te dekken. Gezien de huidige uitdagingen op datagebied baseert BlackRock zich op een aanzienlijke hoeveelheid geschatte gegevens over het belegbare universum, waarbij het aandeel van de geschatte gegevens per dataset kan variëren. We streven ernaar dat het gebruik van schattingen voldoet aan de richtlijnen en dat we over de nodige documentatie beschikken en transparant kunnen zijn over de door gegevensaanbieders gehanteerde methoden. BlackRock erkent dat de datakwaliteit en -dekking moeten worden verbeterd en blijft werken aan de ontwikkeling van de datasets waar onze beleggingsprofessionals en andere teams gebruik van maken. Indien vereist krachtens de lokale regelgeving van een land, worden expliciete gegevensdekkingsniveaus voor de fondsen vermeld.

i) Methodologische en databeperkingen

Methodologische beperkingen
Duurzaam beleggen is iets dat voortdurend in ontwikkeling is, zowel wat betreft de inzichten binnen de sector als het regelgevende kader op regionaal en mondiaal niveau. BlackRock blijft de ontwikkelingen in de doorlopende implementatie door de EU van haar kader voor duurzaam beleggen monitoren en streeft ernaar haar beleggingsmethodologieën aan te passen aan veranderingen in de regelgeving. Als gevolg hiervan kan BlackRock op elk moment deze informatie en de gebruikte methodologieën en databronnen bijwerken naarmate de marktpraktijken veranderen of er nieuwe richtlijnen beschikbaar worden.

De Duurzameontwikkelingsdoelstellingen en subdoelstellingen van de VN worden door BlackRock gebruikt als een lijst van ecologische en/of sociale doelstellingen. Elke beoordeling zal worden uitgevoerd in strikte overeenstemming met de methodologie uiteengezet in het Prospectus. Aannames in verband met het conventionele gebruik van de SDG's worden niet beschouwd als onderdeel van de beoordeling, waaronder toepasselijke geografische beperkingen en verplichtingen waarvoor beperkingen kunnen gelden qua tijd of bereik, zoals doelstellingen die mogelijk alleen van toepassing zijn op overheden.

Beperkingen met betrekking tot de databronnen worden hieronder vermeld.

Databeperkingen
ESG-datasets veranderen en worden steeds beter naarmate de standaarden voor informatieverschaffing, de regelgevende kaders en de praktijken in de sector evolueren. BlackRock blijft samenwerken met uiteenlopende marktdeelnemers om de gegevenskwaliteit te verbeteren.

Hoewel elke ESG-maatstaf zijn eigen beperkingen kan hebben, hebben databeperkingen in grote lijnen betrekking op:

  • Een beperkte beschikbaarheid van bepaalde ESG-maatstaven vanwege verschillen in standaarden voor rapportage en informatieverschaffing die gevolgen hebben voor emittenten, regio's of sectoren
  • Nieuwe wettelijke rapportagestandaarden voor bedrijven met betrekking tot duurzaamheid die leiden tot verschillen in de mate waarin bedrijven in staat zijn hun rapportage in lijn te brengen met reglementaire criteria, waardoor sommige maatstaven een laag dekkingsniveau kunnen hebben
  • Inconsistentie in het gebruik en het aandeel van gerapporteerde versus geschatte ESG-gegevens bij verschillende gegevensaanbieders, gemeten over verschillende tijdsperioden, wat ten koste gaat van de vergelijkbaarheid.
  • Geschatte gegevens kunnen per definitie afwijken van de werkelijke cijfers als gevolg van de aannames of hypothesen van gegevensaanbieders.
  • Verschillen in standpunten of beoordelingen van emittenten als gevolg van verschillende methodologieën van aanbieders of het gebruik van subjectieve criteria
  • De meeste ESG-rapportages en -informatieverschaffing van bedrijven vinden een keer per jaar plaats en het kost veel tijd om deze gegevens te produceren, wat betekent dat ze met vertraging worden geproduceerd vergeleken met financiële gegevens. Er kan ook sprake zijn van een inconsistente verversingsfrequentie van de gegevens bij verschillende gegevensaanbieders die dergelijke gegevens in hun datasets opnemen.
  • De dekking en toepasbaarheid van gegevens over activaklassen en indicatoren kunnen variëren
  • Gegevens die betrekking hebben op de toekomst, zoals klimaatgerelateerde doelstellingen, kunnen aanzienlijk verschillen van historische en actuele maatstaven.

Zie het jaarverslag van het Fonds voor meer informatie over de berekeningswijze van maatstaven die worden weergegeven met duurzaamheidsindicatoren.

j) Due Diligence

BlackRock past een hoge standaard van due diligence toe bij de selectie en doorlopende monitoring van de beleggingen van het Fonds, met als doel te voldoen aan de beleggings-, liquiditeits- en risicorichtsnoeren van het Fonds, evenals aan de duurzaamheidsrisico- en ESG-criteria en algemene prestaties. Als fondsen ecologische of sociale kenmerken promoten, duurzaamheid op bindende wijze in het beleggingsproces integreren of een duurzame beleggingsdoelstelling hebben, zijn de Portefeuillebeheerders in het beleggingsplatform onderworpen aan controles vóór en na handelstransacties. Het Investment Oversight-team voert een due-diligence-onderzoek uit ten aanzien van de portefeuillebeheerders en houdt toezicht op interne beperkingen die kunnen voortkomen uit de vereisten zoals uiteengezet in het prospectus van het fonds. De Portefeuillebeheerders houden zich ook aan het gerelateerde EMEA-beleid, waaronder het due-diligence-beleid voor beleggingen, waaraan duurzaamheidsrisico's zijn toegevoegd. Het Legal and Compliance-team heeft een kader geïmplementeerd om ervoor te zorgen dat alle medewerkers, inclusief de Portefeuillebeheerders, het relevante beleid en de relevante procedures toepassen en naleven.

De Beleggingsadviseur integreert duurzaamheidsrisico's in het due-diligence-proces van het Fonds.

De portefeuillebeheerders van het Fonds zijn primair verantwoordelijk voor het afwegen van duurzaamheidsrisico's. Ze zijn onderworpen aan een toezichtkader dat deel uitmaakt van de risicobeheerfunctie van de Beleggingsadviseur en BlackRock. De RQA-groep voert ook een onafhankelijke beoordeling van duurzaamheidsrisico's uit en het nalevingsteam zorgt voor nader toezicht en controleert de ESG-vereisten en beleggingsbeperkingen van elk fonds. De RQA-groep dient als tweede verdedigingslinie in het risicobeheerkader van BlackRock. De groep is verantwoordelijk voor het risicobeheerkader van BlackRock voor beleggingen en bedrijven, waarmee toezicht wordt gehouden op duurzaamheidsgerelateerde beleggingsrisico's. Het RQA Investment Risk-team voert regelmatig controles uit in samenwerking met de portefeuillebeheerders om ervoor te zorgen dat de beleggingsteams op de hoogte worden gebracht van relevante duurzaamheidsrisico's, als aanvulling op de eerstelijnsmonitoring en het toezicht op duurzaamheidsoverwegingen op ons beleggingsplatform. De RQA-groep heeft ook een speciaal Sustainability Risk-team dat samenwerkt met risicobeheerders en bedrijven om deze constructieve engagement te versterken. De RQA-groep werkt samen met werkgroepen binnen het beleggingsplatform en met het Aladdin Sustainability Lab om de duurzaamheidstoolkit van het bedrijf te verbeteren door bedrijfsbrede gegevens, modellen, methodologieën en analyses te raadplegen. Daarnaast stelt BlackRock gegevens met betrekking tot de belangrijkste ongunstige effecten (principal adverse impacts, PAI) beschikbaar aan alle portefeuillebeheerders. We wijzen erop dat de dekking van PAI-gegevens momenteel varieert per markt, activaklasse en sector.  In het kader van de implementatie van ESG-regelgevingsvereisten, waaronder de SFDR, werkt BlackRock nauw samen met gegevensaanbieders en beleggingsteams om ervoor te zorgen dat er passende due diligence-processen worden uitgevoerd op basis van degelijke en betrouwbare informatie en dat die informatie waar mogelijk beschikbaar wordt gesteld. Meer informatie is te vinden in 'hoofdstuk D – Beleggingsstrategie' hierboven.

k) Engagementbeleid

Het Fonds
Het Fonds maakt geen gebruik van engagement om zijn bindende verplichtingen op het gebied van ecologische of sociale kenmerken of duurzame beleggingsdoelstellingen na te komen. Engagement met bedrijven waarin we beleggen is een integraal onderdeel van het beleggingsproces dat door het portefeuillebeheerteam wordt uitgevoerd voor fondsen die aandelenstrategieën hanteren. Engagement maakt deel uit van het due-diligence-proces om te beoordelen hoe bedrijven omgaan met ESG-risico's en -kansen en hoe deze de financiële positie van bedrijven beïnvloeden. We gebruiken engagement om punten van zorg te bespreken, inzicht in kansen te verkrijgen en constructieve feedback te delen, vanuit de visie dat wezenlijke ESG-kwesties onlosmakelijk verbonden zijn met de langetermijnstrategie en fundamentele waarde van een bedrijf. De intensiteit en het niveau van het engagement voor onze fondsen variëren afhankelijk van de verbintenissen en doelstellingen van het fonds.

Algemeen
Engagement met bedrijven waarin we het vermogen van onze klanten beleggen, vindt plaats op meerdere niveaus binnen BlackRock. 

In welk geval engagement door een bepaald team van portefeuillebeheerders specifiek wordt geïdentificeerd als een van de middelen waarmee ze streven naar betrokkenheid bij ecologische, sociale en governance-kwesties binnen de context van de SFDR, de methoden waarmee de doeltreffendheid van een dergelijk engagementbeleid en de manieren waarop een dergelijk engagementbeleid kan worden aangepast als dit niet het gewenste effect bereikt (meestal uitgedrukt als een vermindering van de gespecificeerde belangrijkste ongunstige indicatoren), worden beschreven in het prospectus en de webpagina's van dit fonds. 

Wanneer een beleggingsteam ervoor kiest om engagement te gebruiken, kan dit verschillende vormen aannemen, maar in essentie zal het team van portefeuillebeheerders streven naar een regelmatige en doorlopende dialoog met leidinggevenden of bestuursleden van de betrokken bedrijven waarin wordt belegd om goed bestuur en duurzame zakelijke praktijken te bevorderen, gericht op de geïdentificeerde ESG-kenmerken en belangrijkste ongunstige indicatoren, en om inzicht te krijgen in de doeltreffendheid van zowel het management van het bedrijf als het toezicht op de activiteiten die zijn ontwikkeld om de geïdentificeerde ESG-kwesties aan te pakken. Engagement stelt het team van portefeuillebeheerders ook in staat feedback te geven over de praktijken en informatieverschaffing van bedrijven.

Wanneer een relevant team van portefeuillebeheerders zich zorgen maakt over de manier waarop een bedrijf de geïdentificeerde ESG-kenmerken en/of belangrijkste ongunstige indicatoren benadert, kunnen ze ervoor kiezen om hun verwachtingen kenbaar te maken aan de raad van bestuur of het management van het bedrijf en kunnen ze door te stemmen op algemene vergaderingen aangeven dat bepaalde problemen niet zijn opgelost, in het algemeen door tegen de herverkiezing van bestuurders te stemmen die volgens hen verantwoordelijk zijn voor verbeteringen in de geïdentificeerde ESG-kenmerken of belangrijkste ongunstige indicatoren.

Los van de activiteiten van de afzonderlijke teams van portefeuillebeheerders heeft BlackRock, op het hoogste niveau en als onderdeel van zijn fiduciaire benadering, bepaald dat het op lange termijn in het belang van zijn klanten is om als een geïnformeerde, betrokken aandeelhouder goed bestuur te bevorderen. Bij BlackRock is dit de verantwoordelijkheid van het BlackRock Investment Stewardship-team. Hoofdzakelijk dankzij het werk van het BIS-team voldoet BlackRock aan de vereisten van de herziene aandeelhoudersrichtlijn ("SRD II") met betrekking tot engagement met beursgenoteerde bedrijven en andere partijen in het beleggingsecosysteem.  Een exemplaar van het SRD II-engagementbeleid van BlackRock is te vinden op https://www.blackrock.com/corporate/literature/publication/blk-shareholder-rights-directiveii-engagement-policy-2022.pdf.

De benadering van stewardship van BlackRock wordt uiteengezet in de Algemene Principes van BIS en de stemrichtlijnen op marktniveau. In de Algemene Principes van BIS wordt onze filosofie ten aanzien van stewardship uiteengezet, evenals onze visie op corporate governance en duurzame bedrijfspraktijken die de waardecreatie van bedrijven op lange termijn bevorderen. We erkennen dat de geaccepteerde standaarden en normen op het gebied van corporate governance per markt verschillen; we zijn echter van mening dat bepaalde fundamentele elementen van governance-praktijken wereldwijd inherent zijn aan het vermogen van een bedrijf om op lange termijn waarde te creëren. In onze marktspecifieke stemrichtlijnen wordt nader omschreven hoe het BIS-team de Algemene Principes implementeert – rekening houdend met lokale marktstandaarden en -normen – en hoe we stembeslissingen nemen met betrekking tot specifieke onderwerpen op aandeelhoudersvergaderingen.  De algemene benadering van stewardship en engagement van BlackRock is te vinden op: https://www.blackrock.com/uk/professionals/solutions/shareholder-rights-directive en https://www.blackrock.com/corporate/about-us/investment-stewardship.

Bij het uitvoeren van zijn engagementactiviteiten kan het BIS-team zich richten op bepaalde ESG-thema's, die worden beschreven in de stemprioriteiten van BlackRock: https://www.blackrock.com/corporate/literature/publication/blk-stewardship-priorities-final.pdf.

l) Aangewezen referentiebenchmark

Er is geen specifieke index aangewezen als referentiebenchmark om te bepalen of dit financiële product is afgestemd op de ecologische en/of sociale kenmerken die het promoot.

BGF World Technology Fund (BlackRock)

a) Samenvatting

Het Fonds promoot ecologische of sociale kenmerken, maar hanteert geen duurzame beleggingsdoelstelling. Het Fonds verplicht zich er niet toe Duurzame Beleggingen aan te houden, maar dergelijke beleggingen kunnen wel degelijk in de portefeuille worden opgenomen. Het Fonds streeft de volgende doelen na: (i) de EMEA-Basisscreens van BlackRock toepassen volgens de Fundamental Insights-methode.

Bedrijven worden door de Beleggingsadviseur beoordeeld op hun omgang met de risico's en kansen die gepaard gaan met ESG-factoren en hun vermogen om strategisch om te gaan met langerlopende kwesties rondom ESG en de potentiële gevolgen die dit heeft voor de financiële prestaties van het bedrijf. Het bindende fundament van deze beleggingsstrategie ziet er als volgt uit: (1) De EMEA-Basisscreens van BlackRock toepassen volgens de Fundamental Insights-methode. Het Fonds houdt rekening met de belangrijkste ongunstige effecten (PAI's) op duurzaamheidsfactoren aan de hand van de EMEA-Basisscreens van BlackRock.

Minimaal 80% van de totale activa van het Fonds is belegd in beleggingen die zijn afgestemd op de ecologische en/of sociale kenmerken. Maximaal 20% van de totale activa van het Fonds mag belegd zijn in andersoortige beleggingen. Het Fonds heeft zich er op het moment van schrijven niet toe verplicht meer dan 0% van de activa te beleggen in Duurzame Beleggingen met een ecologische doelstelling die afgestemd is op de EU-Taxonomie, maar dergelijke beleggingen kunnen wel degelijk in de portefeuille worden opgenomen.  

BlackRock heeft een sterk geautomatiseerde nalevingsprocedure ontwikkeld om ervoor te zorgen dat het Fonds zo veel mogelijk overeenkomstig de geformuleerde beleggingsrichtlijnen en toepasselijke wettelijke vereisten wordt beheerd. Dit omvat monitoring van de ecologische of sociale kenmerken van het Fonds in overeenstemming met de relevante methodologie. BlackRock gebruikt een aantal methodologieën om te meten in welke mate wordt voldaan aan de sociale of ecologische kenmerken die door het Fonds worden gepromoot.

De Portefeuillebeheerders van BlackRock hebben toegang tot onderzoek, gegevens, tools en analyses om ESG-inzichten in hun beleggingsproces te integreren. ESG-datasets zijn afkomstig van externe gegevensaanbieders, waaronder MSCI, Sustainalytics, Refinitiv, S&P en Clarity AI. BlackRock past een uitgebreid due-diligence-proces toe om het aanbod van aanbieders te evalueren aan de hand van zeer gerichte beoordelingen van de methode en de dekking, gebaseerd op de duurzame-beleggingsstrategie van het product. De gegevens, inclusief ESG-gegevens, worden ontvangen via onze bestaande interfaces, waarna ze aan een reeks kwaliteits- en volledigheidscontroles worden onderworpen om ervoor te zorgen dat de gegevens die gebruikt worden in BlackRock-systemen en -applicaties, zoals Aladdin, van goede kwaliteit zijn. BlackRock streeft ernaar zoveel mogelijk gerapporteerde gegevens van bedrijven via externe gegevensleveranciers te verkrijgen. De sectorstandaarden voor informatieverschaffing zijn echter nog in ontwikkeling, met name met betrekking tot voorspellende indicatoren. Daarom vertrouwen we in bepaalde gevallen op schattingen of indirecte metingen van gegevensleveranciers om ons brede belegbare universum van emittenten te dekken.

BlackRock blijft de ontwikkelingen in de doorlopende implementatie door de EU van haar kader voor duurzaam beleggen en haar beleggingsmethodologieën controleren, om te zorgen voor afstemming naarmate de regelgeving verandert. ESG-datasets veranderen en worden steeds beter naarmate de standaarden voor informatieverschaffing, de regelgevende kaders en de praktijken in de sector evolueren. BlackRock blijft samenwerken met uiteenlopende marktdeelnemers om de gegevenskwaliteit te verbeteren. Duurzaam beleggen en het inzicht in duurzaamheid evolueert ook mee met de data-omgeving. De spelers uit de sector staan voor de uitdaging om één enkele maatstaf of een reeks gestandaardiseerde maatstaven te identificeren waarmee een volledig beeld kan worden verkregen van een bedrijf of een belegging. BlackRock heeft daarom een kader opgesteld om duurzame beleggingen te identificeren.

BlackRock past een hoge standaard van due diligence toe bij de selectie en doorlopende monitoring van de beleggingen van het Fonds, met als doel te voldoen aan de beleggings-, liquiditeits- en risicorichtsnoeren van het Fonds, evenals aan de duurzaamheidsrisico- en ESG-criteria en algemene prestaties.

Engagement met bedrijven waarin we het vermogen van onze klanten beleggen, vindt plaats op meerdere niveaus binnen BlackRock. Wanneer een beleggingsteam ervoor kiest om engagement te gebruiken, kan dit verschillende vormen aannemen, maar in essentie zal het team van portefeuillebeheerders streven naar een regelmatige en doorlopende dialoog met leidinggevenden of bestuursleden van de betrokken bedrijven waarin wordt belegd om goed bestuur en duurzame zakelijke praktijken te bevorderen, gericht op de geïdentificeerde ESG-kenmerken en belangrijkste ongunstige indicatoren, en om inzicht te krijgen in de doeltreffendheid van zowel het management van het bedrijf als het toezicht op de activiteiten die zijn ontwikkeld om de geïdentificeerde ESG-kwesties aan te pakken. Engagement stelt het team van portefeuillebeheerders ook in staat feedback te geven over de praktijken en informatieverschaffing van bedrijven.

Er is geen specifieke index aangewezen als referentiebenchmark om te bepalen of dit Fonds is afgestemd op de ecologische en/of sociale kenmerken die het promoot.

b) Geen duurzame beleggingsdoelstelling

Dit financiële product promoot ecologische of sociale kenmerken, maar hanteert geen duurzame beleggingsdoelstelling.

Het Fonds verplicht zich er niet toe Duurzame Beleggingen aan te houden, maar dergelijke beleggingen kunnen wel degelijk in de portefeuille worden opgenomen. In hoofdstuk D (Beleggingsstrategie) leest u hoe het Fonds rekening houdt met de belangrijkste ongunstige effecten (PAI's) op duurzaamheidsfactoren.

c) Ecologische of sociale kenmerken van het financiële product

Dit Fonds past de EMEA-Basisscreens van BlackRock toe volgens de Fundamental Insights-methode. Met deze benadering kan in kaart worden gebracht welke emittenten wezenlijk zijn betrokken bij de extractie van kolen en teerzand of energieopwekking uit kolen, om zo te voorkomen dat het Fonds rechtstreeks beleggingen aanhoudt die een negatieve impact op het milieu hebben. Daarnaast wordt een negatieve sociale impact voorkomen door slechts in beperkte mate rechtstreeks te beleggen in emittenten die betrokken zijn bij controversiële wapens of kernwapens en in aanzienlijke mate betrokken zijn bij de productie en distributie van civiele vuurwapens of tabak. Daarnaast sluit het Fonds emittenten uit waarvan geconstateerd is dat ze niet voldoen aan de tien beginselen uit het Global Compact van de VN, die mensenrechten, arbeidsnormen, het milieu en corruptiebestrijding beslaan.

Het Fonds gebruikt geen referentiebenchmark om de ESG-kenmerken te behalen die het promoot.

d) Beleggingsstrategie

Bedrijven worden door de Beleggingsadviseur beoordeeld op hun omgang met de risico's en kansen die gepaard gaan met ESG-factoren en hun vermogen om strategisch om te gaan met langerlopende kwesties rondom ESG en de potentiële gevolgen die dit heeft voor de financiële prestaties van het bedrijf.

De Beleggingsadviseur maakt doorgedreven analyses van alle bedrijven die naar zijn mening een verhoogd ESG-risico, hogere koolstofemissies en controversiële activiteiten hebben. In dergelijke omstandigheden kan de Beleggingsadviseur met de betrokken bedrijven in dialoog gaan om te trachten hun ESG-prestaties te verbeteren. Voor deze analyse kan de Beleggingsadviseur gebruikmaken van zijn fundamentele inzichten en gegevens van externe aanbieders van ESG-gegevens en eigen modellen.

Het Fonds past op de bedrijven in het beleggingsuniversum uitsluitingscriteria toe, de EMEA-Basisscreens van BlackRock. De Beleggingsadviseur past vervolgens de intern ontwikkelde 'Fundamental Insights'-methode toe (de "Methode", zie voor meer informatie https://www.blackrock.com/corporate/literature/publication/blackrock-baseline-screens-in-europe-middleeast-and-africa.pdf) om bedrijven te identificeren die op grond van de uitsluitingscriteria zouden worden uitgesloten, maar naar zijn mening geschikt zijn als belegging omdat ze "in transitie" zijn en op termijn aan de duurzaamheidscriteria willen voldoen, of volgens de regels van de Methode aan andere criteria voldoen.

De Methode maakt gebruik van kwantitatieve en kwalitatieve gegevens afkomstig van de Beleggingsadviseur, zijn verbonden ondernemingen en/of een of meer externe aanbieders van onderzoek. Wanneer een bedrijf naar het oordeel van de Beleggingsadviseur aan de beleggingscriteria uit de Methode voldoet en overeenkomstig de Methode wordt goedgekeurd, komt het in aanmerking voor belegging door het Fonds. Dergelijke bedrijven worden regelmatig gecontroleerd. Indien de Beleggingsadviseur oordeelt dat een bedrijf op enig moment niet of niet volledig aan de criteria van de Methode voldoet of onvoldoende medewerking verleent aan de dialoog met de Beleggingsadviseur, wordt overwogen om dat bedrijf in overeenstemming met de Methode uit het Fonds te schrappen.

Het bindende fundament van deze beleggingsstrategie ziet er als volgt uit:
1. De EMEA-Basisscreens van BlackRock toepassen volgens de Fundamental Insights-methode.
Inaanmerkingneming van de belangrijkste ongunstige effecten op duurzaamheidsfactoren

Het Fonds houdt rekening met de belangrijkste ongunstige effecten (PAI's) op duurzaamheidsfactoren aan de hand van de EMEA-Basisscreens van BlackRock.

Het Fonds houdt rekening met de volgende PAI's:

  • Blootstelling aan ondernemingen actief in de sector fossiele brandstoffen
  • Schendingen van de beginselen uit het Global Compact van de VN en de richtsnoeren voor multinationale ondernemingen van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO)
  • Blootstelling aan controversiële wapens (antipersoonsmijnen, clustermunitie, chemische wapens en biologische wapens)

Beleid voor goed bestuur
BlackRock evalueert de praktijken op het gebied van goed bestuur van de bedrijven in de portefeuille door eigen inzichten en engagement-initiatieven van de hand van de Beleggingsadviseur te combineren met gegevens van externe aanbieders van ESG-onderzoek. BlackRock gebruikt gegevens van externe aanbieders van ESG-onderzoek om in kaart te brengen van welke emittenten de bestuurspraktijken nog niet toereikend zijn. Dit gebeurt aan de hand van key performance indicators (KPI's) die samenhangen met een goede managementstructuur, betrekkingen met werknemers, beloning van het betrokken personeel en naleving van belastingwetgeving.

Mocht er geconstateerd worden dat een bepaalde emittent mogelijk met problemen op het gebied van ondernemingsbestuur kampt, gaat de Beleggingsadviseur zorgvuldig na of hij of zij zich in deze externe beoordeling kan vinden en controleert de Beleggingsadviseur op basis van een rechtstreekse dialoog met de emittent of de emittent maatregelen heeft getroffen om de problemen te verhelpen of dat binnen een redelijke termijn gaat doen. Daarnaast kan de Beleggingsadviseur besluiten de blootstelling aan dergelijke emittenten terug te schroeven.

e) Aandeel beleggingen

Minimaal 80% van de totale activa van het Fonds is belegd in beleggingen die zijn afgestemd op de ecologische en/of sociale kenmerken.
Maximaal 20% van de totale activa van het Fonds mag belegd zijn in andersoortige beleggingen.

Het Fonds kan gebruikmaken van derivaten voor beleggingsdoeleinden en ten behoeve van efficiënt portefeuillebeheer. Voor derivaten gelden eventuele eerdergenoemde ESG-ratings of -analyses alleen voor de onderliggende waarden.

Het Fonds heeft zich er op het moment van schrijven niet toe verplicht meer dan 0% van de activa te beleggen in Duurzame Beleggingen met een ecologische doelstelling die afgestemd is op de EU-Taxonomie, maar dergelijke beleggingen kunnen wel degelijk in de portefeuille worden opgenomen.  

Het Fonds verplicht zich er niet toe in transitionele en faciliterende activiteiten te beleggen, maar dergelijke beleggingen kunnen wel degelijk in de portefeuille worden opgenomen.  

Het Fonds verplicht zich er niet toe Duurzame Beleggingen aan te houden, maar dergelijke beleggingen kunnen wel degelijk in de portefeuille worden opgenomen.

Andersoortige posities zijn beperkt tot 20% en kunnen bestaan uit derivaten, cash en aan cash verwante instrumenten, aandelen of deelbewijzen van gemeenschappelijke beleggingsfondsen en vastrentende effecten (ook schuldbewijzen genoemd) die zijn uitgegeven door overheden en overheidsinstanties van over de hele wereld.

Deze beleggingen kunnen worden gedaan voor beleggingsdoeleinden in het streven naar de (financiële) beleggingsdoelstelling, ten behoeve van liquiditeitsbeheer en/of voor afdekkingsdoeleinden.

Er worden geen ecologische of sociale drempelwaarden gehanteerd voor andere posities.

f) Monitoren van de duurzame of sociale kenmerken

BlackRock heeft een sterk geautomatiseerde nalevingsprocedure ontwikkeld om ervoor te zorgen dat het Fonds zo veel mogelijk overeenkomstig de geformuleerde beleggingsrichtlijnen en toepasselijke wettelijke vereisten wordt beheerd. Dit omvat monitoring van de ecologische of sociale kenmerken van het Fonds in overeenstemming met de relevante methodologie, zoals omschreven in 'Methodologieën voor ecologische en sociale kenmerken'.

De Portefeuillebeheerders hebben de primaire verantwoordelijkheid om de contractuele voorwaarden van het prospectus en andere bestuursdocumenten van het Fonds na te leven en worden ondersteund door Aladdin, de portefeuille- en risicobeheersoftware van BlackRock.

De Portfolio Compliance Group ("PCG"), een groep binnen BlackRock's Business Operations, is verantwoordelijk voor de codering van de beleggingsbeperkingen van het Fonds. Deze kunnen in Aladdin worden gecodeerd in het monitoringsysteem van BlackRock voor naleving van de regels vóór en na handelstransacties. Als een beleggingsbeperking niet kan worden gecodeerd, wordt een handmatig proces opgezet om te testen of de richtsnoeren worden nageleefd.

Monitoring vóór en na handelstransacties
Wanneer een transactie of order wordt aangemaakt, wordt de transactie voorafgaand aan de uitvoering op real time-basis beoordeeld door het primaire nalevingssysteem aan de hand van de beleggingsrichtsnoeren van het Fonds. Als een niet-conforme voorwaarde wordt gedetecteerd, kan de transactie of order niet worden uitgevoerd.

Nalevingstests worden ook 's nachts na de handel uitgevoerd op basis van de posities aan het einde van de handelsdag en gerapporteerd op T+1-basis. Nalevingsafwijkingen en -waarschuwingen worden geïdentificeerd en voor onderzoek doorgegeven aan de relevante beleggingsprofessionals, die indien nodig overleg zullen plegen met relevante deskundigen in de betreffende materie om een oplossing te vinden. De identificatie van en het onderzoek naar potentiële items worden vastgelegd in een elektronisch systeem dat een uitgebreide workflow bevat met een controlespoor. Indien nodig zullen passende corrigerende maatregelen worden genomen om afwijkingsproblemen op te lossen.

Het monitoren van bepaalde ESG-kenmerken kan mogelijk niet worden geautomatiseerd vanwege de functionaliteit van het systeem of door gegevensbeperkingen. Dergelijke ESG-kenmerken worden periodiek beoordeeld en gecontroleerd om ervoor te zorgen dat het product voldoet aan de gerelateerde verplichtingen.

Gevallen van niet-nakoming worden, zoals vereist krachtens onze wettelijke verplichtingen, gerapporteerd aan de betreffende beheermaatschappij, accountant, bewaarder en toezichthouder.

Wanneer BlackRock een deel van het beheer van een Fonds delegeert aan een externe beheerder, is de externe beheerder krachtens de geldende Overeenkomst voor beleggingsbeheer verantwoordelijk voor het naleven van de beleggingsrichtsnoeren en -beperkingen, ook als deze betrekking hebben op de ecologische of sociale kenmerken van het Fonds. De beleggingsbeperkingen met betrekking tot de ecologische of sociale kenmerken worden over het algemeen meegedeeld aan de externe beheerder, die van tijd tot tijd door BlackRock kunnen worden bijgewerkt overeenkomstig de ecologische en sociale kenmerken van het Fonds. Wanneer de externe beheerder een passieve strategie toepast, kan de externe beheerder ook controleren of aan de ecologische of sociale kenmerken wordt voldaan door een benchmarkindex te volgen die een methodologie hanteert waarin deze kenmerken zijn geïntegreerd. BlackRock ontvangt dagelijks een update van de posities van de externe beheerder en voert nalevingscontroles uit na afloop van de handel in overeenstemming met het eerder beschreven secundaire nalevingsproces. BlackRock voert ook periodiek due-diligence-onderzoek uit naar externe beheerders om ervoor te zorgen dat de bestaande controlekaders relevant blijven.

g) Methodologieën

BlackRock hanteert de volgende methodologieën met betrekking tot dit Fonds:
1. Het Fonds past de EMEA-Basisscreens van BlackRock toe volgens de Fundamental Insights-methode. Meer informatie over de EMEA-Basisscreens van BlackRock volgens de Fundamental Insights-methode is te vinden op: https://www.blackrock.com/corporate/literature/publication/blackrock-baseline-screens-in-europe-middleeast-and-africa.pdf

h) Databronnen en -verwerking

Databronnen
De Portefeuillebeheerders van BlackRock hebben toegang tot onderzoek, gegevens, tools en analyses om ESG-inzichten in hun beleggingsproces te integreren. Aladdin is het besturingssysteem waarmee de gegevens, de mensen en de technologie die nodig zijn om portefeuilles realtime te beheren, met elkaar in verbinding worden gebracht, en tevens de engine achter de ESG-analyse- en rapportagemogelijkheden van BlackRock. De Portefeuillebeheerders van BlackRock gebruiken Aladdin om beleggingsbeslissingen te nemen, portefeuilles te monitoren en toegang te krijgen tot wezenlijke ESG-inzichten die het beleggingsproces kunnen ondersteunen om de ESG-kenmerken van het Fonds te verwezenlijken.

ESG-datasets zijn afkomstig van externe gegevensaanbieders, waaronder MSCI, Sustainalytics, Refinitiv, S&P en Clarity AI. Deze datasets kunnen de belangrijkste ESG-scores, gegevens over koolstofuitstoot, maatstaven voor bedrijfsbetrokkenheid of controverses bevatten en zijn opgenomen in Aladdin-tools die beschikbaar zijn voor Portefeuillebeheerders en worden gebruikt in de beleggingsstrategieën van BlackRock. Dergelijke tools ondersteunen het volledige beleggingsproces, van onderzoek tot portefeuillesamenstelling, portefeuillemodellering en rapportage.

Genomen maatregelen om de kwaliteit van de data te waarborgen
BlackRock past een uitgebreid due-diligence-proces toe om het aanbod van aanbieders te evalueren aan de hand van zeer gerichte beoordelingen van de methode en de dekking, gebaseerd op de duurzame-beleggingsstrategie (en de ecologische en sociale kenmerken of de duurzaamheidsdoelstelling) van het product. Ons proces omvat zowel kwalitatieve als kwantitatieve analyses om de geschiktheid van gegevensproducten te beoordelen overeenkomstig de toepasselijke reguleringsnormen.

We beoordelen ESG-aanbieders en -gegevens op vijf kernpunten, die hieronder worden beschreven:

  1. Gegevensverzameling: dit omvat onder andere het beoordelen van de onderliggende gegevensbronnen van de gegevensaanbieders, de technologie die wordt gebruikt om gegevens vast te leggen, het proces om onjuiste informatie te identificeren en eventueel gebruik van machine learning of benaderingen waarbij de gegevens door mensen worden verzameld. We nemen ook geplande verbeteringen in overweging
  2. Gegevensdekking: onze beoordeling richt zich onder andere op de mate waarin een gegevenspakket dekking biedt voor ons belegbare universum van emittenten en activaklassen. Dit houdt onder meer in dat we rekening houden met de manier waarop wordt omgegaan met moedermaatschappijen en hun dochterondernemingen, evenals het gebruik van geschatte of gerapporteerde gegevens
  3. Methodologie: onze beoordeling richt zich onder andere op de gebruikte methodologieën van externe aanbieders, waaronder hun benadering van het verzamelen en berekenen van gegevens, hoe ze deze afstemmen op sector- of reglementaire normen of kaders, materialiteitsdrempels en hun benadering van gegevenslacunes
  4. Gegevensverificatie: onze beoordeling richt zich onder andere op de manier waarop externe aanbieders de verzamelde gegevens verifiëren en hun processen van kwaliteitsborging, waaronder hun engagement bij emittenten
  5. Activiteiten: we beoordelen verschillende aspecten van de activiteiten van gegevensaanbieders, waaronder hun beleid en procedures (waaronder het in overweging nemen van belangenconflicten), de omvang en ervaring van hun gegevensonderzoeksteams, hun trainingsprogramma's en hun gebruik van externe dienstverleners.

Daarnaast neemt BlackRock actief deel aan relevante overlegstructuren met leveranciers over voorgestelde wijzigingen in de methodologie die betrekking hebben op datasets van externe aanbieders of indexmethodologieën, en geeft het onderbouwde feedback en aanbevelingen aan de technische teams van gegevensaanbieders. BlackRock onderhoudt vaak een permanente dialoog met aanbieders van ESG-gegevens, waaronder aanbieders van indexen, om op de hoogte te blijven van ontwikkelingen in de sector.

De wijze waarop de data worden verwerkt
De interne processen van BlackRock zijn gericht op het leveren van gestandaardiseerde consistente gegevens van hoge kwaliteit voor gebruik door beleggingsprofessionals en voor transparantie- en rapportagedoeleinden. De gegevens, inclusief ESG-gegevens, worden ontvangen via onze bestaande interfaces, waarna ze aan een reeks kwaliteits- en volledigheidscontroles worden onderworpen om ervoor te zorgen dat de gegevens die gebruikt worden in BlackRock-systemen en -applicaties, zoals Aladdin, van goede kwaliteit zijn. De geïntegreerde technologie van BlackRock stelt ons in staat om gegevens over emittenten en beleggingen te verzamelen op basis van diverse ecologische, sociale en governancemaatstaven en diverse gegevensaanbieders, en deze ter beschikking te stellen van beleggingsteams en andere ondersteunende en controlefuncties, zoals risicobeheer.

Gebruik van geschatte data
BlackRock streeft ernaar zoveel mogelijk gerapporteerde gegevens van bedrijven via externe gegevensleveranciers te verkrijgen. De sectorstandaarden voor informatieverschaffing zijn echter nog in ontwikkeling, met name met betrekking tot voorspellende indicatoren. Daarom vertrouwen we in bepaalde gevallen op schattingen of indirecte metingen van gegevensleveranciers om ons brede belegbare universum van emittenten te dekken. Gezien de huidige uitdagingen op datagebied baseert BlackRock zich op een aanzienlijke hoeveelheid geschatte gegevens over het belegbare universum, waarbij het aandeel van de geschatte gegevens per dataset kan variëren. We streven ernaar dat het gebruik van schattingen voldoet aan de richtlijnen en dat we over de nodige documentatie beschikken en transparant kunnen zijn over de door gegevensaanbieders gehanteerde methoden. BlackRock erkent dat de datakwaliteit en -dekking moeten worden verbeterd en blijft werken aan de ontwikkeling van de datasets waar onze beleggingsprofessionals en andere teams gebruik van maken. Indien vereist krachtens de lokale regelgeving van een land, worden expliciete gegevensdekkingsniveaus voor de fondsen vermeld.

i) Methodologische en databeperkingen

Methodologische beperkingen
Duurzaam beleggen is iets dat voortdurend in ontwikkeling is, zowel wat betreft de inzichten binnen de sector als het regelgevende kader op regionaal en mondiaal niveau. BlackRock blijft de ontwikkelingen in de doorlopende implementatie door de EU van haar kader voor duurzaam beleggen monitoren en streeft ernaar haar beleggingsmethodologieën aan te passen aan veranderingen in de regelgeving. Als gevolg hiervan kan BlackRock op elk moment deze informatie en de gebruikte methodologieën en databronnen bijwerken naarmate de marktpraktijken veranderen of er nieuwe richtlijnen beschikbaar worden.

De Duurzameontwikkelingsdoelstellingen en subdoelstellingen van de VN worden door BlackRock gebruikt als een lijst van ecologische en/of sociale doelstellingen. Elke beoordeling zal worden uitgevoerd in strikte overeenstemming met de methodologie uiteengezet in het Prospectus. Aannames in verband met het conventionele gebruik van de SDG's worden niet beschouwd als onderdeel van de beoordeling, waaronder toepasselijke geografische beperkingen en verplichtingen waarvoor beperkingen kunnen gelden qua tijd of bereik, zoals doelstellingen die mogelijk alleen van toepassing zijn op overheden.

Beperkingen met betrekking tot de databronnen worden hieronder vermeld.

Databeperkingen
ESG-datasets veranderen en worden steeds beter naarmate de standaarden voor informatieverschaffing, de regelgevende kaders en de praktijken in de sector evolueren. BlackRock blijft samenwerken met uiteenlopende marktdeelnemers om de gegevenskwaliteit te verbeteren.

Hoewel elke ESG-maatstaf zijn eigen beperkingen kan hebben, hebben databeperkingen in grote lijnen betrekking op:

  • Een beperkte beschikbaarheid van bepaalde ESG-maatstaven vanwege verschillen in standaarden voor rapportage en informatieverschaffing die gevolgen hebben voor emittenten, regio's of sectoren
  • Nieuwe wettelijke rapportagestandaarden voor bedrijven met betrekking tot duurzaamheid die leiden tot verschillen in de mate waarin bedrijven in staat zijn hun rapportage in lijn te brengen met reglementaire criteria, waardoor sommige maatstaven een laag dekkingsniveau kunnen hebben
  • Inconsistentie in het gebruik en het aandeel van gerapporteerde versus geschatte ESG-gegevens bij verschillende gegevensaanbieders, gemeten over verschillende tijdsperioden, wat ten koste gaat van de vergelijkbaarheid.
  • Geschatte gegevens kunnen per definitie afwijken van de werkelijke cijfers als gevolg van de aannames of hypothesen van gegevensaanbieders.
  • Verschillen in standpunten of beoordelingen van emittenten als gevolg van verschillende methodologieën van aanbieders of het gebruik van subjectieve criteria
  • De meeste ESG-rapportages en -informatieverschaffing van bedrijven vinden een keer per jaar plaats en het kost veel tijd om deze gegevens te produceren, wat betekent dat ze met vertraging worden geproduceerd vergeleken met financiële gegevens. Er kan ook sprake zijn van een inconsistente verversingsfrequentie van de gegevens bij verschillende gegevensaanbieders die dergelijke gegevens in hun datasets opnemen.
  • De dekking en toepasbaarheid van gegevens over activaklassen en indicatoren kunnen variëren
  • Gegevens die betrekking hebben op de toekomst, zoals klimaatgerelateerde doelstellingen, kunnen aanzienlijk verschillen van historische en actuele maatstaven.

Zie het jaarverslag van het Fonds voor meer informatie over de berekeningswijze van maatstaven die worden weergegeven met duurzaamheidsindicatoren.

j) Due Diligence

BlackRock past een hoge standaard van due diligence toe bij de selectie en doorlopende monitoring van de beleggingen van het Fonds, met als doel te voldoen aan de beleggings-, liquiditeits- en risicorichtsnoeren van het Fonds, evenals aan de duurzaamheidsrisico- en ESG-criteria en algemene prestaties. Als fondsen ecologische of sociale kenmerken promoten, duurzaamheid op bindende wijze in het beleggingsproces integreren of een duurzame beleggingsdoelstelling hebben, zijn de Portefeuillebeheerders in het beleggingsplatform onderworpen aan controles vóór en na handelstransacties. Het Investment Oversight-team voert een due-diligence-onderzoek uit ten aanzien van de portefeuillebeheerders en houdt toezicht op interne beperkingen die kunnen voortkomen uit de vereisten zoals uiteengezet in het prospectus van het fonds. De Portefeuillebeheerders houden zich ook aan het gerelateerde EMEA-beleid, waaronder het due-diligence-beleid voor beleggingen, waaraan duurzaamheidsrisico's zijn toegevoegd. Het Legal and Compliance-team heeft een kader geïmplementeerd om ervoor te zorgen dat alle medewerkers, inclusief de Portefeuillebeheerders, het relevante beleid en de relevante procedures toepassen en naleven.

De Beleggingsadviseur integreert duurzaamheidsrisico's in het due-diligence-proces van het Fonds.

De portefeuillebeheerders van het Fonds zijn primair verantwoordelijk voor het afwegen van duurzaamheidsrisico's. Ze zijn onderworpen aan een toezichtkader dat deel uitmaakt van de risicobeheerfunctie van de Beleggingsadviseur en BlackRock. De RQA-groep voert ook een onafhankelijke beoordeling van duurzaamheidsrisico's uit en het nalevingsteam zorgt voor nader toezicht en controleert de ESG-vereisten en beleggingsbeperkingen van elk fonds. De RQA-groep dient als tweede verdedigingslinie in het risicobeheerkader van BlackRock. De groep is verantwoordelijk voor het risicobeheerkader van BlackRock voor beleggingen en bedrijven, waarmee toezicht wordt gehouden op duurzaamheidsgerelateerde beleggingsrisico's. Het RQA Investment Risk-team voert regelmatig controles uit in samenwerking met de portefeuillebeheerders om ervoor te zorgen dat de beleggingsteams op de hoogte worden gebracht van relevante duurzaamheidsrisico's, als aanvulling op de eerstelijnsmonitoring en het toezicht op duurzaamheidsoverwegingen op ons beleggingsplatform. De RQA-groep heeft ook een speciaal Sustainability Risk-team dat samenwerkt met risicobeheerders en bedrijven om deze constructieve engagement te versterken. De RQA-groep werkt samen met werkgroepen binnen het beleggingsplatform en met het Aladdin Sustainability Lab om de duurzaamheidstoolkit van het bedrijf te verbeteren door bedrijfsbrede gegevens, modellen, methodologieën en analyses te raadplegen. Daarnaast stelt BlackRock gegevens met betrekking tot de belangrijkste ongunstige effecten (principal adverse impacts, PAI) beschikbaar aan alle portefeuillebeheerders. We wijzen erop dat de dekking van PAI-gegevens momenteel varieert per markt, activaklasse en sector.  In het kader van de implementatie van ESG-regelgevingsvereisten, waaronder de SFDR, werkt BlackRock nauw samen met gegevensaanbieders en beleggingsteams om ervoor te zorgen dat er passende due diligence-processen worden uitgevoerd op basis van degelijke en betrouwbare informatie en dat die informatie waar mogelijk beschikbaar wordt gesteld. Meer informatie is te vinden in 'hoofdstuk D – Beleggingsstrategie' hierboven.

k) Engagementbeleid

Het Fonds
Het Fonds maakt geen gebruik van engagement om zijn bindende verplichtingen op het gebied van ecologische of sociale kenmerken of duurzame beleggingsdoelstellingen na te komen. Engagement met bedrijven waarin we beleggen is een integraal onderdeel van het beleggingsproces dat door het portefeuillebeheerteam wordt uitgevoerd voor fondsen die aandelenstrategieën hanteren. Engagement maakt deel uit van het due-diligence-proces om te beoordelen hoe bedrijven omgaan met ESG-risico's en -kansen en hoe deze de financiële positie van bedrijven beïnvloeden. We gebruiken engagement om punten van zorg te bespreken, inzicht in kansen te verkrijgen en constructieve feedback te delen, vanuit de visie dat wezenlijke ESG-kwesties onlosmakelijk verbonden zijn met de langetermijnstrategie en fundamentele waarde van een bedrijf. De intensiteit en het niveau van het engagement voor onze fondsen variëren afhankelijk van de verbintenissen en doelstellingen van het fonds.

Algemeen
Engagement met bedrijven waarin we het vermogen van onze klanten beleggen, vindt plaats op meerdere niveaus binnen BlackRock. 

In welk geval engagement door een bepaald team van portefeuillebeheerders specifiek wordt geïdentificeerd als een van de middelen waarmee ze streven naar betrokkenheid bij ecologische, sociale en governance-kwesties binnen de context van de SFDR, de methoden waarmee de doeltreffendheid van een dergelijk engagementbeleid en de manieren waarop een dergelijk engagementbeleid kan worden aangepast als dit niet het gewenste effect bereikt (meestal uitgedrukt als een vermindering van de gespecificeerde belangrijkste ongunstige indicatoren), worden beschreven in het prospectus en de webpagina's van dit fonds. 

Wanneer een beleggingsteam ervoor kiest om engagement te gebruiken, kan dit verschillende vormen aannemen, maar in essentie zal het team van portefeuillebeheerders streven naar een regelmatige en doorlopende dialoog met leidinggevenden of bestuursleden van de betrokken bedrijven waarin wordt belegd om goed bestuur en duurzame zakelijke praktijken te bevorderen, gericht op de geïdentificeerde ESG-kenmerken en belangrijkste ongunstige indicatoren, en om inzicht te krijgen in de doeltreffendheid van zowel het management van het bedrijf als het toezicht op de activiteiten die zijn ontwikkeld om de geïdentificeerde ESG-kwesties aan te pakken. Engagement stelt het team van portefeuillebeheerders ook in staat feedback te geven over de praktijken en informatieverschaffing van bedrijven.

Wanneer een relevant team van portefeuillebeheerders zich zorgen maakt over de manier waarop een bedrijf de geïdentificeerde ESG-kenmerken en/of belangrijkste ongunstige indicatoren benadert, kunnen ze ervoor kiezen om hun verwachtingen kenbaar te maken aan de raad van bestuur of het management van het bedrijf en kunnen ze door te stemmen op algemene vergaderingen aangeven dat bepaalde problemen niet zijn opgelost, in het algemeen door tegen de herverkiezing van bestuurders te stemmen die volgens hen verantwoordelijk zijn voor verbeteringen in de geïdentificeerde ESG-kenmerken of belangrijkste ongunstige indicatoren.

Los van de activiteiten van de afzonderlijke teams van portefeuillebeheerders heeft BlackRock, op het hoogste niveau en als onderdeel van zijn fiduciaire benadering, bepaald dat het op lange termijn in het belang van zijn klanten is om als een geïnformeerde, betrokken aandeelhouder goed bestuur te bevorderen. Bij BlackRock is dit de verantwoordelijkheid van het BlackRock Investment Stewardship-team. Hoofdzakelijk dankzij het werk van het BIS-team voldoet BlackRock aan de vereisten van de herziene aandeelhoudersrichtlijn ("SRD II") met betrekking tot engagement met beursgenoteerde bedrijven en andere partijen in het beleggingsecosysteem.  Een exemplaar van het SRD II-engagementbeleid van BlackRock is te vinden op https://www.blackrock.com/corporate/literature/publication/blk-shareholder-rights-directiveii-engagement-policy-2022.pdf.

De benadering van stewardship van BlackRock wordt uiteengezet in de Algemene Principes van BIS en de stemrichtlijnen op marktniveau. In de Algemene Principes van BIS wordt onze filosofie ten aanzien van stewardship uiteengezet, evenals onze visie op corporate governance en duurzame bedrijfspraktijken die de waardecreatie van bedrijven op lange termijn bevorderen. We erkennen dat de geaccepteerde standaarden en normen op het gebied van corporate governance per markt verschillen; we zijn echter van mening dat bepaalde fundamentele elementen van governance-praktijken wereldwijd inherent zijn aan het vermogen van een bedrijf om op lange termijn waarde te creëren. In onze marktspecifieke stemrichtlijnen wordt nader omschreven hoe het BIS-team de Algemene Principes implementeert – rekening houdend met lokale marktstandaarden en -normen – en hoe we stembeslissingen nemen met betrekking tot specifieke onderwerpen op aandeelhoudersvergaderingen.  De algemene benadering van stewardship en engagement van BlackRock is te vinden op: https://www.blackrock.com/uk/professionals/solutions/shareholder-rights-directive en https://www.blackrock.com/corporate/about-us/investment-stewardship.

Bij het uitvoeren van zijn engagementactiviteiten kan het BIS-team zich richten op bepaalde ESG-thema's, die worden beschreven in de stemprioriteiten van BlackRock: https://www.blackrock.com/corporate/literature/publication/blk-stewardship-priorities-final.pdf.

l) Aangewezen referentiebenchmark

Er is geen specifieke index aangewezen als referentiebenchmark om te bepalen of dit financiële product is afgestemd op de ecologische en/of sociale kenmerken die het promoot.

Fondsen met een duurzame beleggingsdoelstelling (SFDR artikel 9)
DNCA Invest – Beyond Global Leaders (DNCA)

a)  Samenvatting

Het Compartiment wordt beheerd met inachtneming van de beginselen van duurzaam en verantwoord beheer en heeft een duurzame beleggingsdoelstelling zoals gedefinieerd in artikel 9 SFDR. De beleggingsstrategie is gericht op een koolstofarme economie die leidt tot een lagere koolstofvoetafdruk van de portefeuille dan de benchmark MSCI All Countries World Index.

Het compartiment gebruikt geen benchmark om zijn doelstelling van duurzaam beleggen te bereiken.

Het beleggingsproces en de selectie van aandelen en obligaties richt zich op de positieve effecten die bedrijven genereren door hun activiteiten, producten en diensten. Het doel is om vast te stellen of een bedrijf bijdraagt aan de duurzame transitie volgens het VN Sustainable Development Goals framework:

  • Demografische transitie (verwijzing naar SDG's 3, 4 en 11) met inbegrip van de volgende activiteiten: toegang tot basisgoederen en -diensten, inclusie van ouderen, toegang tot onderwijs, toegang tot huisvesting en comfort, openbaar vervoer, verkeersregeling;
  • Medische transitie (verwijzing naar MDG 3) inclusief de volgende activiteiten: Toegang tot medische zorg, Gezonde voeding en sport, Medische diagnostiek, Bestrijding van endemische ziekten, Geavanceerde geneeskunde, Medische robotisering, Persoonlijke verzorging;
  • Economische transitie (verwijzing naar SDG's 9 en 12) met inbegrip van de volgende activiteiten: toegang tot connectiviteit, toegang tot financiële producten, certificering, kwaliteit, traceerbaarheid van producten, duurzame infrastructuurontwikkelingen, digitalisering van de handel, efficiëntie van het productieapparaat, prestatielogistiek, duurzaam toerisme;
  • Overgang naar levensstijl (verwijzing naar SDG's 8, 9, 11 en 12) met inbegrip van de volgende activiteiten: persoonlijke veiligheid, kunstmatige intelligentie, duurzame mobiliteit, circulaire economie, duurzame verpakking, collaboratieve consumptie, ecologisch ontwerp;
  • en ecologische transitie (verwijzing naar SDG's 6, 7, 12, 14 en 15), met inbegrip van de volgende activiteiten: waterzuivering en -beheer, energie-infrastructuurontwikkeling, afvalterugwinning, bescherming van mariene biodiversiteit, bescherming van de terrestrische biodiversiteit, duurzame landbouw.

De duurzame beleggingen waarop het fonds zich richt, worden geselecteerd met als doel geen significante schade toe te brengen aan sociale en milieudoelstellingen.

Naast de integratie van de belangrijkste negatieve effecten in de Corporate Responsibility rating in de ABA-tool, heeft DNCA Finance een beleid voor beheer van negatieve duurzaamheidseffecten en een klimaattraject geïmplementeerd.
In dit verband heeft de beheermaatschappij een uitsluitingsbeleid ingevoerd:

  • Thermische steenkool en niet-conventionele koolwaterstoffen: de beheermaatschappij zal emittenten die bij deze activiteiten betrokken zijn geleidelijk uitsluiten
  • Controversiële wapens: emittenten die zijn uitgesloten van alle portefeuilles van de beheermaatschappij.
  • Niet-naleving van het UN Global Compact: emittenten die de beginselen van het UN Global Compact ernstig niet naleven en zijn opgenomen in de lijst van "ergste overtreders" die door de beheermaatschappij wordt bijgehouden en is uitgesloten van alle portefeuilles van de beheermaatschappij.

In lijn met de fundamentele aanpak van het managementteam is het beleggingsproces gebaseerd op de volgende drie stappen:

  1. De eerste stap is het uitsluiten van bedrijven met hoge risico's op het gebied van maatschappelijk verantwoord ondernemen (minimale score van 4/10 in ons interne model). Deze selectie voldoet aan de eisen van het Franse SRI-label.
  2. De tweede fase is gebaseerd op de selectie van bedrijven die zijn geïdentificeerd om te voldoen aan de doelstelling van de duurzame strategie van het Fonds
  3. De derde stap is het opbouwen van een portefeuille op basis van fundamentele analyse en de liquiditeit en waardering van de betrokken bedrijven.

DNCA maakt gebruik van de ABA-rating: een eigen tool voor het analyseren en beoordelen van maatschappelijk verantwoord ondernemen en duurzame transitie.
Het fonds belegt ten minste 80% van zijn nettoactiva in activa met ecologische en sociale kenmerken. Ten minste 100% van deze beleggingen worden beschouwd als duurzame beleggingen (exclusief derivaten, contanten en geldmarktfondsen).

De fondsstrategie maakt gebruik van de volgende duurzaamheidsindicatoren:

  • Corporate Responsibility rating van de eigen ABA (Above and Beyond Analysis) tool: de belangrijkste duurzaamheidsindicator die door het fonds wordt gebruikt is de ABA rating (zie beleggingsstrategie) voor Corporate Responsibility, verdeeld in vier pijlers (zie hieronder).
  • De beoordeling van de overgang naar een duurzame economie: de beheermaatschappij vult haar analyse aan met een beoordeling van de blootstelling van bedrijven aan de overgang naar een duurzame economie. Deze beoordeling is gebaseerd op vijf pijlers: demografische transitie, gezondheidstransitie, economische transitie, leefstijltransitie en ecologische transitie.
  • Blootstelling aan de Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen (SDG's) van de VN: de beheermaatschappij beoordeelt voor elk bedrijf het aandeel van de inkomsten dat is gekoppeld aan een van de 17 duurzame ontwikkelingsdoelstellingen van de VN.
  • Koolstofgegevens: koolstofvoetafdruk (ton CO2/$M belegd) van de portefeuille van het fonds,
  • Koolstofintensiteit: (t CO2/$m van de omzet) van de portefeuille van het fonds.

De doelstelling van het compartiment voor duurzaam beleggen wordt bereikt door de extrafinanciële analyse van DNCA Finance en het gebruik van de "interne classificatie van duurzaam beleggen".Er wordt geen index gebruikt om dit doel te bereiken.

b) Geen ernstige afbreuk doen aan het behalen van de duurzame  
beleggingsdoelstelling  


De duurzame beleggingen waarop het fonds zich richt, worden geselecteerd met als doel geen significante schade toe te brengen aan sociale en milieudoelstellingen.

Negatieve effecten van de activiteiten van emittenten op milieu- en sociale doelstellingen worden rechtstreeks geïntegreerd in de rating voor maatschappelijk verantwoord ondernemen in het ABA-instrument (waarbij de belangrijkste negatieve effecten worden geïntegreerd), wat kan leiden tot een verlaging van de ABA-rating onder het minimum.

Naast de integratie van de belangrijkste negatieve effecten in de Corporate Responsibility rating in de ABA-tool, heeft DNCA Finance een beleid voor beheer van negatieve duurzaamheidseffecten en een klimaattraject geïmplementeerd.

In dit verband heeft de beheermaatschappij een uitsluitingsbeleid ingevoerd:

  • Thermische steenkool en niet-conventionele koolwaterstoffen: de beheermaatschappij zal emittenten die bij deze activiteiten betrokken zijn geleidelijk uitsluiten
  • Controversiële wapens: emittenten die zijn uitgesloten van alle portefeuilles van de beheermaatschappij.
  • Niet-naleving van het UN Global Compact: emittenten die de beginselen van het UN Global Compact ernstig niet naleven en zijn opgenomen in de lijst van "ergste overtreders" die door de beheermaatschappij wordt bijgehouden en is uitgesloten van alle portefeuilles van de beheermaatschappij.

De minimale beoordeling van 4 op 10 (Maatschappelijk verantwoord ondernemen uit de ABA-tool) is daarom in overeenstemming met de doelstelling om geen significante schade toe te brengen aan sociale en milieudoelstellingen.

c)  Duurzame beleggingsdoelstelling van het financiële product  

Het Compartiment wordt beheerd met inachtneming van de beginselen van duurzaam en verantwoord beheer en heeft een duurzame beleggingsdoelstelling zoals gedefinieerd in artikel 9 SFDR. Het compartiment wordt beheerd met inachtneming van verantwoordelijke en duurzame beginselen en richt zich op emittenten met een aanzienlijke blootstelling als percentage van hun inkomsten aan de 17 duurzameontwikkelingsdoelstellingen van de Verenigde Naties; met een minimumdrempel van 50% van de geconsolideerde omzet van alle emittenten in de portefeuille (exclusief contanten, derivaten en geldmarktfondsen).

De beleggingsstrategie is gericht op een koolstofarme economie die leidt tot een lagere koolstofvoetafdruk van de portefeuille dan de benchmark MSCI All Countries World Index.
Om in aanmerking te komen voor het beleggingsuniversum moeten emittenten voldoen aan de volgende criteria op basis van pass-fail:

  •  Minimaal 5% van de inkomsten die bijdragen aan de SDG's en aan een duurzame activiteit, volgens de interne duurzame classificatie van duurzame transitieactiviteiten (demografische transitie en/of gezondheidstransitie en/of economische transitie en/of levensstijltransitie en/of ecologische transitie).
  • Minimale beoordeling van maatschappelijk verantwoord ondernemen van 4 op 10 (rekening houdend met controverses en grote negatieve effecten - PAIs) in combinatie met het uitsluitingsbeleid, waarin het beginsel is opgenomen dat geen significante schade wordt toegebracht aan een milieu- of sociale doelstelling (zie hieronder);
  • De minimale rating van 2 op 10 op governance (good corporate governance practices).

Binnen dit kader houdt het beleggingsproces op basis van stockpicking rekening met een interne Corporate Responsibility rating op basis van een extra-financiële analyse via de eigen tool ontwikkeld door de managementmaatschappij (ABA), met een "best in universe" benadering. Er kan sprake zijn van een sector bias.
Het compartiment gebruikt geen benchmark om zijn doelstelling van duurzaam beleggen te bereiken.

Het beleggingsproces en de selectie van aandelen en obligaties richt zich op de positieve effecten die bedrijven genereren door hun activiteiten, producten en diensten. Het doel is om vast te stellen of een bedrijf bijdraagt aan de duurzame transitie volgens het VN Sustainable Development Goals framework:

  • Demografische transitie (verwijzing naar SDG's 3, 4 en 11) met inbegrip van de volgende activiteiten: toegang tot basisgoederen en -diensten, inclusie van ouderen, toegang tot onderwijs, toegang tot huisvesting en comfort, openbaar vervoer, verkeersregeling;
  • Medische transitie (verwijzing naar MDG 3) inclusief de volgende activiteiten: Toegang tot medische zorg, Gezonde voeding en sport, Medische diagnostiek, Bestrijding van endemische ziekten, Geavanceerde geneeskunde, Medische robotisering, Persoonlijke verzorging;
  • Economische transitie (verwijzing naar SDG's 9 en 12) met inbegrip van de volgende activiteiten: toegang tot connectiviteit, toegang tot financiële producten, certificering, kwaliteit, traceerbaarheid van producten, duurzame infrastructuurontwikkelingen, digitalisering van de handel, efficiëntie van het productieapparaat, prestatielogistiek, duurzaam toerisme;
  • Overgang naar levensstijl (verwijzing naar SDG's 8, 9, 11 en 12) met inbegrip van de volgende activiteiten: persoonlijke veiligheid, kunstmatige intelligentie, duurzame mobiliteit, circulaire economie, duurzame verpakking, collaboratieve consumptie, ecologisch ontwerp;
  • en ecologische transitie (verwijzing naar SDG's 6, 7, 12, 14 en 15), met inbegrip van de volgende activiteiten: waterzuivering en -beheer, energie-infrastructuurontwikkeling, afvalterugwinning, bescherming van mariene biodiversiteit, bescherming van de terrestrische biodiversiteit, duurzame landbouw.

d)  Beleggingsstrategie 

In lijn met de fundamentele aanpak van het managementteam is het beleggingsproces gebaseerd op de volgende drie stappen:

  1. De eerste stap is het uitsluiten van bedrijven met hoge risico's op het gebied van maatschappelijk verantwoord ondernemen (minimale score van 4/10 in ons interne model). Deze selectie voldoet aan de eisen van het Franse SRI-label.
  2. De tweede fase is gebaseerd op de selectie van bedrijven die zijn geïdentificeerd om te voldoen aan de doelstelling van de duurzame strategie van het Fonds
  3. De derde stap is het opbouwen van een portefeuille op basis van fundamentele analyse en de liquiditeit en waardering van de betrokken bedrijven.

Bij het bevorderen van deze kenmerken zal het fonds onder andere rekening houden met de volgende ESG-kwesties:

  • Milieu: uitstoot van broeikasgassen, luchtvervuiling, watervervuiling, waterverbruik, landgebruik, enz.
  • Sociaal: buitensporige beloning van leidinggevenden, genderongelijkheid, gezondheids- en veiligheidskwesties, kinderarbeid, enz.
  • Governance: toezicht op corruptie en omkoping, belastingontduiking, enz.
  • Algemene ESG-kwaliteitsbeoordeling.

ABA-rating: een eigen tool voor het analyseren en beoordelen van maatschappelijk verantwoord ondernemen en duurzame transitie
De analyse van Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen maakt het mogelijk om te anticiperen op de risico's van bedrijven, met name in hun interacties met hun stakeholders: werknemers, leveranciers, klanten, lokale gemeenschappen, aandeelhouders, enz., Ongeacht hun sector van activiteit.

Maatschappelijk verantwoord ondernemen wordt geanalyseerd aan de hand van 4 extra-financiële analyseassen, rekening houdend met de ESG-criteria:

  • Verantwoordelijkheid van de aandeelhouders (inclusief boekhoudkundige risico's, kwaliteit van de raad van bestuur, kwaliteit van het management, enz.)
  • Maatschappelijke verantwoordelijkheid (met inbegrip van arbeidsomstandigheden, diversiteitsbeleid, ongevallenologie, opleidingsbeleid, enz.)
  • Maatschappelijke verantwoordelijkheid (fiscale optimalisatie, corruptie, respect voor lokale gemeenschappen of respect voor persoonsgegevens)
  • Verantwoordelijkheid voor het milieu (met inbegrip van milieubeleid, aandacht voor biodiversiteitskwesties, enz.).

Elk aspect wordt onafhankelijk beoordeeld door de beheermaatschappij en gewogen op basis van het belang ervan voor het bedrijf. Elke pijler wordt vervolgens opgesplitst in een reeks criteria, volgens materialiteit (correlatie met economische prestaties), waarvan er in totaal ongeveer 25 zijn.

De pijler Duurzame Transitie biedt een analyse van de positieve bijdragen van een bedrijf door middel van haar activiteiten, producten en diensten, waarbij wordt vastgesteld of een bedrijf bijdraagt aan de Duurzame Transitie, in welk gebied (en) en in welke verhouding. Deze pijler is onderverdeeld in 5 hoofdthema's: demografie (inclusie van senioren, toegang tot onderwijs, enz.), geneeskunde (diagnose, bestrijding van endemische ziekten, enz.), Economie (toegang tot financiële diensten, digitalisering van uitwisselingen, enz.), Levensstijl (ecologisch ontwerp, collaboratieve consumptie, enz.) en ecologie (waterzuivering, hernieuwbare energie, enz.). Zo'n 34 activiteiten die bijdragen aan de duurzame transitie werden geïdentificeerd en in het model geïntegreerd.

Richtlijnen voor beleggingsstrategieën
Het fonds implementeert een strategie via twee bindende assen: uitsluitingen die van toepassing zijn op de gehele beheermaatschappij en specifieke uitsluitingen die verband houden met de strategie van het fonds.

Uitsluitingen geldend voor de gehele beheermaatschappij, dus ook voor het fonds:

  • Uitsluitingen op basis van schendingen van het UN Global Compact: na analyse en beslissing door de managementafdeling worden bedrijven opgenomen in de lijst van "ergste overtreders" die is vastgesteld door DNCA Finance
  • Uitsluitingen van bedrijven die betrokken zijn bij onconventionele koolwaterstofproductieactiviteiten en thermische steenkoolactiviteiten (thermische steenkoolproductie en op steenkool gebaseerde elektriciteitsopwekking). Deze bedrijven zullen geleidelijk worden uitgesloten van de portefeuilles (afbouwscenario tot 2040).

Specifieke uitsluitingen in verband met de strategie van het fonds

  • Uitsluiting van emittenten met een hoog risicoprofiel op het gebied van Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen ABA (score onder 4/10)
  • Sectorale uitsluitingen zoals gedefinieerd in het uitsluitingsbeleid van de beheermaatschappij.

e)   Aandeel beleggingen 

Het fonds belegt ten minste 80% van zijn nettoactiva in activa met ecologische en sociale kenmerken. Ten minste 100% van deze beleggingen worden beschouwd als duurzame beleggingen (exclusief derivaten, contanten en geldmarktfondsen).

f)   Monitoring duurzame beleggingsdoelstelling 

In overeenstemming met haar beleid inzake duurzaamheidsrisicobeheer en haar beleid inzake beheer van negatieve effecten, monitort DNCA Finance de blootstelling van haar portefeuilles aan bepaalde ESG-indicatoren, waaronder de indicatoren die voor het fonds zijn geselecteerd; blootstellingsniveaus en trends worden berekend en verspreid onder alle managementteams via dagelijks bijgewerkte dashboards.
Meer in het bijzonder worden indicatoren die overeenkomen met de doelstelling van duurzaam beleggen gemonitord:

  • Corporate Responsibility rating van de ABA proprietary tool
  • Percentage van de omzet van bedrijven die bijdragen aan een duurzame ontwikkelingsdoelstelling van de VN, volgens de interne classificatie voor duurzame investeringen van DNCA Finance

Op basis van diezelfde indicatoren wordt een waarschuwingssysteem opgezet waarvan de criteria en triggerniveaus variëren naargelang het type ICB in kwestie. Vier niveaus van waakzaamheid worden gebruikt om te meten en te waarschuwen: groen, geel, oranje en rood (maximaal risico en mogelijke beslissing om te desinvesteren door het Toezichtcomité voor duurzame beleggingen).

g)   Methodologieën 

Door het fonds gebruikte indicatoren
De fondsstrategie maakt gebruik van de volgende duurzaamheidsindicatoren:

  • Corporate Responsibility rating van de eigen ABA (Above and Beyond Analysis) tool: de belangrijkste duurzaamheidsindicator die door het fonds wordt gebruikt is de ABA rating (zie beleggingsstrategie) voor Corporate Responsibility, verdeeld in vier pijlers (zie hieronder).
  • De beoordeling van de overgang naar een duurzame economie: de beheermaatschappij vult haar analyse aan met een beoordeling van de blootstelling van bedrijven aan de overgang naar een duurzame economie. Deze beoordeling is gebaseerd op vijf pijlers: demografische transitie, gezondheidstransitie, economische transitie, leefstijltransitie en ecologische transitie.
  • Blootstelling aan de Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen (SDG's) van de VN: de beheermaatschappij beoordeelt voor elk bedrijf het aandeel van de inkomsten dat is gekoppeld aan een van de 17 duurzame ontwikkelingsdoelstellingen van de VN.
  • Koolstofgegevens: koolstofvoetafdruk (ton CO2/$M belegd) van de portefeuille van het fonds,
  • Koolstofintensiteit: (t CO2/$m van de omzet) van de portefeuille van het fonds.

ABA-methodologie Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen
De ABA Corporate Responsibility methodologie is gebaseerd op 4 pijlers: aandeelhoudersverantwoordelijkheid, milieuverantwoordelijkheid, sociale verantwoordelijkheid en maatschappelijke verantwoordelijkheid. Elke pijler wordt onafhankelijk beoordeeld door de beheermaatschappij en gewogen op basis van het belang ervan voor het doelbedrijf. Elke pijler is onderverdeeld in een reeks criteria, geselecteerd op basis van hun materialiteit (correlatie met de economische prestaties van het bedrijf), waarvan er in totaal ongeveer 25 zijn. Deze criteria kunnen de kwaliteit van de evaluatie van de raad van bestuur, de beloning van CEO's, de impact op de biodiversiteit, het klimaatbeleid en de energie-efficiëntie, enz. zijn.

verantwoordelijkheid van de aandeelhouders

Criteria Indicatoren
Respect voor minderheidsaandeelhouders
  • Structuur van de controle
  • Bestaan van een anti-overnamepil, stembeperkingen
Kwaliteit van het management
  • Omvang en samenstelling
  • Rotatie van leiders, bestaan van tegenmacht
  • Kwaliteit van de strategie
Onafhankelijkheid van het bestuur en de commissies
  • Onafhankelijkheidspercentage van de raad en de commissies
  • Scheiding der machten CEO/Voorzitter
  • Samenstelling en omvang van de Raad van Bestuur, honoraria van de bestuurders
Remuneratie van de CEO
  • Transparantie van de beloning
  • Consistentie van de variabele met doelstellingen en resultaten
  • Relevantie van bonuscriteria, conflict in AV
Boekhoudkundige risico's
  • Historiek van boekhoudkundige geschillen (10 jaar)
  • Wijziging in boekhoudmethoden/rapportage
  • Onafhankelijkheid van CAC's
Kwaliteit van de financiële communicatie
  • Vertrouwen in begeleiding en transparantie
  • Historiek van winstwaarschuwingen
  • Toegankelijkheid van het beheer

Verantwoordelijkheid voor het milieu

Criteria Indicatoren
Milieubeheer
  • Bestaan van een EMS en reikwijdte van de rapportage
  • Kwaliteit en consistentie van de rapportage, streefcijfers
  • Bestaan van governance bij hoge bijdrage
Klimaatbeleid en energie-efficiëntie
  • Tenuitvoerlegging van een energie-efficiëntiebeleid
  • Nauwkeurige rapportage en gekwantificeerde doelstellingen
Regelgeving en certicering
  • Procescertificering
  • Integratie van sectorgebonden regelgeving
  • Historiek van bedrijfsongevallen
Biodiversiteitseffecten en externaliteiten
  • Het beheren van positieve bijdragen aan biodiversiteit en rapportage
  • Integratie van de problemen voorafgaand aan de projecten
  • Historiek van vervuiling of overlast

Maatschappelijke verantwoordelijkheid

Criteria Indicatoren
Bedrijfscultuur en HR-management
  • Positie van HR in de bedrijfshiërarchie
  • Leiderschap en cultuurtypologie
  • Groeimodel en herstructureringsmanagement
Gezondheid en veiligheid
  • Oprichting van CHSCT-comités en -procedures
  • Historiek van arbeidsongevallen, niveau van rapportage
  • Transparantie en reikwijdte van indicatoren
Sociaal klimaat en arbeidsomstandigheden
  • Kwaliteit van het sociaal overleg, stakingsdagen, ziekteverzuim
  • Geschiedenis van sociale conflicten
  • Kwaliteit van de arbeidsomstandigheden en naleving van wetten
Training en loopbaanmanagement
  • Trainingsplan en leeftijdspiramide
  • Specifieke transitievraagstukken in het gebied
  • Anciënniteit van medewerkers en intern ontwikkelingsbeleid
Diversiteit bevorderen
  • Aandeel vrouwen onder werknemers
  • Aandeel vrouwen in managementteams
  • Talent attractie programma
Aantrekkelijkheid en rekrutering
  • Aantrekkelijkheid van de sector van het bedrijf (Glassdoor-rating, gemiddeld salaris/FTE)
  • Talent attractie programma
  • Vermogen om belangrijke vaardigheden te werven
Productkwaliteit, veiligheid en traceerbaarheid
  • Productkwaliteitscontroleproces
  • Geschiedenis van kwaliteitsdefecten
  • Kwesties met betrekking tot de veiligheid van de consument
Innovatievermogen
  • Intern of extern R&D management
  • Prijsflexibiliteit en merkkracht
  • Productvernieuwing en sectorrisico & sterke disruptie
Supply chain management
  • Supply chain controle en model (geïntegreerd of sterk uitbesteed)
  • Historiek van het falen van de supply chain
Klanttevredenheid en marktaandeelwinst
  • Beleid voor het monitoren van klanttevredenheid
  • Evolutie van de PDM
  • Kwaliteit van het B-to-B distributienetwerk
  • Historiek van klachten van klanten
Respect voor lokale gemeenschappen en mensenrechten
  • Eerbiediging van de mensenrechten, bevordering van het recht om te werken
  • Integratie van lokale gemeenschappen
  • Geschiedenis van lokale conflicten
Cyberbeveiliging en bescherming van persoonsgegevens
  • Persoonsgegevens gebruiken als bedrijfsmodel
  • Bescherming van gevoelige gegevens en privacy
  • Beschermingsmechanismen tegen cyberaanvallen
Corruptie en bedrijfsethiek
  • Proces van governance en corruptiepreventie
  • Activiteiten in risicolanden
  • Geschiedenis van corrupte of onethische praktijken
Fiscale samenhang
  • Afstemming van het belastingtarief op de lokale economische aanwezigheid
  • Aanwezigheid in belastingparadijzen
  • Evolutie van de belastingtarieven over 10 jaar

De analyse stelt DNCA Finance in staat om Corporate Responsibility uit 10 te scoren: het fonds kan alleen beleggen in effecten van emittenten met een score boven de 4/10.
Interne classificatie van duurzaam beleggen

DNCA Finance heeft een "interne duurzaamheidsbeoordeling" opgesteld om de betrokken bedrijfsactiviteiten te koppelen aan de Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen (SDG's) van de Verenigde Naties. De analisten meten de bijdrage van de activiteit van de emittenten aan een duurzame doelstelling (aandeel van de omzet dat bijdraagt aan een of meer sdg's).

Deze interne duurzaamheidsclassificatie stelt DNCA in staat om bepaalde bedrijven als "duurzaam" te classificeren, als aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:

  • Ten minste 5% van de omzet draagt bij aan een duurzame activiteit volgens de interne duurzame classificatie
  • Corporate Responsibility rating boven 2/10, wat impliceert dat het bedrijf geen enkele andere duurzame doelstelling significant ondermijnt en voldoet aan het UN Global Compact (het fonds heeft een strengere limiet en kan niet beleggen in emittenten met een rating lager dan 4/10)
  • Goede governancepraktijken door uitsluiting van uitgevende instellingen met een governance rating van minder dan 2

h)  Databronnen en -verwerking 

Om te voldoen aan de principes van haar beleid voor verantwoord beleggen en de nieuwe uitdagingen op het gebied van milieu en regelgeving, heeft DNCA Finance eind 2021 een aanbesteding uitgeschreven om:

  • Verbetering en betrouwbaarheid van de gegevens van emittenten, met inbegrip van impactindicatoren en effecten op klimaat en biodiversiteit
  • Voer informatie in over activiteiten die zijn afgestemd op de Europese taxonomie
  • Het bestaande ESG-analyseproces verrijken (met name door de integratie van fysieke en klimatologische risico's) en het systematische gebruik ervan mogelijk maken (door het gebruik van een "ABA Quant"-rating die wordt beoordeeld op het hele beleggingsuniversum)
  • Verbreding van de scope van andere ESG-processen

Aan het einde van deze aanbesteding worden deze externe gegevens geïntegreerd in het informatiesysteem van DNCA Finance en de bijbehorende gebruikersprocessen, met een operationele doelstelling in 2023.

Naast het eigen model dat bestaat uit een gedetailleerde analyse die uitsluitend intern wordt uitgevoerd door DNCA Finance-teams en gebaseerd is op gegevens rechtstreeks van emittenten, maakt DNCA Finance ook gebruik van externe dienstverleners:

Gebruikte dienstverleners:
 

Provider Gebruik
MSCI
  • ruwe data/bedrijven
  • taxonomie
  • belangrijkste negatieve effecten( PAI)
  • fysiek en overgangsrisico (klimaat VAR)
ISS ESG
  • sectorele uitsluitingen
  • controverses
  • ESG data States
ISS Ethix
  • controversiële wapens
ISS Proxy Exchange
  • advies over stemming op algemene vergaderingen
CDP
  • koolstofdata
  • water- en landgebruik data
CDP Temperature Ratings
  • geïnduceerde temperatuur

Maatregelen om de kwaliteit van de gegevens te waarborgen
De conformiteit van gegevens met de behoeften en het gebruik van DNCA Finance in haar activiteiten, besluitvorming en rapportage wordt gewaarborgd door de deelname van bedrijfsteams aan de selectie en definitie van gegevenscontroleprocessen.
Daarnaast implementeert DNCA Finance een proces om de kwaliteit en volledigheid van de gegevens die in de verschillende ESG-processen worden gebruikt, te controleren.
Deze controles omvatten:

  • Controleren van de aanwezigheid en volledigheid van gegevens die nodig zijn voor ESG-processen en aanvullende informatie/metadata
  • Controle van de geldigheid van de gegevens met betrekking tot gegevenstypen/formaten, naleving van intervallen en codes/referenties
  • Dubbele controle
  • Controleren van de consistentie en relevantie van de ontvangen gegevens, monitoren van variaties in waarden en identificeren van statistische uitschieters

Methoden voor gegevensverwerking
Gegevens van leveranciers worden gecentraliseerd en opgeslagen in een datawarehouse en gecontroleerd. Wanneer een anomalie wordt gedetecteerd, wordt een waarschuwing afgegeven aan het datateam (dat verantwoordelijk is voor de gegevenskwaliteit), voor handmatige verwerking en interventie door de bedrijfsteams indien nodig. Mogelijke acties:

  • Bewaren van eerdere gegevens
  • Identificatie van een alternatieve gegevensbron
  • ijdelijk achterlating van gegevens

De gegevens worden vervolgens gedistribueerd naar de verschillende verwerkingstoepassingen.

Deze gegevens worden gebruikt voor:

  • Rating van particuliere emittenten (Corporate Responsibility, voornamelijk gebaseerd op ruwe data), via de eigen ABA-tool
  • Rating van publieke emittenten via de eigen ABA-tool
  • Het algemene proces van het beheren van duurzaamheidsrisico's en negatieve effecten op duurzaamheidsfactoren
  • Uitsluitingsprocessen.

Informatie over het aandeel van de geschatte gegevens kan in een later stadium worden verstrekt.

i)   Methodologische en databeperkingen  

De door DNCA Finance gehanteerde methodieken zijn gebaseerd op gegevens van de bedrijven zelf en/of verzameld door DNCA Finance via de hierboven beschreven dataleveranciers.
De regelgeving over extra-financiële rapportage door bedrijven verandert en er zullen de komende jaren steeds meer gegevens beschikbaar zijn, met een grotere betrouwbaarheid. Al deze gegevens zijn echter complex en moeilijk te verzamelen, vooral voor veelzijdige multinationals.

Beperkingen die vandaag de dag worden ondervonden op ESG-gegevens kunnen zijn:

  • Beperkingen op de toegang tot en relevantie van informatie
    • Consistentie van informatie
    • Transnationale homogeniteit
    • Homogeniteit van methodologieën
    • Diepte van informatie
    • Stabiliteit van informatie in de loop van de tijd
  • Beperkingen met betrekking tot beleggingsuniversa
    • Geografische dekking
    • Sectordekking
    • Dekking van kapitalisatiegrootte
    • Type activa: renteproducten, geldmarktproducten, enz.

De relevantie, consistentie en betrouwbaarheid van gegevens zullen de komende jaren verbeteren naarmate bedrijven eigenaar worden van het onderwerp en belanghebbenden best practices delen.

Bovendien zijn sommige technologieën zoals klimaatrisicoberekening of geïnduceerde temperatuur nog steeds gebaseerd op zeer theoretische modellen en schattingen.
De methodologieën die door DNCA Finance worden gebruikt, worden daarom voortdurend verbeterd, maar kunnen niet beweren volledig onfeilbaar te zijn;
Het hierboven beschreven proces voor gegevenskwaliteitscontrole is bedoeld om deze problemen te beperken en het bereiken van milieu- en sociale kenmerken niet in gevaar te brengen.

j)   Due diligence 

DNCA Finance heeft een "Negative Impact Management Policy" geïmplementeerd dat het in staat stelt om due diligence uit te voeren naar de impact van investeringsbeslissingen op "duurzaamheidsfactoren". Volgens de SFDR-verordening zijn duurzaamheidsfactoren "milieu-, sociale en arbeidskwesties, eerbiediging van de mensenrechten en de bestrijding van corruptie en omkoping" (artikel 2 van de verordening). Dit "negatieve impact management beleid" is van toepassing op het fonds.

De negatieve impactanalyse van DNCA Finance is gebaseerd op drie principes:

  • Naleving van belangrijke internationale normen op het gebied van sociale verantwoordelijkheid (richtlijnen van de VN, IAO en OESO) bij de selectie van emittenten
  • Bijdragen aan het behalen van de Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen van de Verenigde Naties
  • Bijdrage aan energie-, ecologische en sociale transities, waaronder het Klimaatakkoord van Parijs en de doelstellingen van het Verdrag inzake biologische diversiteit

DNCA Finance zal een due diligence-mechanisme hebben, dat zal bestaan uit:

  • Identificeren van de aard van de negatieve effecten (ESG-effecten) in verband met haar beleggingsactiviteiten
  • Beoordelen en prioriteren van negatieve effecten
  • Het beheersen (voorkomen, verzachten, stoppen) van enkele van de negatieve effecten
  • Bewaken van de uitvoering van resultaten (meten van de effectiviteit van acties)
  • Indien nodig de strategie voor het beheersen van negatieve effecten aanpassen

De principes van DNCA Finance zijn:

  • Het beheer van effecten waarvoor DNCA Finance kwantitatieve doelstellingen heeft (koolstofvoetafdruk en geïnduceerde temperatuur van portefeuilles in het bijzonder, volgens het milieubeleid)
  • Meten voor het sturen van biodiversiteitsvoetafdrukindicatoren: waterbeheer en landgebruik
  • Het meten van andere negatieve effecten die een observatie- en eigendomsfase mogelijk maken, evenals kwaliteitscontrole van de gebruikte gegevens

DNCA Finance implementeert een waarschuwingssysteem op basis van het gedrag van de gemonitorde negatieve impactindicatoren. In het geval van het fonds zijn deze waarschuwingen gebaseerd op:

  • Koolstofemissie-indicatoren en geïnduceerde temperatuur (alle beheerde en controleerbare activa), vanaf een drempel (voorbeeld: geïnduceerde temperatuur van de portefeuille boven 2,5°)

k)   Engagementbeleid

In lijn met haar beleid voor aandeelhoudersbetrokkenheid en in lijn met haar duurzaamheidsrisico- en negatieve impactmanagement, implementeert DNCA Finance een engagementproces met de bedrijven waarin het belegt.

Met name worden specifieke engagementacties met uitgevende instellingen in gang gezet op basis van de bereikte mate van waakzaamheid: blootstelling van deze uitgevende instellingen aan bepaalde duurzaamheidsrisico-indicatoren of hun betrokkenheid bij bepaalde negatieve effecten.

DNCA Finance onderscheidt drie engagementdoelstellingen:

  • Proactieve betrokkenheid
  • Responsieve betrokkenheid
  • Collectieve inzet

Proactieve betrokkenheid
De proactieve betrokkenheid van DNCA Finance is bedoeld om bedrijven aan te moedigen om een betere transparantie en beheer van hun ESG-kwesties te ontwikkelen door middel van een voortdurende dialoog.
Targets worden bepaald aan de hand van de thema's die DNCA belangrijk vindt, het aandelenbelang van DNCA in de onderneming (zeggenschap) en het gewicht van de emittent in het beheerd vermogen.
Proactieve interacties met betrokkenheid en details van betrokkenheidscampagnes met gerichte emittenten worden gepresenteerd in het jaarlijkse betrokkenheidsrapport van DNCA.

Responsieve betrokkenheid
Het reactieve betrokkenheidsproces van DNCA Finance is een escalatieproces dat voortbouwt op het waarschuwingssysteem voor duurzaamheidsrisico- en negatieve impactbeheer en is gebaseerd op de volgende parameters

  • Duurzaamheidsrisicoparameters:
    • Laag absoluut niveau of negatieve verandering in aba-aansprakelijkheidsrisicoratings van zakelijke emittenten (zie "ABA Quant ratingproces voor zakelijke emittenten");
    • Opeenstapeling van controverses of controverses die als "ernstig" worden beschouwd (via ISS-ESG) (zie "controverse-analyseproces");
    • Niveau van klimaatgerelateerde VaR voor particuliere emittenten (via MSCI);
  • Parameters voor negatieve duurzaamheidseffecten
    • Negatieve verandering in "materiële" indicatoren die worden gemonitord voor particuliere emittenten (via MSCI): koolstofvoetafdruk; geïnduceerde temperatuur;
    • UNGC-schending (via MSCI).

Het escalatieproces is gebaseerd op een waarschuwingssysteem dat identiek is aan dat van de processen voor het beheer van duurzaamheidsrisico's en negatieve impact, met vier niveaus: groen, geel, oranje en rood. Het rode niveau kan leiden tot een besluit tot desinvestering na een besluit van het Toezichtcomité voor duurzame beleggingen.

Betrokkenheid bij samenwerking
DNCA Finance neemt ook deel aan collectieve initiatieven voor gecoördineerde en/of gezamenlijke acties ter bevordering van beste praktijken op het gebied van systemische of transversale kwesties, met betrekking tot:

  • bepaalde emittenten (bv. zonder klimaatstrategie, met doelstellingen die lager zijn dan die van de Overeenkomst van Parijs, of met klimaattrajectresultaten boven de doelstellingen) of een groep emittenten die zich richten op een sector- of beleggingsthema (bv. klimaatverandering, menselijk kapitaal);
  • ESG-kwesties die duurzaamheidsrisico's en/of negatieve duurzaamheidseffecten kunnen veroorzaken (bijv. klimaatstrategie die niet in overeenstemming is met de Overeenkomst van Parijs).
  • Naleving van de beginselen van de Task Force on Climate related Financial Disclosure (TCFD) en de Task Force on Nature related Financial Disclosure (TNFD).

l)  Behalen duurzame beleggingsdoelstelling  

De doelstelling van het compartiment voor duurzaam beleggen wordt bereikt door de extrafinanciële analyse van DNCA Finance en het gebruik van de "interne classificatie van duurzaam beleggen" (zie hierboven). Er wordt geen index gebruikt om dit doel te bereiken.

BGF New Energy Fund (BlackRock)

Dit fonds is bij BlackRock gekend als BGF Sustainable Energy Fund.

a) Samenvatting

Het Fonds heeft Duurzame Beleggingen in portefeuille. BlackRock beschouwt Duurzame Beleggingen als beleggingen in emittenten of effecten die bijdragen aan het behalen van een ecologische of sociale doelstelling, mits deze belegging geen ernstige afbreuk doet aan deze doelstellingen, en de ondernemingen waarin is belegd praktijken op het gebied van goed bestuur toepassen. BlackRock gebruikt relevante duurzaamheidskaders om in kaart te brengen in hoeverre de belegging is afgestemd op ecologische of sociale doelstellingen. Duurzame Beleggingen moeten ook voldoen aan de vereisten voor 'Geen ernstige afbreuk doen', zoals gedefinieerd in de toepasselijke wet- en regelgeving. BlackRock heeft een reeks criteria opgesteld om te beoordelen of een emittent of belegging ernstige afbreuk doet. BlackRock heeft Duurzame Beleggingen in portefeuille die bijdragen aan de verwezenlijking van verschillende ecologische en/of sociale doelstellingen, waaronder, maar niet beperkt tot, alternatieve en hernieuwbare energie, energie-efficiëntie, preventie of beperking van verontreiniging, hergebruik en recycling, gezondheid, voeding, sanitaire voorzieningen en onderwijs en de Duurzameontwikkelingsdoelstellingen van de VN. Het Fonds streeft de volgende doelen na: (i) kritieke kwesties op het gebied van milieu en maatschappij aanpakken met ESG-scores.

Het Fonds belegt ten minste 70% van de totale activa in aandelen van duurzame-energiebedrijven van over de hele wereld. Duurzame-energiebedrijven zijn bedrijven die zich bezighouden met alternatieve energie en energietechnologieën zoals: hernieuwbare-energietechnologie; ontwikkelaars van hernieuwbare energie; alternatieve brandstoffen; energie-efficiëntie; ondersteuning voor energie en infrastructuur. duurzame-energiebedrijven zijn bedrijven die zich bezighouden met alternatieve energie en energietechnologieën zoals: hernieuwbare-energietechnologie; ontwikkelaars van hernieuwbare energie; alternatieve brandstoffen; energie-efficiëntie; ondersteuning voor energie en infrastructuur. Het bindende fundament van deze strategie ziet er als volgt uit: (1) Garanderen dat de portefeuille van het Fonds volledig uit Duurzame Beleggingen bestaat (behalve voor instrumenten die worden gebruikt ten behoeve van liquiditeitenbeheer en/of afdekking, hetgeen niet meer mag bedragen dan 20% van de totale activa van het Fonds); (2) De uitsluitingsscreens toepassen; (3) Garanderen dat de portefeuille van het Fonds een hogere gewogen gemiddelde ESG-rating heeft dan de ESG-rating van de Index nadat uit die index ten minste 20% van de effecten met de laagste ratings is geschrapt; (4) Ervoor zorgen dat meer dan 90% van de emittenten van de effecten die het Fonds in portefeuille heeft (met uitzondering van geldmarktfondsen) een ESG-rating heeft of is geanalyseerd voor ESG-doeleinden. Het Fonds houdt aan de hand van de norm 'Geen ernstige afbreuk doen' voor Duurzame Beleggingen van BlackRock rekening met PAI's.

De portefeuille van het Fonds bestaat volledig uit Duurzame Beleggingen of instrumenten die worden aangehouden ten behoeve van liquiditeitsbeheer en/of afdekkingsdoeleinden. Beleggingen ten behoeve van liquiditeitenbeheer en/of afdekking mogen niet meer bedragen dan 20% van de totale activa van het Fonds. Minimaal 80% van de totale activa van het Fonds is belegd in Duurzame Beleggingen, maar het Fonds verplicht zich niet tot afzonderlijke minimumwegingen van Duurzame Beleggingen met een ecologische of sociale doelstelling. Maximaal 20% van de totale activa van het Fonds mag belegd zijn in andersoortige beleggingen.  Het Fonds heeft zich er op het moment van schrijven niet toe verplicht meer dan 0% van de activa te beleggen in Duurzame Beleggingen met een ecologische doelstelling die afgestemd is op de EU-Taxonomie, maar dergelijke beleggingen kunnen wel degelijk in de portefeuille worden opgenomen.  

BlackRock heeft een sterk geautomatiseerde nalevingsprocedure ontwikkeld om ervoor te zorgen dat het Fonds zo veel mogelijk overeenkomstig de geformuleerde beleggingsrichtlijnen en toepasselijke wettelijke vereisten wordt beheerd. Dit omvat monitoring van de ecologische of sociale kenmerken van het Fonds in overeenstemming met de relevante methodologie. BlackRock heeft een eigen methodologie ontwikkeld om Duurzame Beleggingen te identificeren en gebruikt een aantal andere methodologieën om te meten of de duurzame beleggingsdoelstelling van het Fonds is verwezenlijkt.
BlackRock heeft een eigen methodologie ontwikkeld om Duurzame Beleggingen te identificeren en gebruikt een aantal andere methodologieën om te meten of de duurzame beleggingsdoelstelling van het Fonds is verwezenlijkt. De Portefeuillebeheerders van BlackRock hebben toegang tot onderzoek, gegevens, tools en analyses om ESG-inzichten in hun beleggingsproces te integreren. ESG-datasets zijn afkomstig van externe gegevensaanbieders, waaronder MSCI, Sustainalytics, Refinitiv, S&P en Clarity AI. BlackRock past een uitgebreid due-diligence-proces toe om het aanbod van aanbieders te evalueren aan de hand van zeer gerichte beoordelingen van de methode en de dekking, gebaseerd op de duurzame-beleggingsstrategie van het product. De gegevens, inclusief ESG-gegevens, worden ontvangen via onze bestaande interfaces, waarna ze aan een reeks kwaliteits- en volledigheidscontroles worden onderworpen om ervoor te zorgen dat de gegevens die gebruikt worden in BlackRock-systemen en -applicaties, zoals Aladdin, van goede kwaliteit zijn. BlackRock streeft ernaar zoveel mogelijk gerapporteerde gegevens van bedrijven via externe gegevensleveranciers te verkrijgen. De sectorstandaarden voor informatieverschaffing zijn echter nog in ontwikkeling, met name met betrekking tot voorspellende indicatoren. Daarom vertrouwen we in bepaalde gevallen op schattingen of indirecte metingen van gegevensleveranciers om ons brede belegbare universum van emittenten te dekken.

BlackRock blijft de ontwikkelingen in de doorlopende implementatie door de EU van haar kader voor duurzaam beleggen en haar beleggingsmethodologieën controleren, om te zorgen voor afstemming naarmate de regelgeving verandert. ESG-datasets veranderen en worden steeds beter naarmate de standaarden voor informatieverschaffing, de regelgevende kaders en de praktijken in de sector evolueren. BlackRock blijft samenwerken met uiteenlopende marktdeelnemers om de gegevenskwaliteit te verbeteren. Duurzaam beleggen en het inzicht in duurzaamheid evolueert mee met de data-omgeving. De spelers uit de sector staan voor de uitdaging om één enkele maatstaf of een reeks gestandaardiseerde maatstaven te identificeren waarmee een volledig beeld kan worden verkregen van een bedrijf of een belegging. BlackRock heeft daarom een kader opgesteld om duurzame beleggingen te identificeren, rekening houdend met de reglementaire vereisten.

BlackRock past een hoge standaard van due diligence toe bij de selectie en doorlopende monitoring van de beleggingen van het Fonds, met als doel te voldoen aan de beleggings-, liquiditeits- en risicorichtsnoeren van het Fonds, evenals aan de duurzaamheidsrisico- en ESG-criteria en algemene prestaties.

Engagement met bedrijven waarin we het vermogen van onze klanten beleggen, vindt plaats op meerdere niveaus binnen BlackRock. Wanneer een beleggingsteam ervoor kiest om engagement te gebruiken, kan dit verschillende vormen aannemen, maar in essentie zal het team van portefeuillebeheerders streven naar een regelmatige en doorlopende dialoog met leidinggevenden of bestuursleden van de betrokken bedrijven waarin wordt belegd om goed bestuur en duurzame zakelijke praktijken te bevorderen, gericht op de geïdentificeerde ESG-kenmerken en belangrijkste ongunstige indicatoren, en om inzicht te krijgen in de doeltreffendheid van zowel het management van het bedrijf als het toezicht op de activiteiten die zijn ontwikkeld om de geïdentificeerde ESG-kwesties aan te pakken. Engagement stelt het team van portefeuillebeheerders ook in staat feedback te geven over de praktijken en informatieverschaffing van bedrijven.

Er is geen specifieke index aangewezen als referentiebenchmark om te bepalen of de duurzame beleggingsdoelstelling van het Fonds is verwezenlijkt.

b) Geen ernstige afbreuk doen aan het behalen van de duurzame beleggingsdoelstelling

Duurzame Beleggingen voldoen aan de vereisten voor 'Geen ernstige afbreuk doen', zoals gedefinieerd in de toepasselijke wet- en regelgeving. BlackRock heeft een reeks criteria voor Duurzame Beleggingen opgesteld om te beoordelen of een emittent of belegging ernstige afbreuk doet. Beleggingen die geacht worden ernstige afbreuk te doen, worden niet als Duurzame Beleggingen beschouwd.

De indicatoren voor ongunstige effecten op duurzaamheidsfactoren voor ieder type belegging worden getoetst aan BlackRocks intern ontwikkelde beoordelingsmethodiek voor Duurzame Beleggingen. BlackRock brengt aan de hand van extern verkregen gegevens en/of fundamentele analyse in kaart welke beleggingen ongunstige effecten hebben op duurzaamheidsfactoren en ernstige afbreuk doen.
Duurzame Beleggingen worden onderzocht om eventuele ongunstige effecten te identificeren en om overeenstemming te garanderen met de internationaal geaccepteerde normen die voortvloeien uit OESO-richtlijnen voor multinationale ondernemingen en de leidende beginselen van de VN inzake bedrijfsleven en mensenrechten, met inbegrip van de principes en rechten die worden beschreven in de acht fundamentele verdragen die in de verklaring van de Internationale Arbeidsorganisatie (IAO) betreffende de fundamentele principes en rechten op het werk worden genoemd en in het Internationaal Statuut van de Rechten van de Mens. Emittenten die geacht worden inbreuk op deze normen te hebben gepleegd, worden niet als Duurzame Beleggingen beschouwd.

c) Duurzame beleggingsdoelstelling van het financiële product

Het Fonds belegt ten minste 70% van de totale activa in aandelen van duurzame-energiebedrijven van over de hele wereld. Duurzame-energiebedrijven zijn bedrijven die zich bezighouden met alternatieve energie en energietechnologieën zoals: hernieuwbare-energietechnologie; ontwikkelaars van hernieuwbare energie; alternatieve brandstoffen; energie-efficiëntie; ondersteuning voor energie en infrastructuur. duurzame-energiebedrijven zijn bedrijven die zich bezighouden met alternatieve energie en energietechnologieën zoals: hernieuwbare-energietechnologie; ontwikkelaars van hernieuwbare energie; alternatieve brandstoffen; energie-efficiëntie; ondersteuning voor energie en infrastructuur. 

Het Fonds heeft Duurzame Beleggingen in portefeuille. BlackRock beschouwt Duurzame Beleggingen als beleggingen in emittenten of effecten die bijdragen aan het behalen van een ecologische of sociale doelstelling, mits deze belegging geen ernstige afbreuk doet aan deze doelstellingen, en de ondernemingen waarin is belegd praktijken op het gebied van goed bestuur toepassen. BlackRock gebruikt relevante duurzaamheidskaders om in kaart te brengen in hoeverre de belegging is afgestemd op ecologische of sociale doelstellingen.

BlackRock heeft Duurzame Beleggingen in portefeuille die bijdragen aan de verwezenlijking van verschillende ecologische en/of sociale doelstellingen, waaronder, maar niet beperkt tot, alternatieve en hernieuwbare energie, energie-efficiëntie, preventie of beperking van verontreiniging, hergebruik en recycling, gezondheid, voeding, sanitaire voorzieningen en onderwijs en de Duurzameontwikkelingsdoelstellingen van de VN (gezamenlijk "Ecologische en Sociale Doelstellingen").

Een belegging draagt bij aan de verwezenlijking van een Ecologische en/of Sociale Doelstelling als aan een van de volgende voorwaarden wordt voldaan:

  1. een bepaald minimumpercentage van de bedrijfsactiviteiten van de emittent draagt bij aan de verwezenlijking van een Ecologische en/of Sociale Doelstelling;
  2. de bedrijfspraktijken van de emittent dragen bij aan de verwezenlijking van een Ecologische en/of Sociale Doelstelling.

Het Fonds houdt rekening met kritieke kwesties op het gebied van milieu en maatschappij die relevant geacht worden voor de activiteiten van de emittenten. Dat wordt gedaan aan de hand van ESG-scores, die worden gebruikt als maatstaf van de blootstelling van emittenten aan en het beheer van dergelijke risico's en kansen. In de ESG-scores wordt er rekening mee gehouden dat sommige kwesties op het gebied van milieu en maatschappij relevanter zijn voor bepaalde typen bedrijfsactiviteiten: concreet gebeurt dit door de wegingen van specifieke kwesties in de beoordeling af te stemmen op de situatie.

De ecologische component van de ESG-score beslaat de volgende ecologische thema's: klimaatverandering, natuurlijk kapitaal, verontreiniging en afval en milieukansen. De sociale component van de ESG-score beslaat de volgende sociale thema's: menselijk kapitaal, productaansprakelijkheid, verzet van stakeholders en sociale kansen. Zakelijke emittenten met een betere ESG-score worden geacht duurzamere bedrijfspraktijken te hanteren.

Het Fonds belegt niet in bedrijven die tot een van de volgende sectoren behoren (volgens de Global Industry Classification Standard): kolen en consumptieartikelen; exploratie en productie van olie en gas; en geïntegreerde olie en gas.

Het Fonds gebruikt geen referentiebenchmark om de ESG-kenmerken te behalen die het promoot, maar de MSCI All Countries World Index (de "Index") wordt wel gebruikt als indicatieve maatstaf van de ESG-kenmerken die het Fonds promoot.

d) Beleggingsstrategie

Het Fonds belegt ten minste 70% van de totale activa in aandelen van duurzame-energiebedrijven van over de hele wereld. Duurzame-energiebedrijven zijn bedrijven die zich bezighouden met alternatieve energie en energietechnologieën zoals: hernieuwbare-energietechnologie; ontwikkelaars van hernieuwbare energie; alternatieve brandstoffen; energie-efficiëntie; ondersteuning voor energie en infrastructuur. duurzame-energiebedrijven zijn bedrijven die zich bezighouden met alternatieve energie en energietechnologieën zoals: hernieuwbare-energietechnologie; ontwikkelaars van hernieuwbare energie; alternatieve brandstoffen; energie-efficiëntie; ondersteuning voor energie en infrastructuur. De bedrijven worden door de Beleggingsadviseur beoordeeld op hun omgang met de risico's en kansen die gepaard gaan met alternatieve energiebronnen en energietechnologieën en op hun staat van dienst wat betreft ESG-risico's en -kansen, zoals hun raamwerk voor leiderschap en bedrijfsbestuur – dat onontbeerlijk wordt geacht voor duurzame groei –, hun vermogen om strategisch om te gaan met langerlopende kwesties rondom ESG en de potentiële gevolgen die dit heeft voor de financiële gezondheid van het betreffende bedrijf.

Het Fonds belegt niet in bedrijven die tot een van de volgende sectoren behoren (volgens de Global Industry Classification Standard): kolen en consumptieartikelen; exploratie en productie van olie en gas; en geïntegreerde olie en gas. Er wordt getoetst in hoeverre een bedrijf betrokken is bij elke activiteit of sector. Dat kan gebeuren op basis van het percentage van de omzet, een vastgelegde totale-omzetdrempel, of op basis van iedere verbinding met een activiteit waarvoor beperkingen gelden, ongeacht hoeveel omzet daaruit behaald wordt.

Het Fonds belegt duurzaam aan de hand van een best-in-class benadering. Dit houdt in dat het Fonds belegt in de emittenten die op het gebied van ESG het best presteren in hun eigen sector (zonder sectoren uit te sluiten). Meer dan 90% van de emittenten van de effecten die het Fonds in portefeuille heeft, heeft een ESG-rating of is geanalyseerd voor ESG-doeleinden.

De Beleggingsadviseur stelt op basis van zijn eigen analyse een portefeuille samen die een hogere ESG-score heeft dan de Index, nadat daar ten minste 20% van de effecten met de laagste ratings uit is geschrapt.

Het bindende fundament van deze strategie ziet er als volgt uit:

  1. Garanderen dat de portefeuille van het Fonds volledig uit Duurzame Beleggingen bestaat (met uitzondering van instrumenten die worden aangehouden ten behoeve van liquiditeitsbeheer en/of afdekkingsdoeleinden, voor maximaal 20% van de totale activa van het Fonds).
  2. De uitsluitingsscreens toepassen.
  3. Garanderen dat de portefeuille van het Fonds een hogere gewogen gemiddelde ESG-rating heeft dan de index nadat daar ten minste 20% van de effecten met de laagste ratings uit is geschrapt.
  4. Ervoor zorgen dat meer dan 90% van de emittenten van de effecten die het Fonds in portefeuille heeft (met uitzondering van geldmarktfondsen), een ESG-rating heeft of is geanalyseerd voor ESG-doeleinden.

Inaanmerkingneming van de belangrijkste ongunstige effecten op duurzaamheidsfactoren
Het Fonds houdt aan de hand van de norm 'Geen ernstige afbreuk doen' voor Duurzame Beleggingen van BlackRock rekening met PAI's. In het jaarverslag van het Fonds wordt er in meer detail getreden over de PAI's.

Beleid voor goed bestuur
BlackRock evalueert de praktijken op het gebied van goed bestuur van de bedrijven in de portefeuille door eigen inzichten en engagement-initiatieven van de hand van de Beleggingsadviseur te combineren met gegevens van externe aanbieders van ESG-onderzoek. BlackRock gebruikt gegevens van externe aanbieders van ESG-onderzoek om in kaart te brengen van welke emittenten de bestuurspraktijken nog niet toereikend zijn. Dit gebeurt aan de hand van key performance indicators (KPI's) die samenhangen met een goede managementstructuur, betrekkingen met werknemers, beloning van het betrokken personeel en naleving van belastingwetgeving.

Mocht er geconstateerd worden dat een bepaalde emittent mogelijk met problemen op het gebied van ondernemingsbestuur kampt, gaat de Beleggingsadviseur zorgvuldig na of hij of zij zich in deze externe beoordeling kan vinden en controleert de Beleggingsadviseur op basis van een rechtstreekse dialoog met de emittent of de emittent maatregelen heeft getroffen om de problemen te verhelpen of dat binnen een redelijke termijn gaat doen. Daarnaast kan de Beleggingsadviseur besluiten de blootstelling aan dergelijke emittenten terug te schroeven.

e) Aandeel beleggingen
De portefeuille van het Fonds bestaat volledig uit Duurzame Beleggingen of instrumenten die worden aangehouden ten behoeve van liquiditeitsbeheer en/of afdekkingsdoeleinden. Maximaal 20% van de totale activa van het Fonds mag belegd zijn in instrumenten die worden aangehouden ten behoeve van liquiditeitsbeheer en/of afdekkingsdoeleinden.

Minimaal 80% van de totale activa van het Fonds is belegd in Duurzame Beleggingen, maar het Fonds verplicht zich niet tot afzonderlijke minimumwegingen van Duurzame Beleggingen met een ecologische doelstelling of afzonderlijke minimumwegingen van Duurzame Beleggingen met een sociale doelstelling.

Maximaal 20% van de totale activa van het Fonds mag belegd zijn in andersoortige beleggingen. 

Het Fonds kan gebruikmaken van derivaten voor beleggingsdoeleinden en ten behoeve van efficiënt portefeuillebeheer. Voor derivaten gelden eventuele eerdergenoemde ESG-ratings of -analyses alleen voor de onderliggende waarden.

Het Fonds heeft zich er op het moment van schrijven niet toe verplicht meer dan 0% van de activa te beleggen in Duurzame Beleggingen met een ecologische doelstelling die afgestemd is op de EU-Taxonomie, maar dergelijke beleggingen kunnen wel degelijk in de portefeuille worden opgenomen.  

Het Fonds verplicht zich er niet toe in transitionele en faciliterende activiteiten te beleggen, maar dergelijke beleggingen kunnen wel degelijk in de portefeuille worden opgenomen.  

Maximaal 80% van de totale activa van het Fonds wordt belegd in Duurzame Beleggingen. Deze Duurzame Beleggingen zijn een combinatie van Duurzame Beleggingen met een ecologische doelstelling die niet is afgestemd op de EU-Taxonomie, een sociale doelstelling of een combinatie van beide, en de daadwerkelijke samenstelling kan variëren.

Het Fonds heeft Duurzame Beleggingen in portefeuille die niet zijn afgestemd op de EU-Taxonomie, en wel om de volgende redenen: (i) het is in het kader van de beleggingsstrategie van het Fonds; (ii) mogelijk zijn er niet voldoende gegevens om vast te stellen of de belegging op de EU-Taxonomie is afgestemd; en/of (iii) de onderliggende economische activiteiten komen mogelijk niet in aanmerking op basis van de beschikbare technische screeningcriteria uit hoofde van de EU-Taxonomie of deze voldoen mogelijk niet aan alle vereisten uit dergelijke technische screeningcriteria. 

Andersoortige posities zijn beperkt tot 20% en kunnen bestaan uit derivaten, cash en aan cash verwante instrumenten, aandelen of deelbewijzen van gemeenschappelijke beleggingsfondsen en vastrentende effecten (ook schuldbewijzen genoemd) die zijn uitgegeven door overheden en overheidsinstanties van over de hele wereld.

Het gebruik van dergelijke beleggingen heeft geen gevolgen voor de duurzame beleggingsdoelstelling van het Fonds, omdat deze beleggingen worden ingezet ten behoeve van liquiditeitsbeheer en/of afdekkingsdoeleinden.

Er worden geen ecologische of sociale drempelwaarden gehanteerd voor andere posities.

f) Monitoring duurzame beleggingsdoelstelling

BlackRock heeft een sterk geautomatiseerde nalevingsprocedure ontwikkeld om ervoor te zorgen dat het Fonds zo veel mogelijk overeenkomstig de geformuleerde beleggingsrichtlijnen en toepasselijke wettelijke vereisten wordt beheerd. Dit omvat monitoring van de ecologische of sociale kenmerken van het Fonds in overeenstemming met de relevante methodologie, zoals omschreven in 'Hoofdstuk G - Methodologieën'.

De Portefeuillebeheerders hebben de primaire verantwoordelijkheid om de contractuele voorwaarden van het prospectus en andere bestuursdocumenten van het Fonds na te leven en worden ondersteund door Aladdin, de portefeuille- en risicobeheersoftware van BlackRock.

De Portfolio Compliance Group ("PCG"), een groep binnen BlackRock's Business Operations, is verantwoordelijk voor de codering van de beleggingsbeperkingen van het Fonds. Deze kunnen in Aladdin worden gecodeerd in het monitoringsysteem van BlackRock voor naleving van de regels vóór en na handelstransacties. Als een beleggingsbeperking niet kan worden gecodeerd, wordt een handmatig proces opgezet om te testen of de richtsnoeren worden nageleefd.

Monitoring vóór en na handelstransacties
Wanneer een transactie of order wordt aangemaakt, wordt de transactie voorafgaand aan de uitvoering op real time-basis beoordeeld door het primaire nalevingssysteem aan de hand van de beleggingsrichtsnoeren van het Fonds. Als een niet-conforme voorwaarde wordt gedetecteerd, kan de transactie of order niet worden uitgevoerd.

Nalevingstests worden ook 's nachts na de handel uitgevoerd op basis van de posities aan het einde van de handelsdag en gerapporteerd op T+1-basis. Nalevingsafwijkingen en -waarschuwingen worden geïdentificeerd en voor onderzoek doorgegeven aan de relevante beleggingsprofessionals, die indien nodig overleg zullen plegen met relevante deskundigen in de betreffende materie om een oplossing te vinden. De identificatie van en het onderzoek naar potentiële items worden vastgelegd in een elektronisch systeem dat een uitgebreide workflow bevat met een controlespoor. Indien nodig zullen passende corrigerende maatregelen worden genomen om afwijkingsproblemen op te lossen.

Het monitoren van bepaalde ESG-kenmerken kan mogelijk niet worden geautomatiseerd vanwege de functionaliteit van het systeem of door gegevensbeperkingen. Dergelijke ESG-kenmerken worden periodiek beoordeeld en gecontroleerd om ervoor te zorgen dat het product voldoet aan de gerelateerde verplichtingen.

Gevallen van niet-nakoming worden, zoals vereist krachtens onze wettelijke verplichtingen, gerapporteerd aan de betreffende beheermaatschappij, accountant, bewaarder en toezichthouder.

Wanneer BlackRock een deel van het beheer van een Fonds delegeert aan een externe beheerder, is de externe beheerder krachtens de geldende Overeenkomst voor beleggingsbeheer verantwoordelijk voor het naleven van de beleggingsrichtsnoeren en -beperkingen, ook als deze betrekking hebben op de ecologische of sociale kenmerken van het Fonds. De beleggingsbeperkingen met betrekking tot de ecologische of sociale kenmerken worden over het algemeen meegedeeld aan de externe beheerder, die van tijd tot tijd door BlackRock kunnen worden bijgewerkt overeenkomstig de ecologische en sociale kenmerken van het Fonds. Wanneer de externe beheerder een passieve strategie toepast, kan de externe beheerder ook controleren of aan de ecologische of sociale kenmerken wordt voldaan door een benchmarkindex te volgen die een methodologie hanteert waarin deze kenmerken zijn geïntegreerd. BlackRock ontvangt dagelijks een update van de posities van de externe beheerder en voert nalevingscontroles uit na afloop van de handel in overeenstemming met het eerder beschreven secundaire nalevingsproces. BlackRock voert ook periodiek due-diligence-onderzoek uit naar externe beheerders om ervoor te zorgen dat de bestaande controlekaders relevant blijven.

g) Methodologieën

BlackRock hanteert de volgende methodologieën met betrekking tot dit Fonds:
Methodologie voor Duurzame Beleggingen

BlackRock heeft een eigen methodologie ontwikkeld om Duurzame Beleggingen te identificeren. Deze bestaat uit een vierdelige beoordeling:
(i) Bijdrage van de economische activiteiten aan ecologische en/of sociale doelstellingen;
(ii) Geen ernstige afbreuk doen;
(iii) Voldoet aan minimumwaarborgen; en
(iv) Goed bestuur (indien van toepassing).

Een belegging moet aan alle vier de onderdelen van deze test voldoen om als een Duurzame Belegging te worden aangemerkt. Duurzame Beleggingen zijn onderworpen aan een degelijk toezichtsproces om ervoor te zorgen dat aan de wettelijke normen wordt voldaan.

(i) Bijdrage van de economische activiteiten aan ecologische en/of sociale doelstellingen

Ecologische en sociale doelstellingen
Het Fonds heeft Duurzame Beleggingen in portefeuille die bijdragen aan de verwezenlijking van verschillende ecologische en/of sociale doelstellingen, waaronder, maar niet beperkt tot, alternatieve en hernieuwbare energie, energie-efficiëntie, preventie of beperking van verontreiniging, hergebruik en recycling, gezondheid, voeding, sanitaire voorzieningen en onderwijs en de Duurzameontwikkelingsdoelstellingen van de VN (gezamenlijk "Ecologische en Sociale Doelstellingen").

Beoordeling van een economische activiteit
Een belegging wordt als een Duurzame Belegging aangemerkt (mits voldaan wordt aan de andere drie onderdelen):

Bedrijfsactiviteiten

  • Als er systematisch vastgesteld is, met behulp van gegevens van externe aanbieders, dat meer dan 20% van de inkomsten kan worden toegeschreven aan producten en/of diensten die bijdragen aan ecologische en/of sociale doelstellingen. Als er geen gegevens van externe aanbieders zijn of als een analist vaststelt dat de gegevens onnauwkeurig zijn of dat er een geschiktere maatstaf is voor de materialiteit dan de omzet om de bijdrage van een bedrijf te bepalen, zoals kapitaaluitgaven of gerecycleerde input, kan ook gebruik worden gemaakt van fundamentele analyse om een bedrijf te beoordelen.

Bedrijfspraktijken

  • Als de emittent een decarbonisatiedoelstelling heeft bepaald in overeenstemming met de Science Based Targets-initiatieven die bevestigd is aan de hand van gegevens van externe aanbieders of door middel van een fundamentele beoordeling.
  • Als het bedrijf aantoonbare leiderschapskenmerken bezit waaruit blijkt dat het een cruciale rol speelt als aanjager van duurzame praktijken.

Vastrentende effecten

  • Een obligatie waarvan de opbrengsten worden aangewend voor een specifiek doel is een Duurzame Belegging als het gebruik van de opbrengsten substantieel bijdraagt aan een ecologische en/of sociale doelstelling zoals bepaald aan de hand van een fundamentele beoordeling
  • Andere vastrentende effecten worden als een Duurzame Belegging aangemerkt als ze zijn afgestemd op Ecologische en/of Sociale Doelstellingen zoals bepaald aan de hand van een fundamentele beoordeling, zoals ecologische en/of sociale door activa of hypotheken gedekte effecten uitgegeven door supranationale entiteiten die zich inzetten voor de promotie van de SDG's van de VN

(ii) Geen ernstige afbreuk doen aan ("DNSH")
Duurzame Beleggingen voldoen aan de vereisten voor 'Geen ernstige afbreuk doen', zoals gedefinieerd in de toepasselijke wet- en regelgeving. BlackRock heeft een reeks criteria voor Duurzame Beleggingen opgesteld om te beoordelen of een belegging ernstige afbreuk doet, waarbij zowel gegevens van derden als fundamentele inzichten in aanmerking worden genomen. De beleggingen worden aan de hand van deze criteria gescreend met behulp van systeemgebaseerde controles en als ze geacht worden ernstige afbreuk te doen, worden ze niet als Duurzame Beleggingen aangemerkt. BlackRock beoordeelt de indicatoren voor ongunstige effecten op duurzaamheidsfactoren voor ieder type belegging zoals gedefinieerd in de regelgeving.

De belangrijkste indicatoren voor ongunstige effecten op het klimaat worden beoordeeld met behulp van BlackRock's intern ontwikkelde Heightened Scrutiny Framework, waarmee beleggingen worden geïdentificeerd die een aanzienlijk klimaatgerelateerd risico inhouden door de volgende factoren te beoordelen: (i) koolstofemissie; (ii) gereedheid voor de netto-nul-transitie; en (iii) klimaatgerelateerde informatieverschaffing.

Alle andere indicatoren voor ongunstige effecten worden beoordeeld met behulp van gegevens van externe aanbieders over controverses, om beleggingen uit te sluiten waarvan BlackRock heeft vastgesteld dat ze schadelijk zijn voor bepaalde duurzaamheidsindicatoren, behoudens enkele uitzonderingen, bijvoorbeeld wanneer wordt vastgesteld dat de gegevens onnauwkeurig of niet up-to-date zijn.

Waar geen gegevens beschikbaar zijn, of als deze aanzienlijke lacunes vertonen, zal een fundamentele analyse worden uitgevoerd waarbij al het redelijke wordt gedaan om effecten te identificeren die volgens BlackRock schadelijk zijn voor de duurzaamheidsindicatoren.

(iii) Voldoen aan minimumwaarborgen
Duurzame Beleggingen worden onderzocht op basis van gegevens van externe gegevensaanbieders om overeenstemming te garanderen met de internationaal geaccepteerde normen die voortvloeien uit OESO-richtlijnen voor multinationale ondernemingen en de leidende beginselen van de VN inzake bedrijfsleven en mensenrechten, met inbegrip van de principes en rechten die worden beschreven in de acht fundamentele verdragen die in de verklaring van de Internationale Arbeidsorganisatie (IAO) betreffende de fundamentele principes en rechten op het werk worden genoemd en in het Internationaal Statuut van de Rechten van de Mens. Emittenten die geacht worden inbreuk op deze normen te hebben gepleegd, worden niet als Duurzame Beleggingen beschouwd.

(iv) Goed bestuur
Met betrekking tot de beoordeling van goed bestuur gebruikt BlackRock gegevens van externe aanbieders van ESG-onderzoek om in kaart te brengen van welke emittenten de bestuurspraktijken nog niet toereikend zijn. Dit gebeurt aan de hand van key performance indicators (KPI's) die verband houden met de hierboven beschreven criteria. Mocht er geconstateerd worden dat een bepaalde emittent mogelijk met problemen op het gebied van ondernemingsbestuur kampt, gaat de Beleggingsadviseur/Beleggingsbeheerder zorgvuldig na of hij of zij zich in deze externe beoordeling kan vinden en controleert de Beleggingsadviseur/Beleggingsbeheerder op basis van een rechtstreekse dialoog met de emittent of de emittent maatregelen heeft getroffen om de problemen te verhelpen of dat binnen een redelijke termijn gaat doen. Daarnaast kan de Beleggingsadviseur/Beleggingsbeheerder besluiten de blootstelling aan dergelijke emittenten terug te schroeven. De indirecte blootstelling van fondsen aan emittenten met tekortkomingen op het gebied van goed bestuur wordt met interne controles tot een minimum beperkt en wordt ook periodiek gecontroleerd om ervoor te zorgen dat deze indirecte blootstelling minimaal blijft.

Andere methodologieën
Daarnaast worden de volgende methodologieën gebruikt om te meten in welke mate wordt voldaan aan de duurzame beleggingsdoelstelling:

  1. Het Fonds maakt gebruik van de ESG-scoremethodiek van MSCI als maatstaf van de blootstelling van emittenten aan en het beheer van ecologische en sociale risico's en kansen. Meer informatie over de ESG-scoremethodiek van MSCI is te vinden op: https://www.msci.com/our-solutions/esg-investing/esg-ratings
  2. Het Fonds past een verzameling uitsluitingsscreens toe. Nadere informatie over de uitsluitingsscreens vindt u in hoofdstuk C (Ecologische of sociale kenmerken van het Fonds) hierboven.

Het Fonds is op basis van de ecologische en/of sociale kenmerken van zijn strategie aangemerkt als een fonds dat rekening houdt met een reeks van belangrijkste indicatoren voor ongunstige effecten op het klimaat (PAI's) zoals gedefinieerd in de technische reguleringsnormen van de SFDR. In onze precontractuele en periodieke rapportage stellen we vast of en op welke wijze rekening wordt gehouden, geheel of gedeeltelijk, met de PAI's en zetten we uiteen hoe deze kenmerken zijn afgestemd op de PAI's.

h) Databronnen en -verwerking

Databronnen
De Portefeuillebeheerders van BlackRock hebben toegang tot onderzoek, gegevens, tools en analyses om ESG-inzichten in hun beleggingsproces te integreren. Aladdin is het besturingssysteem waarmee de gegevens, de mensen en de technologie die nodig zijn om portefeuilles realtime te beheren, met elkaar in verbinding worden gebracht, en tevens de engine achter de ESG-analyse- en rapportagemogelijkheden van BlackRock. De Portefeuillebeheerders van BlackRock gebruiken Aladdin om beleggingsbeslissingen te nemen, portefeuilles te monitoren en toegang te krijgen tot wezenlijke ESG-inzichten die het beleggingsproces kunnen ondersteunen om de ESG-kenmerken van het Fonds te verwezenlijken.

ESG-datasets zijn afkomstig van externe gegevensaanbieders, waaronder MSCI, Sustainalytics, Refinitiv, S&P en Clarity AI. Deze datasets kunnen de belangrijkste ESG-scores, gegevens over koolstofuitstoot, maatstaven voor bedrijfsbetrokkenheid of controverses bevatten en zijn opgenomen in Aladdin-tools die beschikbaar zijn voor Portefeuillebeheerders en worden gebruikt in de beleggingsstrategieën van BlackRock. Dergelijke tools ondersteunen het volledige beleggingsproces, van onderzoek tot portefeuillesamenstelling, portefeuillemodellering en rapportage.

Genomen maatregelen om de kwaliteit van de data te waarborgen
BlackRock past een uitgebreid due-diligence-proces toe om het aanbod van aanbieders te evalueren aan de hand van zeer gerichte beoordelingen van de methode en de dekking, gebaseerd op de duurzame-beleggingsstrategie (en de ecologische en sociale kenmerken of de duurzaamheidsdoelstelling) van het product. Ons proces omvat zowel kwalitatieve als kwantitatieve analyses om de geschiktheid van gegevensproducten te beoordelen overeenkomstig de toepasselijke reguleringsnormen.

We beoordelen ESG-aanbieders en -gegevens op vijf kernpunten, die hieronder worden beschreven:

  1. Gegevensverzameling: dit omvat onder andere het beoordelen van de onderliggende gegevensbronnen van de gegevensaanbieders, de technologie die wordt gebruikt om gegevens vast te leggen, het proces om onjuiste informatie te identificeren en het gebruik van machine learning of benaderingen waarbij de gegevens door mensen worden verzameld. We nemen ook geplande verbeteringen in overweging
  2. Gegevensdekking: onze beoordeling richt zich onder andere op de mate waarin een gegevenspakket dekking biedt voor ons belegbare universum van emittenten en activaklassen. Dit houdt onder meer in dat we rekening houden met de manier waarop wordt omgegaan met moedermaatschappijen en hun dochterondernemingen, evenals het gebruik van geschatte of gerapporteerde gegevens
  3. Methodologie: onze beoordeling richt zich onder andere op de gebruikte methodologieën van externe aanbieders, waaronder hun benadering van het verzamelen en berekenen van gegevens, hoe ze deze afstemmen op sector- of reglementaire normen of kaders, materialiteitsdrempels en hun benadering van gegevenslacunes.
  4. Gegevensverificatie: onze beoordeling richt zich onder andere op de manier waarop externe aanbieders de verzamelde gegevens verifiëren en hun processen van kwaliteitsborging, waaronder hun engagement bij emittenten
  5. Activiteiten: we beoordelen verschillende aspecten van de activiteiten van gegevensaanbieders, waaronder hun beleid en procedures (waaronder het in overweging nemen van belangenconflicten), de omvang en ervaring van hun gegevensonderzoeksteams, hun trainingsprogramma's en hun gebruik van externe dienstverleners

Daarnaast neemt BlackRock actief deel aan relevante overlegstructuren met leveranciers over voorgestelde wijzigingen in de methodologie die betrekking hebben op datasets van externe aanbieders of indexmethodologieën, en geeft het onderbouwde feedback en aanbevelingen aan de technische teams van gegevensaanbieders. BlackRock onderhoudt vaak een permanente dialoog met aanbieders van ESG-gegevens, waaronder aanbieders van indexen, om op de hoogte te blijven van ontwikkelingen in de sector.

De wijze waarop de data worden verwerkt
De interne processen van BlackRock zijn gericht op het leveren van gestandaardiseerde consistente gegevens van hoge kwaliteit voor gebruik door beleggingsprofessionals en voor transparantie- en rapportagedoeleinden. De gegevens, inclusief ESG-gegevens, worden ontvangen via onze bestaande interfaces, waarna ze aan een reeks kwaliteits- en volledigheidscontroles worden onderworpen om ervoor te zorgen dat de gegevens die gebruikt worden in BlackRock-systemen en -applicaties, zoals Aladdin, van goede kwaliteit zijn. De geïntegreerde technologie van BlackRock stelt ons in staat om gegevens over emittenten en beleggingen te verzamelen op basis van diverse ecologische, sociale en governancemaatstaven en diverse gegevensaanbieders, en deze ter beschikking te stellen van beleggingsteams en andere ondersteunende en controlefuncties, zoals risicobeheer.

Gebruik van geschatte data
BlackRock streeft ernaar zoveel mogelijk gerapporteerde gegevens van bedrijven via externe gegevensleveranciers te verkrijgen. De sectorstandaarden voor informatieverschaffing zijn echter nog in ontwikkeling, met name met betrekking tot voorspellende indicatoren. Daarom vertrouwen we in bepaalde gevallen op schattingen of indirecte metingen van gegevensleveranciers om ons brede belegbare universum van emittenten te dekken. Gezien de huidige uitdagingen op datagebied baseert BlackRock zich op een aanzienlijke hoeveelheid geschatte gegevens over het belegbare universum, waarbij het aandeel van de geschatte gegevens per dataset kan variëren. We streven ernaar dat het gebruik van schattingen voldoet aan de richtlijnen en dat we over de nodige documentatie beschikken en transparant kunnen zijn over de door gegevensaanbieders gehanteerde methoden. BlackRock erkent dat de datakwaliteit en -dekking moeten worden verbeterd en blijft werken aan de ontwikkeling van de datasets waar onze beleggingsprofessionals en andere teams gebruik van maken. Indien vereist krachtens de lokale regelgeving van een land, worden expliciete gegevensdekkingsniveaus voor de fondsen vermeld.

i) Methodologische en databeperkingen

Methodologische beperkingen
Duurzaam beleggen is iets dat voortdurend in ontwikkeling is, zowel wat betreft de inzichten binnen de sector als het regelgevende kader op regionaal en mondiaal niveau. BlackRock blijft de ontwikkelingen in de doorlopende implementatie door de EU van haar kader voor duurzaam beleggen monitoren en streeft ernaar haar beleggingsmethodologieën aan te passen aan veranderingen in de regelgeving. Als gevolg hiervan kan BlackRock op elk moment deze informatie en de gebruikte methodologieën en databronnen bijwerken naarmate de marktpraktijken veranderen of er nieuwe richtlijnen beschikbaar worden.

De Duurzameontwikkelingsdoelstellingen en subdoelstellingen van de VN worden door BlackRock gebruikt als een lijst van ecologische en/of sociale doelstellingen. Elke beoordeling zal worden uitgevoerd in strikte overeenstemming met de methodologie uiteengezet in het Prospectus. Aannames in verband met het conventionele gebruik van de SDG's worden niet beschouwd als onderdeel van de beoordeling, waaronder toepasselijke geografische beperkingen en verplichtingen waarvoor beperkingen kunnen gelden qua tijd of bereik, zoals doelstellingen die mogelijk alleen van toepassing zijn op overheden.

Beperkingen met betrekking tot de databronnen worden hieronder vermeld.

Databeperkingen
ESG-datasets veranderen en worden steeds beter naarmate de standaarden voor informatieverschaffing, de regelgevende kaders en de praktijken in de sector evolueren. BlackRock blijft samenwerken met uiteenlopende marktdeelnemers om de gegevenskwaliteit te verbeteren.
Hoewel elke ESG-maatstaf zijn eigen beperkingen kan hebben, hebben databeperkingen in grote lijnen betrekking op:

  • Een beperkte beschikbaarheid van bepaalde ESG-maatstaven vanwege verschillen in standaarden voor rapportage en informatieverschaffing die gevolgen hebben voor emittenten, regio's of sectoren
  • Nieuwe wettelijke rapportagestandaarden voor bedrijven met betrekking tot duurzaamheid die leiden tot verschillen in de mate waarin bedrijven in staat zijn hun rapportage in lijn te brengen met reglementaire criteria, waardoor sommige maatstaven een laag dekkingsniveau kunnen hebben
  • Inconsistentie in het gebruik en het aandeel van gerapporteerde versus geschatte ESG-gegevens bij verschillende gegevensaanbieders, gemeten over verschillende tijdsperioden, wat ten koste gaat van de vergelijkbaarheid.
  • Geschatte gegevens kunnen per definitie afwijken van de werkelijke cijfers als gevolg van de aannames of hypothesen van gegevensaanbieders.
  • Verschillen in standpunten of beoordelingen van emittenten als gevolg van verschillende methodologieën van aanbieders of het gebruik van subjectieve criteria • De meeste ESG-rapportages en -informatieverschaffing van bedrijven vinden een keer per jaar plaats en het kost veel tijd om deze gegevens te produceren, wat betekent dat ze met vertraging worden geproduceerd vergeleken met financiële gegevens. Er kan ook sprake zijn van een inconsistente verversingsfrequentie van de gegevens bij verschillende gegevensaanbieders die dergelijke gegevens in hun datasets opnemen.
  • De dekking en toepasbaarheid van gegevens over activaklassen en indicatoren kunnen variëren
  • Gegevens die betrekking hebben op de toekomst, zoals klimaatgerelateerde doelstellingen, kunnen aanzienlijk verschillen van historische en actuele maatstaven.

Zie het jaarverslag van het Fonds voor meer informatie over de berekeningswijze van maatstaven die worden weergegeven met duurzaamheidsindicatoren.

Duurzame Beleggingen en ecologische en sociale criteria
Duurzaam beleggen en het inzicht in duurzaamheid evolueert mee met de data-omgeving. De spelers uit de sector staan voor de uitdaging om één enkele maatstaf of een reeks gestandaardiseerde maatstaven te identificeren waarmee een volledig beeld kan worden verkregen van een bedrijf of een belegging. BlackRock heeft daarom een kader opgesteld om duurzame beleggingen te identificeren, rekening houdend met de reglementaire vereisten.

BlackRock maakt gebruik van methodologieën en gegevens van externe aanbieders om te beoordelen of beleggingen ernstige afbreuk doen en of bedrijven praktijken op het gebied van goed bestuur hanteren. In sommige omstandigheden zijn gegevens niet beschikbaar, onvolledig of onnauwkeurig, in welk geval mogelijk een fundamentele beoordeling wordt uitgevoerd, waarbij een evenredige benadering wordt gevolgd en een redelijke inspanning wordt geleverd om problemen te identificeren die waarschijnlijk een aanzienlijke impact zullen hebben. Ondanks redelijke inspanningen om de informatie te verkrijgen, is deze niet altijd beschikbaar. In dat geval wordt een subjectieve beoordeling gemaakt op basis van BlackRock's kennis van de betreffende belegging of sector. In bepaalde gevallen kunnen gegevens betrekking hebben op acties die de emittent mogelijk pas achteraf heeft ondernomen, en geven ze niet alle mogelijke gevallen van ernstige afbreuk weer.

j) Due Diligence

BlackRock past een hoge standaard van due diligence toe bij de selectie en doorlopende monitoring van de beleggingen van het Fonds, met als doel te voldoen aan de beleggings-, liquiditeits- en risicorichtsnoeren van het Fonds, evenals aan de duurzaamheidsrisico- en ESG-criteria en algemene prestaties. Als fondsen ecologische of sociale kenmerken promoten, duurzaamheid op bindende wijze in het beleggingsproces integreren of een duurzame beleggingsdoelstelling hebben, zijn de Portefeuillebeheerders in het beleggingsplatform onderworpen aan controles vóór en na handelstransacties. Het Investment Oversight-team voert een due-diligence-onderzoek uit ten aanzien van de portefeuillebeheerders en houdt toezicht op interne beperkingen die kunnen voortkomen uit de vereisten zoals uiteengezet in het prospectus van het fonds. De Portefeuillebeheerders houden zich ook aan het gerelateerde EMEA-beleid, waaronder het due-diligence-beleid voor beleggingen, waaraan duurzaamheidsrisico's zijn toegevoegd. Het Legal and Compliance-team heeft een kader geïmplementeerd om ervoor te zorgen dat alle medewerkers, inclusief de Portefeuillebeheerders, het relevante beleid en de relevante procedures toepassen en naleven.

De Beleggingsadviseur integreert duurzaamheidsrisico's in het due-diligence-proces van het Fonds.

De portefeuillebeheerders van het Fonds zijn primair verantwoordelijk voor het afwegen van duurzaamheidsrisico's. Ze zijn onderworpen aan een toezichtkader dat deel uitmaakt van de risicobeheerfunctie van de Beleggingsadviseur en BlackRock. De RQA-groep voert ook een onafhankelijke beoordeling van duurzaamheidsrisico's uit en het nalevingsteam zorgt voor nader toezicht en controleert de ESG-vereisten en beleggingsbeperkingen van elk fonds. De RQA-groep dient als tweede verdedigingslinie in het risicobeheerkader van BlackRock. De groep is verantwoordelijk voor het risicobeheerkader van BlackRock voor beleggingen en bedrijven, waarmee toezicht wordt gehouden op duurzaamheidsgerelateerde beleggingsrisico's. Het RQA Investment Risk-team voert regelmatig controles uit in samenwerking met de portefeuillebeheerders om ervoor te zorgen dat de beleggingsteams op de hoogte worden gebracht van relevante duurzaamheidsrisico's, als aanvulling op de eerstelijnsmonitoring en het toezicht op duurzaamheidsoverwegingen op ons beleggingsplatform. De RQA-groep heeft ook een speciaal Sustainability Risk-team dat samenwerkt met risicobeheerders en bedrijven om deze constructieve engagement te versterken. De RQA-groep werkt samen met werkgroepen binnen het beleggingsplatform en met het Aladdin Sustainability Lab om de duurzaamheidstoolkit van het bedrijf te verbeteren door bedrijfsbrede gegevens, modellen, methodologieën en analyses te raadplegen. Daarnaast stelt BlackRock gegevens met betrekking tot de belangrijkste ongunstige effecten beschikbaar voor alle portefeuillebeheerders en zorgt BlackRock ervoor dat in het due-diligence-proces voor beleggingen rekening wordt gehouden met de belangrijkste ongunstige effecten van beleggingsbeslissingen op duurzaamheidsfactoren. Meer informatie is te vinden in 'hoofdstuk D – Beleggingsstrategie' hierboven.

k) Engagementbeleid

Het Fonds
Het Fonds maakt geen gebruik van engagement om zijn bindende verplichtingen op het gebied van ecologische of sociale kenmerken of duurzame beleggingsdoelstellingen na te komen. Engagement met bedrijven waarin we beleggen is een integraal onderdeel van het beleggingsproces dat door het portefeuillebeheerteam wordt uitgevoerd voor fondsen die aandelenstrategieën hanteren. Engagement maakt deel uit van het due-diligence-proces om te beoordelen hoe bedrijven omgaan met ESG-risico's en -kansen en hoe deze de financiële positie van bedrijven beïnvloeden. We gebruiken engagement om punten van zorg te bespreken, inzicht in kansen te verkrijgen en constructieve feedback te delen, vanuit de visie dat wezenlijke ESG-kwesties onlosmakelijk verbonden zijn met de langetermijnstrategie en fundamentele waarde van een bedrijf. De intensiteit en het niveau van het engagement voor onze fondsen variëren afhankelijk van de verbintenissen en doelstellingen van het fonds.

Algemeen
Engagement met bedrijven waarin we het vermogen van onze klanten beleggen, vindt plaats op meerdere niveaus binnen BlackRock. 
In welk geval engagement door een bepaald team van portefeuillebeheerders specifiek wordt geïdentificeerd als een van de middelen waarmee ze streven naar betrokkenheid bij ecologische, sociale en governance-kwesties binnen de context van de SFDR, de methoden waarmee de doeltreffendheid van een dergelijk engagementbeleid en de manieren waarop een dergelijk engagementbeleid kan worden aangepast als dit niet het gewenste effect bereikt (meestal uitgedrukt als een vermindering van de gespecificeerde belangrijkste ongunstige indicatoren), worden beschreven in het prospectus en de webpagina's van dit fonds. 

Wanneer een beleggingsteam ervoor kiest om engagement te gebruiken, kan dit verschillende vormen aannemen, maar in essentie zal het team van portefeuillebeheerders streven naar een regelmatige en doorlopende dialoog met leidinggevenden of bestuursleden van de betrokken bedrijven waarin wordt belegd om goed bestuur en duurzame zakelijke praktijken te bevorderen, gericht op de geïdentificeerde ESG-kenmerken en belangrijkste ongunstige indicatoren, en om inzicht te krijgen in de doeltreffendheid van zowel het management van het bedrijf als het toezicht op de activiteiten die zijn ontwikkeld om de geïdentificeerde ESG-kwesties aan te pakken. Engagement stelt het team van portefeuillebeheerders ook in staat feedback te geven over de praktijken en informatieverschaffing van bedrijven.

Wanneer een relevant team van portefeuillebeheerders zich zorgen maakt over de manier waarop een bedrijf de geïdentificeerde ESG-kenmerken en/of belangrijkste ongunstige indicatoren benadert, kunnen ze ervoor kiezen om hun verwachtingen kenbaar te maken aan de raad van bestuur of het management van het bedrijf en kunnen ze door te stemmen op algemene vergaderingen aangeven dat bepaalde problemen niet zijn opgelost, in het algemeen door tegen de herverkiezing van bestuurders te stemmen die volgens hen verantwoordelijk zijn voor verbeteringen in de geïdentificeerde ESG-kenmerken of belangrijkste ongunstige indicatoren.

Los van de activiteiten van de afzonderlijke teams van portefeuillebeheerders heeft BlackRock, op het hoogste niveau en als onderdeel van zijn fiduciaire benadering, bepaald dat het op lange termijn in het belang van zijn klanten is om als een geïnformeerde, betrokken aandeelhouder goed bestuur te bevorderen. Bij BlackRock is dit de verantwoordelijkheid van het BlackRock Investment Stewardship-team. Hoofdzakelijk dankzij het werk van het BIS-team voldoet BlackRock aan de vereisten van de herziene aandeelhoudersrichtlijn ("SRD II") met betrekking tot engagement met beursgenoteerde bedrijven en andere partijen in het beleggingsecosysteem.  Een exemplaar van het SRD II-engagementbeleid van BlackRock is te vinden op https://www.blackrock.com/corporate/literature/publication/blk-shareholder-rights-directiveii-engagement-policy-2022.pdf.

De benadering van stewardship van BlackRock wordt uiteengezet in de Algemene Principes van BIS en de stemrichtlijnen op marktniveau. In de Algemene Principes van BIS wordt onze filosofie ten aanzien van stewardship uiteengezet, evenals onze visie op corporate governance en duurzame bedrijfspraktijken die de waardecreatie van bedrijven op lange termijn bevorderen. We erkennen dat de geaccepteerde standaarden en normen op het gebied van corporate governance per markt verschillen; we zijn echter van mening dat bepaalde fundamentele elementen van governance-praktijken wereldwijd inherent zijn aan het vermogen van een bedrijf om op lange termijn waarde te creëren. In onze marktspecifieke stemrichtlijnen wordt nader omschreven hoe het BIS-team de Algemene Principes implementeert – rekening houdend met lokale marktstandaarden en -normen – en hoe we stembeslissingen nemen met betrekking tot specifieke onderwerpen op aandeelhoudersvergaderingen.  De algemene benadering van stewardship en engagement van BlackRock is te vinden op: https://www.blackrock.com/uk/professionals/solutions/shareholder-rights-directive en https://www.blackrock.com/corporate/about-us/investment-stewardship.

Bij het uitvoeren van zijn engagementactiviteiten kan het BIS-team zich richten op bepaalde ESG-thema's, die worden beschreven in de stemprioriteiten van BlackRock: https://www.blackrock.com/corporate/literature/publication/blk-stewardship-priorities-final.pdf.

l) Behalen van duurzame beleggingsdoelstelling

Er is geen specifieke index aangewezen als referentiebenchmark om te bepalen of dit financiële product is afgestemd op de duurzame beleggingsdoelstelling die het promoot. We willen erop wijzen dat de MSCI AII Countries World worden gebruikt als maatstaf van bepaalde ESG-kenmerken die het Fonds promoot.

Sustainable Equity Fund (Triodos)

Dit fonds is bij Triodos gekend als Global Equities Impact Fund.

a) Samenvatting

U vindt de samenvatting hier

b) Geen ernstige afbreuk doen aan de duurzame beleggingsdoelstelling

Om alleen die beleggingen te selecteren die geen significante schade toebrengen aan een milieu- of sociale duurzame beleggingsdoelstelling, wordt elke (nieuwe) belegging beoordeeld op zijn overeenstemming met de minimumnormen. Als blijkt dat een uitgevende instelling aanzienlijke schade toebrengt aan een van deze normen, wordt deze uitgesloten van belegging. Alle toepasselijke belangrijkste negatieve-impactindicatoren (PAIs) op duurzaamheidsfactoren worden in het beleggingsproces in aanmerking genomen. De Minimum-normen, die zijn afgestemd op de OESO-richtlijnen voor multinationale ondernemingen en de UN Guiding Principles on Business and Human Rights, bevatten ook de minimumnormen voor werknemersrelaties, beloning, belastingen en andere corporate governance-onderwerpen waaraan deelnemingen moeten voldoen om in aanmerking te komen voor investeringen.

Belangrijkste indicatoren voor negatieve effecten
Wat Triodos als significante milieu- en sociale schade beschouwt, wordt beschreven in de Minimum Standards. Voor elke (nieuwe) investering wordt de afstemming op de Minimum Standards beoordeeld. Indien blijkt dat een emittent aanzienlijke schade berokkent met betrekking tot  een van deze instellingen, is zij uitgesloten van belegging.
De PAIs worden in aanmerking genomen in de tweede fase van het beleggingsproces (negatieve impact, bestaande uit drie stappen), zowel als onderdeel van de initiële screening als de continue monitoring van investeringen:

1)    Negatieve screening: Elke (potentiële) deelneming wordt gescreend op betrokkenheid bij controversiële bedrijfsactiviteiten. Indien een deelneming de onderstaande drempel overschrijdt, wordt "hoge bezorgdheid" geconcludeerd en wordt de deelneming uitgesloten van investeringen.
 

Triodos controversiële activiteit SFDR PAI Drempel
Controversiële wapens 14 (Blootstelling aan controversiële wapens) elke betrokkenheid
Fossiele brandstoffen 4 (Blootstelling aan bedrijven actief in de sector van fossiele brandstoffen) GICS Energiesector classificatie (bv. bedrijven actief in de sector van fossiele brandstoffen)
Gevaarlijke stoffen E9 (investeringen in bedrijven die chemicaliën produceren) Pesticiden – productie, verdeling (>5% inkomsten); Persistente organische verontreinigende stoffen – productie, gebruik (>0% inkomsten)

2) Controverses: Elke (potentiële) deelneming wordt beoordeeld op schendingen van het UN Global Compact en de OESO-richtlijnen voor multinationale ondernemingen op een case-by-case basis, rekening houdend met schendingen in de afgelopen drie jaar. Per geval wordt de verificatie van informatie, ernst en bedrijfsrespons geacht te worden geconcludeerd als een zaak laag, gemiddeld of hoog zorgwekkend is.
In het geval dat een bedrijf betrokken is bij ernstige en/of frequente schendingen zonder geloofwaardige herstelmaatregelen te nemen, wordt "hoge bezorgdheid" geconcludeerd en wordt de deelneming uitgesloten van investeringen.
 

Triodos beoordeling SFDR PAI Drempel
Controverses •    10 (schending van UN Global Compact principes and OECD Richtlijnen)
•    11 ( Gebrek aan processen en mechanismen om toe te zien op de naleving van de UN Global Compact-beginselen en de OESO-richtlijnen)
•    S7 (incidenten mbt discriminatie)
•    S14 (aantal ernstige mensenrechtenissues en incidenten)
•    S16 (gevallen van onvoldoende acties met inbreuken tegen anti-corruptie)
•    S17 (veroordelingen en boetes ihkv anti-corruptie)
Significante schending van UN Global Compact of OESO-richtlijnen in de afgelopen 3 jaar

3) ESG-beoordeling: Door de eigen materialiteitskaart van Triodos  IM te combineren, waarbij materiële ESG-kwesties per sector worden belicht, met inzicht in de werkelijke activiteiten van het bedrijf, is het risico dat een deelneming negatieve gevolgen heeft voor deze ESG-kwesties een probleem. Op basis van de risicoclassificatie (laag, gemiddeld of hoog risico) moet het bedrijf aanvullende eisen stellen, zoals het hebben van duurzaamheidsprogramma's, rapportage, certificaties, beleid of praktijken. In het geval dat een bedrijf niet aan deze verplichtingen voldoet, maar zich in een overgangsfase bevindt, wordt het gemarkeerd voor betrokkenheid. De PAI-indicatoren worden op absolute basis, in de loop van de tijd en vergeleken met vijf peers (indien relevant). Rekening houdend met al het bovenstaande, worden de praktijken van een bedrijf beoordeeld als laag, medium of hoog zorgwekkend. Indien "hoge bezorgdheid" wordt geconcludeerd, wordt de deelneming uitgesloten van de deelneming.

Triodos ESG Issue

  • Milieu – Klimaatverandering – SFDR PAI
    • 1 (Broeikasgasemissies)
    • 2 (koolstofvoetafdruk)
    • 3 (broeikasgasintensiteit)
    • 5 (aandeel niet-hernieuwbare energie consumptie en productie)
    • 6 (energieconsumptie intensiteit)
    • E4 (bedrijven zonder initiatieven voor koolstof reductie)
    • E5 (energieconsumptie per niet-hernieuwbare energiebron)

Drempel: Hoog risico voor klimaatverandering zonder rapportage van broeikasgasemissies en op Parijs afgestemde reductiedoelstellingen; aanzienlijke controverses

  • Milieu – water – SFDR PAI
    • E6 (watergebruik en recyclage)
    • E7 (investeringen in bedrijvenzonder waterbeheerbeleid)
    • E8 (Blootstelling aan gebieden met hoge waterstress)

Drempel: Hoog risico voor de waterstand zonder activiteiten om het zoetwatergebruik te verminderen; aanzienlijke controverses

  • Milieu – afval – SFDR PAI
    • E13 (Verhouding niet-gerycleerd afval)

Drempel: aanzienlijke controverses

  • Milieu – vervuiling – SFDR PAI
    • 8 (emissies naar water)
    • 9 (verhouding gevaarlijk en radioactief afval)
    • E2 (emissies van luchtvervuilers)

Drempel: aanzienlijke controverses

  • Milieu – ecosystemen – SFDR PAI
    • 7 (activiteiten met negatieve impact op biodiversiteit)
    • E11 (bedrijven zonder duurzame grond/landbouwpraktijk)
    • E12 (bedrijven zonder duurzame oceanen/zeeën praktijk)
    • E15 (ontbossing)

Drempel: Hoog risico voor biodiversiteit, ontbossing, katoen, soya, palmolie of visserij zonder relevantie policies, programma’s en maatregelen die duurzame activiteiten promoten; aanzienlijke controverses

  • Sociaal - mensenrechten & gemeenschap – SFDR PAI
    • S9 (gebrek aan mensenrechtenbeleid)
    • S10 (gebrek aan gepaste zorgvuldigheid op het gebied van mensenrechten)

Drempel: Hoog risico voor mensenrechten of conflict zonder relevant beleid en praktijken; aanzienlijke controverses

  • Sociaal – arbeidspraktijken – SFDR PAI
    • S1 ( Bedrijven zonder beleid ter voorkoming van arbeidsongevallen)
    • S2 (Aantal ongevallen)
    • S3 ( Aantal verloren dagen door verwondingen, ongevallen, dodelijke slachtoffers of ziekte )
    • S4 (gebrek aan gedragscode voor leveranciers )
    • 12 ( Niet-gecorrigeerde loonkloof tussen mannen en vrouwen )
    • S5 ( gebrek aan klachten/klachtenmechanisme voor werknemerszaken )
    • S12 ( Bedrijven en leveranciers met een aanzienlijk risico op kinderarbeid )
    • S13 (activiteiten en leveranciers met significante risico op dwangarbeid )

Drempel: Hoog risico voor arbeidsrechten zonder relevant beleid, doelstellingen en monitoring; aanzienlijke controverses

  • Sociaal – beheer van de toeleveringsketen – SFDR PAI
    • S12 ( Bedrijven en leveranciers met een aanzienlijk risico op kinderarbeid )
    • S13 (activiteiten en leveranciers met significante risico op dwangarbeid )

Drempel: Hoog risico voor arbeidsrechten in de toeleveringsketen zonder relevant beleid, doelstellingen en monitoring; aanzienlijke controverses

  • Governance - Corporate governance – SFDR PAI
    • 13 (Genderdiversiteit in het bestuur)
    • S8 (Buitensporige beloningsverhouding van ceo's)

Drempel: CEO-beloningsverhouding van meer dan 100: 1 en voor grootte gecorrigeerde absolute CEO-beloning van meer dan € 2,5 miljoen in de afgelopen 5 jaar; aanzienlijke controverses

  • Governance – Business ethics – SFDR PAI
    • S15 (Gebrek aan anti-corruptie- en anti-omkopingsbeleid)
    • S6 (onvoldoende bescherming van klokkenluiders)

Drempel: Aanzienlijke controverses

De PAI-beoordeling is gebaseerd op gegevens die zijn verstrekt door externe partijen (externe ESG-gegevensleverancier, openbare informatie en/of onderneming waarin is belegd).

Afstemming op de OESO-richtlijnen voor multinationale ondernemingen en de VN-richtsnoeren inzake bedrijfsleven en mensenrechten
Voorafgaand aan de selectie voor de investering en voor de gehele looptijd van de investering, worden (potentiële) deelnemingen gescreend op naleving van de Minimum Standards. De Minimum Standards zijn afgestemd op de OESO Richtsnoeren voor multinationale ondernemingen en de vn-richtsnoeren inzake bedrijfsleven en mensenrechten, met inbegrip van de beginselen en rechten die zijn vastgelegd in de acht fundamentele verdragen die zijn vastgelegd in de Verklaring van de Internationale Arbeidsorganisatie inzake de fundamentele beginselen en rechten op het werk en het Internationale Verdrag van de Rechten van de Mens.

De afstemming op de Minimum Standards wordt beoordeeld in de tweede fase van het beleggingsproces door middel van de controle op controverses en de ESG-beoordeling, op basis van gegevens uit externe bronnen en aanvullende interne deskresearch (zie hierboven het antwoord op de vraag 'Hoe is rekening gehouden met de indicatoren voor negatieve effecten op duurzaamheidsfactoren?'). In geval van significante schendingen van de OESO-richtlijnen voor multinationale ondernemingen en de VN-richtsnoeren inzake bedrijfsleven en mensenrechten (d.w.z. ernstige gevolgen, herhaling van incidenten, gebrek aan risicobeheer en ontoereikende herstelmaatregelen), is de deelneming uitgesloten van investering.

c) Duurzame beleggingsdoelstelling van het financiële product

De duurzame beleggingsdoelstellingen van het fonds zijn:

  • geld laten werken voor ecologische en sociale verandering
  • bijdragen aan de overgang naar een economie binnen planetaire grenzen
  • bijdragen aan de overgang naar een economie waarin alle mensen kunnen genieten van een welvarend leven.

Om deze drie doelstellingen te realiseren belegt het fonds in beursgenoteerde aandelen die actief bijdragen aan ten minste één Triodos transitiethema.

De (milieu)doelstelling om bij te dragen aan de transitie naar een economie binnen planetaire grenzen komt aan bod in de volgende transitiethema's:

  • Duurzaam voedsel en landbouw (voed de wereld duurzaam)
  • Duurzame mobiliteit en infrastructuur (mobiel zijn, wonen en werken op een duurzame manier)
  • Hernieuwbare hulpbronnen (beperk het gebruik van eindige hulpbronnen)
  • Circulaire Economie (zo efficiënt en lang mogelijk gebruik maken van hulpbronnen)
  • Innovatie voor Duurzaamheid (innoveren voor een duurzame toekomst)

De (maatschappelijke) doelstelling om bij te dragen aan de transitie naar een economie waar alle mensen kunnen genieten van een welvarend leven komt aan bod in de volgende transitiethema's:

  • Duurzaam voedsel en landbouw (voed de wereld duurzaam)
  • Welvarende en gezonde mensen (gezond en gelukkig worden en blijven)
  • Sociale inclusie en empowerment (creëer een samenleving waarin alle mensen volledig kunnen deelnemen)
  • Innovatie voor Duurzaamheid (innoveren voor een duurzame toekomst)

Door middel van investeringen die bijdragen aan de transitiethema's Duurzame Mobiliteit en Infrastructuur, Hernieuwbare Hulpbronnen en Innovatie voor Duurzaamheid draagt het fonds bij aan de volgende milieudoelstellingen zoals uiteengezet in artikel 9 van de EU Taxonomie:

  • Mitigatie van klimaatverandering
  • Aanpassing aan de klimaatverandering

Er is geen referentiebenchmark aangewezen om de doelstellingen voor duurzaam beleggen te bereiken.

d) Beleggingsstrategie

De beheermaatschappij heeft vier fasen in het beleggingsproces gedefinieerd om de duurzame doelstellingen van het fonds te bereiken. Elke potentiële investering die de eerste drie fasen heeft doorlopen, is opgenomen in het beleggingsuniversum van Triodos.  Dit universum is de basis van waaruit beleggingen moeten worden gedaan; het fonds mag niet buiten het Triodos beleggingsuniversum beleggen.

De bottom-up benadering die wordt gebruikt om het Beleggingsuniversum van Triodos op te bouwen, leidt tot een vermindering van gemiddeld 60 tot 90% van het benchmarkuniversum.

  • Bijdrage aan transities (positieve screening): Elke (potentiële) investering wordt diepgaand beoordeeld op haar thematische fit met de Triodos transitiethema's, waarvoor impactdoelstellingen zijn gedefinieerd. Impactindicatoren op basis van inkomstenbronnen worden gebruikt om de bijdrage van bedrijven aan de impactdoelstellingen per transitiethema te volgen. De analyse wordt verder onderbouwd door het productaanbod en de relevante impactindicatoren van bedrijven te onderzoeken, evenals ander kwalitatief bewijs van duurzame praktijken zoals vermeld in het beleid en de actieve programma's van bedrijven. Elke (potentiële) belegging moet actief bijdragen aan ten minste één Triodos transitiethema om in aanmerking te komen voor het Triodos beleggingsuniversum.
  • Negatieve impact: om elke significante negatieve impact weg te nemen, ondergaat elke (potentiële) belegging een uitsluitingsscreening bestaande uit drie stappen: negatieve screening, controle op controverses en ESG-beoordeling (zie hierboven het antwoord op de vraag 'Hoe is rekening gehouden met de indicatoren voor negatieve effecten op duurzaamheidsfactoren?'). Elke (potentiële) investering wordt beoordeeld op zijn afstemming op de Minimum Standards. In deze fase wordt rekening gehouden met alle PAIs en criteria voor goed bestuur. Elke (potentiële) belegging moet voldoen aan de Minimum Standards om in aanmerking te komen voor het beleggingsuniversum van Triodos.
  • Geïntegreerde analyse: Uit de eerdere beoordeling van de negatieve impact op duurzaamheid selecteert de beheermaatschappij de ESG-factoren die naar verwachting een materiële financiële impact op de belegging zullen hebben. Het onderzoeksteam bekijkt de uitkomsten van alle drie de fasen en analyseert de beleggingsimpact, het risico en het rendement, wat vervolgens leidt tot de investeringsbeslissing. Voor aandelenbeleggingen wordt de financiële impact gekwantificeerd. 
  • Versnel transities (rentmeesterschap): Het managementbedrijf streeft ernaar transities te versnellen en te sturen door middel van thought leadership, stakeholderdialogen, betrokkenheid en belangenbehartiging. Als zodanig houdt de managementmaatschappij zich vaak bezig met milieu- en sociale onderwerpen die relevant zijn voor de individuele bedrijfsmodellen van elk bedrijf, evenals met algemene corporate governance-kwesties.

Het fonds (via de beheermaatschappij) neemt zijn verantwoordelijkheid als aandeelhouder ernstig, in de overtuiging dat het door het uitoefenen van zijn stemrechten een positieve invloed kan uitoefenen op de langetermijnstrategie van een onderneming . Daarom stemt het fonds, waar mogelijk, bij volmacht op aandeelhoudersvergaderingen van de bedrijven waarin het investeert. Aandeelhoudersvergaderingen worden ook bijgewoond om het bestuur of management van het bedrijf te ondervragen over de duurzaamheidsprestaties.

Eenmaal opgenomen in het beleggingsuniversum van Triodos wordt elke in aanmerking komende belegging continu gemonitord om ervoor te zorgen dat deze nog steeds voldoet aan de beleggingscriteria. Om dit te doen, baseert het managementbedrijf zich op de waarschuwingen die het krijgt van externe partijen die een nieuwe ontwikkeling of controverse signaleren, en op zijn eigen onderzoek, waaronder nieuwsfeeds en expertise van analistensectoren.

Wanneer de beheermaatschappij vaststelt dat een (in aanmerking komende) belegging niet meer voldoet aan de beleggingscriteria, of dreigt niet meer aan de criteria te voldoen, beoordeelt zij of een dialoog met de emittent vruchtbaar kan zijn. Als vanwege de aard van de schending van de beleggingscriteria de dialoog naar verwachting niet zal veranderen of als er een dialoog met de emittent is geweest die niet tot de gewenste verandering heeft geleid, wordt de in aanmerking komende investering uit het beleggingsuniversum van Triodos verwijderd en wordt de belegging binnen een periode van drie maanden na verwijdering uit het Triodos beleggingsuniversum uit alle portefeuilles verwijderd.

Beleid ter beoordeling van de praktijken op het gebied van goed bestuur van ondernemingen waarin is belegd
De minimumnormen worden gebruikt om de praktijken van goed bestuur van ondernemingen waarin is belegd, te beoordelen. Dit beleid beschrijft onze Minimum Standards voor werknemersrelaties, beloning, belastingen en andere corporate governance-onderwerpen. Daarnaast beschrijft het Triodos-standpunt inzake belastingen de vijf principes om goed bestuur vast te stellen in relatie tot belasting. De  Minimum Standards en het standpunt over belastingen worden toegepast via intern beleid en procedures. Voor beursgenoteerde aandelen worden de Triodos Proxy Voting Guidelines gebruikt om te stemmen over governancepraktijken op aandeelhoudersvergaderingen. Bestaande investeringen worden periodiek geëvalueerd en gemonitord, waaronder de evaluatie en monitoring van goede governancepraktijken.

e) Aandeel beleggingen

Het fonds belegt minstens 90% van het nettovermogen in duurzame beleggingen. De rest van het nettovermogen (maximaal 10%) bestaat uit contanten of kasequivalenten. Het fonds mag niet meer dan 10% van de activa beleggen in andere icbe's of icb's. Minstens 30% van de beleggingen van het fonds bestaat uit duurzame beleggingen die bijdragen aan een milieudoelstelling. Minstens 30% van de beleggingen van het fonds bestaat uit duurzame beleggingen die bijdragen aan een sociale doelstelling.
Het minimumaandeel van duurzame beleggingen met een milieudoelstelling die zijn afgestemd op de EU-taxonomie bedraagt 4%. De transitiethema's van Triodos, die worden gebruikt voor de positieve selectie van beleggingen, omvatten meer ecologisch duurzame economische activiteiten dan de activiteiten die momenteel in de EU-taxonomie zijn opgenomen. Dit percentage neemt waarschijnlijk toe zodra de resterende vier doelstellingen van de Taxonomie worden afgerond en er meer economische activiteiten aan de Taxonomie worden toegevoegd. Het minimumaandeel beleggingen in transitieactiviteiten is 0%, terwijl het minimumaandeel beleggingen in faciliterende activiteiten 0% bedraagt.

f) Monitoring duurzame beleggingsdoelstelling

Triodos IM monitort continu in hoeverre de doelstelling duurzaam beleggen is bereikt. In deze beoordeling is de prestatie van de duurzaamheidsindicatoren op kwantitatieve en kwalitatieve wijze opgenomen. De resultaten van deze beoordeling worden gebruikt als input voor de leer- en aanpassingsfase van de impactmanagementcyclus (deel G).

Bovendien is het investeringsmonitoringproces vertaald in controles op de meest materiële operationele en financiële risico's. Deze interne beheersingsmaatregelen worden beoordeeld als onderdeel van de ISAE 3402-audit, zoals uitgevoerd door een externe accountant.

g) Methodologieën

Triodos IM investeert om naast een gezond financieel rendement ook sociale en milieu-impact tegenereren. Triodos IM gebruikt de Triodos Impact Management Cycle als overkoepelend instrument om deimpact ervan te beperken. Impactmanagement gaat over het actief sturen van de middelen om positieve impact te optimaliseren en negatieve impact te minimaliseren.

De impactstrategie van het fonds wordt bepaald, rekening houdend met factoren zoals het risico/rendementsprofiel, de activaklasse, de beschikbaarheid van beleggingsmogelijkheden en de regionale focus. Het fonds bepaalt deze impactstrategie, vanuit de visie. Daartoe ontwikkelt Triodos IM een Theory of Change als onderdeel van de strategiefase van haar Impact Management Cycle. De Theory of Change dient als basis om impactdoelstellingen en duurzaamheidsindicatoren vast te stellen. In de monitoringfase meet Triodos IM de impact van haar beleggingsactiviteiten. In de daaropvolgende leer- en aanpassingsfase controleert Triodos IM of de resultaten voldoen aan de doelstellingen en verwachtingen en zo niet, waarom niet, en Triodos IM definieert welke acties moeten worden ondernomen (d.w.z. beslissingen over kapitaalallocatie, betrokkenheid of thought leadership) om haar bijdrage aan impact te optimaliseren. Leren en aanpassen vindt plaats op vier niveaus: het beleggingsniveau, het fondsniveau, Triodos IM-niveau en in toenemende mate op het niveau van Triodos Groep. Deze cyclus wordt voortdurend herhaald als een manier om de impact van de beleggingen van Triodos IM te sturen/te beheren.

Om de verwezenlijking van zijn duurzame beleggingsdoelstellingen te meten, meet het fonds zijn blootstelling aan de transitiethema's van Triodos als percentage van de portefeuilleposities die bijdragen aan ten minste één transitiethema en als percentage van het beheerd vermogen dat aan elk thema wordt toegewezen.

Elk transitiethema van Triodos is gekoppeld aan een of meer duurzame ontwikkelingsdoelstellingen (SDG's) van de VN:

  • Duurzame voeding en landbouw: SDG 2, 3, 12 en 15
  • Duurzame mobiliteit en infrastructuur: SDG 6, 7, 11 en 13
  • Hernieuwbare bronnen: SDG 6, 7 en 13
  • Circulaire economie: SDG 6, 12 en 15
  • Welvarende en gezonde mensen: SDG 3
  • Innovatie voor duurzaamheid: SDG 3, 7, 12 en 16
  • Sociale inclusie en empowerment: SDG 1, 4, 5 en 10

Daarom rapporteert het fonds ook zijn absolute en relatieve bijdrage aan milieu (SDG's 6, 7, 11, 12, 13 a15) of sociale (SDG's 1, 2, 3, 4, 5, 10 en 16) SDG's op basis van externe gegevens die een uitgebreide evaluatie uitvoeren van bedrijfsproducten en -diensten die van invloed zijn op SDG's.
Tot slot rapporteert het fonds zijn ecologische voetafdruk ten opzichte van zijn benchmark.
 

h) Databronnen en -verwerking

Om zijn duurzame beleggingsdoelstelling te realiseren, belegt het fonds in beursgenoteerde aandelen die actief bijdragen aan ten minste één Triodos transitiethema. Om te bepalen of een (potentiële) investering dit doet, worden verschillende databronnen gebruikt. 

Ten eerste is de onafhankelijke onderzoeksprovider ISS ESG de bron voor de SDG Impact Rating Products and Services-score. Deze scores beoordelen de totale impact van het productportfolio van een bedrijf op het behalen van de SDG's. Scores worden berekend door de (geschatte) netto-omzetaandelen die worden gegenereerd met relevante producten/diensten te vermenigvuldigen met de numerieke scores die eraan zijn toegewezen (-10, -5, 0, 5, 10). Alle scores variëren op een schaal van -10 (d.w.z. 100% van de netto-omzet wordt gegenereerd met producten/diensten die zijn geclassificeerd als producten/diensten met een significant belemmerend effect) tot 10 (d.w.z. 100% van de netto-omzet wordt gegenereerd met producten/diensten die zijn geclassificeerd als producten/diensten die een significant bijdragend effect hebben). De SDG Impact Rating Product and Services scores voor corporate emittenten worden weergegeven als een single source of truth in het interne beleggingsonderzoeksplatform Bipsync via een datafeed. 

Ten tweede raadpleegt een beleggingsanalist voor elke deelneming relevante openbare informatie, zoals het jaarverslag. De openbaarmaking dient als een gegevenskwaliteitscontrole voor inkomsten uit verschillende producten en diensten. De SDG-scores en openbaarmaking worden gebruikt om te bepalen of de vennootschap waarin is belegd substantieel bijdraagt aan een van de zeven Triodos-transitiethema's zoals die ook in de duurzaamheidsdoelstelling zijn vertegenwoordigd. De impactdoelstellingen en criteria van de zeven transitiethema's worden in detail beschreven op de Triodos IM website.

Nadat het thema is gekozen, selecteert de analist het relevante thema en schrijft het impactverhaal in Bipsync, volgens het vierogenprincipe wordt dit geverifieerd door een tweede analist. Dit impactverhaal wordt ter goedkeuring voorgelegd in de investment case meeting met het Research team en fondsbeheerders. De definitieve goedkeuring in het Bipsync-systeem wordt voltooid door het hoofd Onderzoek. De resulterende whitelisting en transition theme fit worden gecommuniceerd naar het Front Office Support team.

Elke participatie in het beleggingsuniversum wordt continu gemonitord met behulp van gegevens van Sustainalytics, ISS ESG, Truvalue Labs, Bloomberg en het bedrijf zelf om een bijdrage te leveren aan ten minste één Triodos-transitiethema. Het Fund Data Reporting-team voert een sanity-controle uit om de kwaliteit en volledigheid van de gegevens te waarborgen voordat externe communicatie plaatsvindt. Wanneer er geen gedetailleerde informatie beschikbaar is, worden ISS ESG of eigen schattingen gebruikt om te bepalen of de belegging substantieel bijdraagt aan een transitiethema. Het aandeel van de data dat wordt geschat wordt niet per belegging bijgehouden, maar voor elke deelneming beschrijft een impactverhaal kwalitatief hoe de afstemming op het transitiethema werd bepaald.

Triodos IM krijgt stemadvies van Glass Lewis, maar past altijd haar eigen stemrichtlijnen en meningen toe op dit advies. In overeenstemming met het interne beleid wordt elke aanbeveling beoordeeld voordat er gestemd wordt. Bedrijven worden altijd proactief geïnformeerd over de stembeslissingen om de bekendheid van triodos' standpunt ten aanzien van hun agendapunten te stimuleren en de stemgegevens worden openbaar gemaakt.
 

i) Methodologische en databeperkingen

De beperking van het gebruik van het percentage van de netto-omzet gegenereerd met relevante producten/diensten om het bereiken van de duurzaamheidsdoelstelling te schatten, is dat de verkoop niet altijd op een hoog detailniveau wordt bekendgemaakt. De percentages kunnen worden gebruikt om de materialiteit van producten/diensten gekoppeld aan een transitiethema te bepalen. Deze analyse gaat vaak gepaard met een meer kwalitatieve beoordeling. Deze beperking wordt aangepakt door voortdurende monitoring van controverses.

j) Due diligence

De due diligence die wordt uitgevoerd op de onderliggende activa bestaat uit een positieve screening, een negatieve effectbeoordeling (bestaande uit drie stappen) en een geïntegreerde analyse. Dit wordt beschreven in deel D 'Beleggingsstrategie'. Er is een Due Diligence-beleid en -proces om ervoor te zorgen dat alle noodzakelijke fasen en stappen van due diligence worden gevolgd voordat de beslissing om te investeren wordt genomen. Bovendien is het due diligence-proces vertaald in controles op de meest materiële operationele en financiële risico's. Deze interne beheersingsmaatregelen worden beoordeeld als onderdeel van de ISAE 3402-audit, zoals uitgevoerd door een externe accountant.

k) Engagementbeleid

Een focus op impact bepaalt welke investeringen het fonds financiert en hoe. Dit omvat de zorgvuldige selectie van deelnemingen, alsmede het proactief ondersteunen of bepleiten van deelnemingen om hun positieve te vergroten en negatieve effecten te verminderen of te vermijden. Soorten betrokkenheid omvatten het opvragen van informatie en openbaarmaking, het onderzoeken van vermeende tekortkomingen van het verantwoordelijke management van een bedrijf, het delen van expertise, het aanmoedigen en volgen van de prestaties van bedrijven in de richting van vooraf gedefinieerde doelen en stemmen (waar mogelijk). Dit wordt gedaan met het doel om waarde op lange termijn te creëren ten behoeve van de samenleving en voor de planeet, terwijl het waardecreatiepotentieel van het bedrijf op lange termijn wordt verbeterd.

Als zodanig houdt Triodos IM zich regelmatig bezig met milieu-, sociale en governanceonderwerpen die relevant zijn voor het bedrijfsmodel, het fonds of de sectorcontext van elke deelneming, alsmede met algemene bedrijfsontwikkelings- en bedrijfsstrategiekwesties. Triodos IM onderneemt de volgende activiteiten in haar actieve beleggingsbenadering, afhankelijk van de activaklasse.

  1. Betrokkenheid van het bedrijf
  2. Actief eigenaarschap
  3. Belangenbehartiging | Het beïnvloeden van beslissingen binnen beleidsbepalende, economische en sociale instellingen.

Engagement procedures
Aangezien de eerste stap in het beleggingsselectieproces een screening op het potentieel van positieve impact is, gevolgd door onze strenge Triodos Minimum Standards-screening, worden significante schadelijke activiteiten vooraf uitgesloten van de portefeuilles. Belangrijke kansen voor verbetering en voor waardecreatie op langere termijn worden geïdentificeerd en vormen de basis voor het opbouwen van vertrouwensrelaties met deelnemingen. De engagementagenda wordt opgesteld door een reeks vertegenwoordigers van de afdeling en goedgekeurd in het Triodos Investment Management Impact Committee. Engagementactiviteiten worden op kwartaalbasis gemonitord in het Impact Financial Risk Committee en jaarlijks gerapporteerd.

Duurzaamheidsgerelateerde controverses 
In het geval van (vermeende) nadelige gevolgen wordt contact opgenomen met het bedrijf om de beschuldigingen of informatie te verduidelijken en te onderzoeken, en om de ernst van het incident en de verantwoordelijkheid en verantwoordingsplicht van het bedrijf te beoordelen. Betrokkenheid bij een controverse met beperkte verantwoordelijkheid van bedrijven zou leiden tot het uiten van bezorgdheid en meer onderzoek naar het onderwerp, terwijl betrokkenheid bij een ernstige controverse die duidelijke tekortkomingen van het bedrijf benadrukt, zou leiden tot een grote bezorgdheid en desinvestering.
 

Pictet Global Environmental Opportunities (Pictet)

a) Samenvatting

Dit fonds Ja Neen
Is compliant met artikel 9 van de SFDR Verordening (1)
  •   
 
Integreert ESG factoren en duurzaamheidsrisico’s
  •  
 
Heeft een duurzame beleggingsdoelstelling 
  •  

 

Promoot milieu of sociale kenmerken
  •  
 
Beoordeelt de goede governancepraktijken van de ondernemingen waarin is belegd
  •  
 
Voert betrokkenheid uit
  •  
 
Voert stemrechten uit (2)
  •  
 
Beschouwt en, waar mogelijk, beperkt de negatieve gevolgen van haar investeringen voor de samenleving en het milieu
  •  
 
Sluit controversiële wapens en thermische steenkoolwinning uit (3/4)
  •  
 
Sluit thermische kolenopwekking, onconventionele olie- en gasexploratie en -productie, conventionele wapens en handvuurwapens, tabaksproductie, productie van entertainment voor volwassenen en gokactiviteiten uit (4)
  •  
 
Sluit conventionele olie- en gasproductie, kernenergie, militaire wapengerelateerde producten en diensten, ontwikkeling / groei van genetisch gemodificeerde organismen, pesticiden uit (4)
  •  

 

Sluit bedrijven uit die de internationale normen ernstig schenden, waaronder de UN Global Compact-beginselen inzake mensenrechten, arbeidsnormen, milieubescherming en corruptiebestrijding
  •  
 
Heeft richtlijnen met betrekking tot ESG-methodologieën, gegevensbronnen en -verwerking en bewaakt de naleving van de bindende elementen van het fonds
  •  
 
Heeft een specifieke ESG-index  
  •  

Bij het besluit om in het bevorderde fonds te beleggen, moet rekening worden gehouden met alle kenmerken of doelstellingen van het gepromote fonds zoals beschreven in het prospectus of in de informatie die aan beleggers moet worden bekendgemaakt.

(1) Verordening (EU) 2019/2088 van het Europees Parlement en de Raad van 27 november 2019
(2) Alleen van toepassing op aandelenbezit
(3) Voor passieve strategieën worden uitsluitingen geïmplementeerd voor zover de portefeuillestructuur, gewichtsafwijkingen, volatiliteit en prestaties niet wezenlijk worden beïnvloed
(4) Voor meer informatie over de inkomstendrempel die wordt toegepast op de uitsluitingen, verwijzen wij u naar het Pictet Asset Management Responsible Investment Policy. Pictet Asset Management behoudt de volledige discretie over de toepassing van uitsluitingscriteria en behoudt zich het recht voor om van geval tot geval af te wijken van informatie van derden.

b) Geen ernstige afbreuk doen aan het behalen van de duurzame beleggingsdoelstelling 

Het fonds houdt rekening met en beperkt waar mogelijk de negatieve effecten van zijn beleggingen op de samenleving en het milieu door een combinatie van beslissingen over portefeuillebeheer, actieve eigendomsactiviteiten en uitsluiting van emittenten in verband met controversiële gedragingen of activiteiten.

Het fonds sluit emittenten uit die onderhevig zijn aan ernstige controverses op gebieden zoals mensenrechten, arbeidsnormen, milieubescherming en corruptiebestrijding.
Het fonds beschouwt een belegging als duurzaam als deze geen significante schade toebrengt aan een E/S-doelstelling, die het beleggingsteam bepaalt door gebruik te maken van een combinatie van kwantitatieve en kwalitatieve beoordelingen op het niveau van de emittent. De beoordelingen zijn gebaseerd op zowel algemene als sectorrelevante indicatoren en omvatten blootstelling aan materiële duurzaamheidsrisico's. Er zijn periodieke evaluaties en risicocontroles om de uitvoering te monitoren.

c) Duurzame beleggingsdoelstelling van het financiële product  

Dit fonds streeft naar een positieve milieu- en/of sociale impact door voornamelijk te beleggen in bedrijven met een lage ecologische voetafdruk die bijdragen aan het oplossen van wereldwijde milieu-uitdagingen door producten en diensten in de milieuwaardeketen aan te bieden. Deze producten en diensten zijn nodig om de overgang naar een koolstofarme economie, een circulaire economiemodel te ondersteunen, vervuiling te monitoren en te voorkomen of bijvoorbeeld schaarse hulpbronnen zoals water te beschermen.

Het fonds belegt voornamelijk in bedrijven waarvan een aanzienlijk deel van hun activiteiten verband houdt met, maar niet beperkt is tot, energie-efficiëntie, hernieuwbare energie, vervuilingsbeheersing, watervoorziening &technologie, afvalbeheer &recycling, duurzame land- en bosbouw, gedematerialiseerde economie en andere relevante economische activiteiten.

Dit wordt bereikt door te beleggen in effecten die economische activiteiten financieren die substantieel bijdragen aan milieu- of sociale doelstellingen, zoals:

Type duurzame beleggingen Objectief

Toegepast door het fonds

Taxonomie-gealigneerd
  • mitigatie van of aanpassing aan de klimaatverandering
  •  
Andere milieu
  • mitigatie van of aanpassing aan de klimaatverandering
  • duurzaam gebruik en bescherming van water en mariene hulpbronnen
  • transitie naar een circulaire economie
  • preventie en bestrijding van verontreiniging, of
  • bescherming en herstel van biodiversiteit en ecosystemen
  •  
Sociaal
  • inclusieve en duurzame gemeenschappen
  • toereikende levensstandaard
  • welzijn voor eindgebruikers, of waardig werk
  •  

Bij gebrek aan een sociale taxonomie van de EU heeft Pictet een eigen kader voor sociale taxonomie ontwikkeld op basis van de doelstellingen die worden voorgesteld in het verslag over sociale taxonomie dat is gepubliceerd door het EU-platform voor duurzame financiering; in aanmerking komende activiteiten worden gedefinieerd als economische activiteiten die maatschappelijk nuttige goederen en diensten leveren die een van de volgende drie categorieën mogelijk maken: (1) inclusieve en duurzame gemeenschappen, (2) adequate levensstandaard en welzijn voor eindgebruikers en (3) fatsoenlijk werk.

d) Beleggingsstrategie

Bij het actief beheren van het fonds gebruikt de vermogensbeheerder een combinatie van markt- en fundamentele bedrijfsanalyses om effecten te selecteren die volgens hem gunstige groeivooruitzichten bieden tegen een redelijke prijs. De vermogensbeheerder beschouwt ESG-factoren als een kernelement van zijn strategie door te proberen voornamelijk te beleggen in economische activiteiten die bijdragen aan een milieudoelstelling, terwijl activiteiten die een negatieve invloed hebben op de samenleving of het milieu worden vermeden. Stemrechten worden methodisch uitgeoefend en er kan sprake zijn van betrokkenheid bij bedrijven om ESG-praktijken positief te beïnvloeden. Voor meer informatie verwijzen wij u naar ons uitsluitingskader in het Responsible Investment-beleid, SFDR-productcategorie Artikel 9.De portefeuillesamenstelling is niet beperkt ten opzichte van de benchmark, dus de gelijkenis van de prestaties van het fonds met die van de benchmark kan variëren.

De bindende elementen van het fonds omvatten:

  • ten minste 80 % van de duurzame investeringen, d.w.z. investeringen in ondernemingen die een aanzienlijke blootstelling hebben aan activiteiten die oplossingen bieden voor milieu-uitdagingen, zoals energie-efficiëntie, hernieuwbare energie, bestrijding van verontreiniging, watervoorziening en -technologie, afvalbeheer en recycling, duurzame land- en bosbouw en andere relevante economische activiteiten (gemeten aan de hand van inkomsten, ondernemingswaarde, winst vóór rente en belastingen);  of vergelijkbaar)
  • uitsluiting van uitgevende instellingen die:
    • betrokken zijn bij de productie van controversiële wapens, waaronder antipersoonsmijnen, clustermunitie, biologische en chemische wapens, kernwapens en verarmd uranium
    • een aanzienlijk deel van hun inkomsten halen uit activiteiten die schadelijk zijn voor de samenleving of het milieu, zoals thermische steenkoolwinning en energieopwekking, onconventionele olie- en gasexploratie en -productie, conventionele olie- en gasproductie, kernenergie, conventionele wapens en handvuurwapens, militaire wapens en wapengerelateerde producten en diensten, tabaksproductie, productie van entertainment voor volwassenen;  gokactiviteiten, ontwikkeling/groei van genetisch gemodificeerde organismen, pesticidenproduct/-detailhandel. Raadpleeg het responsible investment-beleid van Pictet Asset Management voor meer informatie over uitsluitingsdrempels die van toepassing zijn op de bovenstaande activiteiten.
    • ernstige schendingen van internationale normen, waaronder de UN Global Compact-beginselen inzake mensenrechten, arbeidsnormen, milieubescherming en corruptiebestrijding
  • een beter ESG-profiel dan de referentie-index na het verwijderen van de onderste 20% van emittenten met de zwakste ESG-kenmerken
  • analyse van ESG-criteria van in aanmerking komende effecten die ten minste 90% van de nettoactiva of het aantal emittenten in de portefeuille dekt

Het fonds beoordeelt de besluitvormingsprocessen en -controles van het bedrijf, evenals hoe het management de belangen van aandeelhouders, werknemers, leveranciers, klanten, de gemeenschap en andere belanghebbenden in evenwicht brengt. Beoordeelde gebieden kunnen zijn:

  • de samenstelling van het directieteam en de raad van bestuur, met inbegrip van de ervaring, diversiteit en rolverdeling, samen met successieplanning en evaluatie van de raad van bestuur
  • beloning van bestuurders, met inbegrip van kortetermijn- en langetermijnprikkels en hun afstemming op de belangen van beleggers
  • risicobeheersing en -rapportage, met inbegrip van de onafhankelijkheid en ambtstermijn van de accountant
  • aandeelhoudersrechten, waaronder transacties met één aandeel en transacties met verbonden partijen

e) Aandeel beleggingen

Het fonds streeft ernaar om minimaal 80% toe te wijzen aan duurzame beleggingen.

Investeringen 100%
#1 Duurzaam 80%
#2 Niet duurzaam 0-20%

 

#1 Duurzaam omvat duurzame beleggingen met milieu- of sociale doelstellingen.
#2 Niet duurzaam omvat beleggingen die niet kwalificeren als duurzame beleggingen.

Notities:

  • Duurzame beleggingscijfers worden berekend door volledig emittenten te tellen die een significante blootstelling hebben aan economische activiteiten die bijdragen aan milieu- of sociale doelstellingen en, indien relevant voor de activaklasse, blootstelling aan obligaties met een milieu- of sociaal label. Gelabelde obligaties worden volledig geteld als duurzame beleggingen.
  • Bij gebrek aan een sociale taxonomie van de EU heeft Pictet een eigen kader voor sociale taxonomie ontwikkeld op basis van de doelstellingen die worden voorgesteld in het verslag over sociale taxonomie dat is gepubliceerd door het EU-platform voor duurzame financiering; in aanmerking komende activiteiten worden gedefinieerd als economische activiteiten die maatschappelijk nuttige goederen en diensten leveren die een van de volgende drie categorieën mogelijk maken: (1) inclusieve en duurzame gemeenschappen, (2) adequate levensstandaard en welzijn voor eindgebruikers en (3) fatsoenlijk werk.

f) Monitoring duurzame beleggingsdoelstelling

Onze compliance-afdeling controleert voortdurend de bindende elementen (waarnaar wordt verwezen in de sectie Beleggingsstrategie) van het fonds om ervoor te zorgen dat hieraan wordt voldaan gedurende de hele levenscyclus van het fonds.

g) Methodologieën

Indicatoren die het fonds gebruikt zijn onder meer:

  • blootstelling aan bedrijven die een aanzienlijk deel van de omzet, EBIT, ondernemingswaarde of soortgelijke maatstaven halen uit economische activiteiten die bijdragen aan milieu- of sociale doelstellingen
  • blootstelling aan inkomsten uit economische activiteiten die bijdragen aan milieu- en/of sociale doelstellingen
  • algemeen ESG-profiel
  • indicatoren met een negatief effect (Principle Adverse Impact), zoals blootstelling aan emittenten die de internationale normen ernstig schenden of significante activiteiten hebben met negatieve E/S-effecten op de samenleving of het milieu
  • percentage in aanmerking komende bedrijfsvergaderingen waar stemrechten werden uitgeoefend

h) Databronnen en -verwerking

Pictet Asset Management vertrouwt op verschillende informatiebronnen om potentiële investeringen te analyseren en te monitoren, waaronder financiële pers, analisten van andere financiële instellingen (waaronder makelaars), kredietbeoordelingsdiensten, ESG-onderzoeksproviders en mediarapporten. 

Het aandeel van de geschatte gegevens varieert tussen onderzoeksaanbieders en regio's. Esg-gegevensleveranciers worden onderworpen aan een herziening van hun bedrijfsmodel, onderzoeksproces, technische expertise, gegevensdekking, kwaliteitsborgingsmechanismen en preventie van belangenconflicten. 

Zodra ESG-gegevens in onze systemen zijn geïntegreerd, voeren we voortdurend kwaliteitscontroles uit om problemen op te sporen en aan te pakken die een negatieve invloed kunnen hebben op het gegevensgebruik

i) Methodologische databeperkingen

Belangrijke beperkingen van onze methodologieën kunnen een gebrek aan gegevensdekking en/of kwaliteit omvatten.

Om deze problemen op te lossen, worden onze methodologieën geïnformeerd door betrouwbare bronnen die zijn verzameld van diverse gerenommeerde externe onderzoeksproviders die experts zijn op hun gebied. Daarnaast behouden wij ons het recht voor om van geval tot geval af te wijken van informatie van derden in gevallen waarin deze als onjuist of onvolledig wordt beschouwd.

j) Due diligence

Ons due diligence-proces van emittenten omvat de volgende punten:

  • De duidelijkheid en robuustheid van de langetermijnstrategie van de emittent
  • Het functioneren en kaliber van bestuursstructuren en effectief leiderschap
  • De financiële kracht en prestaties van emittenten en de reële waardering van onderliggende effecten
  • Duurzaamheidsrisico's & kansen en negatieve effecten van potentiële investeringen op de maatschappij en/of het milieu
     

k) Engagementbeleid

Interactie met emittenten vindt plaats in de vorm van één-op-één gesprekken, aandeelhouders-/obligatiehoudersvergaderingen, roadshows voor beleggers en/of conference calls. De doelstellingen van deze interacties zijn om een organisatie te beoordelen voordat ze investeren, te controleren of hun strategie wordt geïmplementeerd in overeenstemming met onze verwachtingen en ervoor te zorgen dat emittenten op schema liggen om hun doelen en doelstellingen te bereiken. 

Waar van toepassing betrekken we emittenten bij materiële ESG-kwesties, waaronder controverses, om ons ervan te vergewissen dat ze deze op korte, middellange en lange termijn volledig begrijpen en effectief aanpakken. Onze betrokkenheidsactiviteiten omvatten een combinatie van gerichte interne discussies, gezamenlijke institutionele beleggersinitiatieven en betrokkenheidsdiensten van derden. We engageren ons namens onze long only, beheerde aandelen- en schuldposities.

l)  Behalen duurzame beleggingsdoelstelling  

Er is geen specifieke ESG-index aangewezen.
 

Fondsen die momenteel nog niet voldoen aan de voorwaarden om gecatalogeerd te worden als een fonds dat ecologische of sociale kenmerken promoot of een duurzame beleggingsdoelstelling heeft. (SFDR artikel 6)

Deze onderliggende beleggingen van dit financiële product houden geen rekening met de EU-criteria voor ecologisch duurzame economische activiteiten.
Hieronder plaatsen we ook een aantal fondsen waarvoor we voorlopig nog niet de volledige informatie hebben ontvangen om hen te kwalificeren als een artikel 8- of 9-fonds. Zodra deze informatieverplichting is voldaan, zullen zij deze kwalificatie wel krijgen.

BGF Global Allocation Fund (BlackRock)

Het sub-fonds is volgens SFDR gecategoriseerd als een artikel 6 fonds. Dit wil zeggen dat het sub-fonds dus geen ecologische of sociale kenmerken promoot.

De onderliggende beleggingen van dit financiële product houden geen rekening met de EU-criteria voor ecologisch duurzame economische activiteiten.

BGF Global Allocation Hedged (BlackRock)

Het sub-fonds is volgens SFDR gecategoriseerd als een artikel 6 fonds. Dit wil zeggen dat het sub-fonds dus geen ecologische of sociale kenmerken promoot.

De onderliggende beleggingen van dit financiële product houden geen rekening met de EU-criteria voor ecologisch duurzame economische activiteiten.

BGF Euro Reserve Fund (BlackRock)

Het sub-fonds is volgens SFDR gecategoriseerd als een artikel 6 fonds. Dit wil zeggen dat het sub-fonds dus geen ecologische of sociale kenmerken promoot.

De onderliggende beleggingen van dit financiële product houden geen rekening met de EU-criteria voor ecologisch duurzame economische activiteiten.

BGF World Real Estate Securities Fund (BlackRock)

Het sub-fonds is volgens SFDR gecategoriseerd als een artikel 6 fonds. Dit wil zeggen dat het sub-fonds dus geen ecologische of sociale kenmerken promoot.

De onderliggende beleggingen van dit financiële product houden geen rekening met de EU-criteria voor ecologisch duurzame economische activiteiten.

BGF Euro Corporate Bond (BlackRock)

Het sub-fonds is volgens SFDR gecategoriseerd als een artikel 6 fonds. Dit wil zeggen dat het sub-fonds dus geen ecologische of sociale kenmerken promoot.

De onderliggende beleggingen van dit financiële product houden geen rekening met de EU-criteria voor ecologisch duurzame economische activiteiten.

Hebt u vragen?

Aarzel niet contact op te nemen met uw makelaar. Hij of zij helpt u graag verder.